2 Koningen 19:10 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 10 „Dit dient GIJ tot Hizki̱a, de koning van Ju̱da, te zeggen: ’Laat uw God, op wie gij vertrouwt, u niet bedriegen,+ door te zeggen: „Jeru̱zalem+ zal niet in de hand van de koning van Assy̱rië worden gegeven.”+
10 „Dit dient GIJ tot Hizki̱a, de koning van Ju̱da, te zeggen: ’Laat uw God, op wie gij vertrouwt, u niet bedriegen,+ door te zeggen: „Jeru̱zalem+ zal niet in de hand van de koning van Assy̱rië worden gegeven.”+