Ruth 2:8 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 8 Later zei Bo̱az tot Ruth: „Gij hebt [het] gehoord, niet waar, mijn dochter? Ga niet weg om op een ander veld [aren] te lezen,+ en gij moet ook niet van deze plaats oversteken, en aldus dient gij dicht bij mijn jonge vrouwen te blijven.+
8 Later zei Bo̱az tot Ruth: „Gij hebt [het] gehoord, niet waar, mijn dochter? Ga niet weg om op een ander veld [aren] te lezen,+ en gij moet ook niet van deze plaats oversteken, en aldus dient gij dicht bij mijn jonge vrouwen te blijven.+