14 Aldus kreeg A̱bram te horen dat zijn broeder gevangengenomen was.+ Daarop monsterde hij zijn geoefende mannen,+ driehonderd achttien slaven, geboren in zijn huis,*+ en zette de achtervolging in tot Dan+ toe.
12 En al wat mannelijk onder U is, acht dagen oud, moet besneden worden,+ naar uw geslachten, een ieder die in het huis geboren is* en een ieder die voor geld* is gekocht van enige buitenlander, die niet van uw zaad is.