22 Want er waren veel verslagenen gevallen, omdat de strijd van de [ware] God [uitging].+ En zij bleven op hun plaats wonen tot aan de tijd van de ballingschap.+
36 Toen ging de engel+ van Jehovah uit en sloeg in de legerplaats van de Assyriërs honderd vijfentachtig duizend [man] neer.+ Toen men ’s morgens vroeg opstond, wel, zie, zij allen waren dood, lijken.+