3 En hij ging de weg bewandelen van de koningen van I̱sraël,+ en hij liet zelfs zijn eigen zoon door het vuur gaan,+ overeenkomstig de verfoeilijkheden+ van de natiën die Jehovah wegens de zonen van I̱sraël verdreven had.
6 En hij liet zijn eigen zoon door het vuur gaan,+ en hij beoefende magie+ en zocht voortekens en stelde geestenmediums+ en beroepsvoorzeggers+ van gebeurtenissen aan. Hij deed op grote schaal wat kwaad was in Jehovah’s ogen, om hem te krenken.
5 degenen die de hartstocht prikkelen onder grote bomen,+ onder elke lommerrijke boom,+ die de kinderen slachten in de stroomdalen onder de kloven der steile rotsen?+