7 Ook in de dagen van Artaxe̱rxes schreven Bi̱slam, Mi̱thredath, Ta̱beël en de overigen van zijn ambtgenoten naar Artaxe̱rxes, de koning van Pe̱rzië, en het schrift van de brief was in Aramese lettertekens geschreven en vertaald in de Aramese+ taal.
3 In die tijd kwamen Tha̱thnai,+ de stadhouder aan de overkant van de Rivier,+ en Se̱thar-Bo̱znai, en hun ambtgenoten naar hen toe, en dit is het wat zij tot hen zeiden: „Wie heeft U bevel gegeven om dit huis te bouwen en deze balkenconstructie* te voltooien?”+
6 Nu dan, Tha̱thnai,+ de stadhouder aan de overkant van de Rivier,+ Se̱thar-Bo̱znai+ en hun ambtgenoten, de onderstadhouders+ die aan de overkant van de Rivier zijn, houdt U verre daar vandaan.+