6 want de onzinnige zal van zijn kant louter onzinnigheid spreken,+ en zijn hart zelf zal werken aan wat schadelijk is,+ om te werken aan afval+ en tegen Jehovah te spreken wat eigenzinnig is, om de ziel van de hongerige ledig te doen gaan,+ en hij doet zelfs de dorstige zonder drinken gaan.