19 Daarom, dit heeft de Soevereine Heer Jehovah gezegd: ’Zie, ik geef aan Nebukadre̱zar, de koning van Ba̱bylon, het land Egy̱pte,+ en hij moet zijn rijkdom wegvoeren en er een grote buit weghalen+ en zeer veel plunderen; en het moet het loon worden voor zijn krijgsmacht.’