16 Wanneer ik de schadelijke pijlen van de hongersnood op hen afzend,+ die ten verderve moeten blijken te zijn, [pijlen] die ik zal zenden om ulieden te verderven,+ zal ik zelfs de hongersnood over ulieden vermeerderen, en ik wil UW staven waaromheen ringvormige broden gestoken zijn, verbreken.+