7 dan zal ik I̱sraël stellig afsnijden van de oppervlakte van de aardbodem die ik hun gegeven heb;+ en het huis dat ik voor mijn naam geheiligd heb, zal ik van voor mijn aangezicht wegwerpen,*+ en I̱sraël zal inderdaad tot een spreekwoord+ en een spotrede worden onder alle volken.
9 ik wil hen ook maken tot beving, tot rampspoed, in al de koninkrijken der aarde,+ tot smaad en tot een spreekwoord, tot hoon+ en tot vervloeking,+ in al de plaatsen waarheen ik hen zal verdrijven.+