Mattheüs 22:42 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 42 „Wat denkt GIJ omtrent de Christus? Wiens zoon is hij?” Zij zeiden tot hem: „Van Da̱vid.”+ Markus 12:35 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 35 Toen Jezus echter het woord nam, zei hij, tijdens zijn onderwijs in de tempel: „Hoe kunnen de schriftgeleerden zeggen dat de Christus Da̱vids zoon is?+
35 Toen Jezus echter het woord nam, zei hij, tijdens zijn onderwijs in de tempel: „Hoe kunnen de schriftgeleerden zeggen dat de Christus Da̱vids zoon is?+