Genesis 16:1 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 16 Sa̱rai nu, A̱brams vrouw, had hem geen kinderen gebaard;+ maar zij had een Egyptische dienstmaagd, en haar naam was Ha̱gar.+ 1 Samuël 30:13 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 13 Da̱vid zei nu tot hem: „Wie behoort gij toe, en waar komt gij vandaan?”, waarop hij zei: „Ik ben een Egyptische bediende, een slaaf van een Amalekitische man, maar mijn meester heeft mij verlaten, omdat ik drie dagen geleden ziek werd.+
16 Sa̱rai nu, A̱brams vrouw, had hem geen kinderen gebaard;+ maar zij had een Egyptische dienstmaagd, en haar naam was Ha̱gar.+
13 Da̱vid zei nu tot hem: „Wie behoort gij toe, en waar komt gij vandaan?”, waarop hij zei: „Ik ben een Egyptische bediende, een slaaf van een Amalekitische man, maar mijn meester heeft mij verlaten, omdat ik drie dagen geleden ziek werd.+