Deuteronomium 4:2 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 2 GIJ moogt niets toevoegen aan het woord dat ik U gebied, noch er iets van afnemen,+ opdat GIJ de geboden van Jehovah, UW God, die ik U gebied, onderhoudt.
2 GIJ moogt niets toevoegen aan het woord dat ik U gebied, noch er iets van afnemen,+ opdat GIJ de geboden van Jehovah, UW God, die ik U gebied, onderhoudt.