Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • 1 Koningen 9:8
    Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
    • 8 En dit huis zelf zal tot puinhopen* worden.+ Iedereen die er voorbijgaat, zal star zijn van ontzetting+ en zal stellig fluiten en zeggen: ’Waarom heeft Jehovah zo met dit land en dit huis gedaan?’+ 

  • 2 Koningen 25:9
    Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
    • 9 Hij dan verbrandde het huis van Jehovah+ en het huis van de koning+ en alle huizen van Jeru̱zalem;+ en het huis van ieder groot man* verbrandde hij met vuur.+ 

  • 2 Kronieken 7:21
    Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
    • 21 Wat dit huis betreft dat tot puinhopen* geworden was,+ iedereen die er voorbijgaat, zal star zijn van ontzetting+ en zal stellig zeggen: ’Waarom heeft Jehovah zo met dit land en met dit huis gedaan?’+ 

  • 2 Kronieken 36:19
    Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
    • 19 Voorts verbrandde hij het huis van de [ware] God+ en brak de muur van Jeru̱zalem af;+ en al zijn woontorens verbrandden zij met vuur en ook al zijn begeerlijke voorwerpen,+ ten einde verderf te stichten.+ 

  • Psalm 74:8
    Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
    •  8 Zij, ja hun nageslacht, hebben te zamen in hun eigen hart gezegd:

      „Alle samenkomstplaatsen van God* moeten in het land worden verbrand.”+

  • Psalm 79:1
    Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
    • 79 O God, de natiën zijn in uw erfdeel gekomen;+

      Ze hebben uw heilige tempel verontreinigd;+

      Ze hebben Jeru̱zalem tot puinhopen gemaakt.+

  • Jeremia 26:18
    Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
    • 18 „Het was Mi̱cha*+ van More̱seth*+ die bleek te profeteren in de dagen van Hizki̱a,* de koning van Ju̱da,+ en hij zei voorts tot het gehele volk van Ju̱da: ’Dit heeft Jehovah der legerscharen gezegd: „Si̱on zelf zal worden omgeploegd als was het een veld,+ en Jeru̱zalem zelf zal tot niets dan puinhopen worden,+ en de berg van het Huis zal zijn tot hoge plaatsen van een woud.”’+ 

  • Klaagliederen 2:7
    Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
    •  7 Jehovah* heeft zijn altaar verstoten.+ Hij heeft zijn heiligdom vol verachting verworpen.+

      In de hand van de vijand heeft hij de muren van haar woontorens overgeleverd.+

      In het huis van Jehovah hebben zij [hun] eigen stem laten weerklinken, als op een feestdag.+

  • Ezechiël 24:21
    Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen
    • 21 ’Zeg tot het huis van I̱sraël: „Dit heeft de Soevereine Heer Jehovah gezegd: ’Ziet, ik ontwijd mijn heiligdom,+ de trots van UW sterkte,+ dat wat begeerlijk is in UW ogen+ en het voorwerp van mededogen van UW ziel, en UW zonen en UW dochters die gijlieden hebt achtergelaten — door het zwaard zullen zij vallen.+ 

Nederlandse publicaties (1950-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlands
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen