Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • ad blz. 1464
  • Susan

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Susan
  • Hulp tot begrip van de bijbel
  • Vergelijkbare artikelen
  • Susan
    Inzicht in de Schrift, Deel 2
  • Susa
    Inzicht in de Schrift, Deel 2
  • Burcht
    Hulp tot begrip van de bijbel
  • Medo-Perzië — de vierde grote wereldmacht in de bijbelse geschiedenis
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1988
Meer weergeven
Hulp tot begrip van de bijbel
ad blz. 1464

SUSAN

(Susan).

Een oude stad waarvan de ruïnes aan de rivier de Kercha liggen, ongeveer 360 km ten O. van Babylon. Susan of een versterkt deel van de stad, „de burcht Susan”, was de plaats waar de profeet Daniël (8:2) zich in een van zijn visioenen bevond en waar de gebeurtenissen zich afspeelden die in het boek Esther (1:2, 5, 6; 2:3, 5, 8, 21; 3:2, 15; 8:14; 9:12-15) verhaald worden, alsook de plaats waar Nehemia tijdens de regering van Artaxerxes (Longimanus, de zoon van Xerxes I) als schenker diende. — Neh. 1:1; 2:1; zie BURCHT; ELAM; PERZEN, PERZIË.

Er zijn aanwijzingen dat Susan (ook Susa genoemd [Ezra 4:9]) de hoofdstad was van het oude Elam. In de 7de eeuw v.G.T. veroverde koning Asnappar (Assoerbanipal) van Assyrië Susan en deporteerde de inwoners van de stad naar Samaria (Ezra 4:9, 10). Onder de Perzische overheersing was Susan een koningsstad. In de 4de eeuw v.G.T. werd Susan door Alexander de Grote ingenomen en ten slotte raakte de stad in verval. Thans vindt men er slechts een ruïneheuvel.

Archeologen hebben de ruïnes van een paleis blootgelegd, vermoedelijk het paleis dat de Perzische koning Darius I begon te bouwen en dat door zijn zoon Xerxes I (vermoedelijk Ahasveros, de echtgenoot van Esther) werd voltooid. De panelen van kleurig geglazuurde baksteen en de stenen kapitelen wijzen op de vroegere pracht van het paleis. Een inscriptie van Darius I over de bouw van het paleis luidt: „Dit is het hadish-paleis dat ik in Susa heb gebouwd. De materialen werden van verre gehaald. De aarde werd diep uitgegraven, totdat ik op vaste ondergrond stuitte. Toen het uitgraven klaar was, werd er grind gestort, deels een laag van zestig voet, deels van dertig voet. Op dat grind bouwde ik een paleis. En dat de aarde diep uitgegraven werd en er grind gestort werd en er lemen bakstenen in mallen gemaakt werden, daar zorgden de Babyloniërs voor. Het cederhout werd uit het Libanongebergte gehaald; de Assyriërs brachten het naar Babylon, en van Babylon brachten de Cariërs en de Ioniërs het naar Susa. Teakhout werd uit Gandhara en uit Kerman gehaald. Goud, dat hier verwerkt werd, haalde men uit Lydië en uit Bactrië; edelstenen, namelijk lazuursteen en carneool, uit Sogdiana; turkoois uit Chorasmië; zilver en koper uit Egypte. De versiering waarmee de muren gedecoreerd werden, kwam uit Ionië. Ivoor kwam uit Ethiopië, uit India en uit Arachosië. De stenen zuilen haalde men uit een plaats in Elam genaamd Abiradush. De handwerkslieden die de steen bewerkten, waren Ioniërs en Lydiërs. De goudsmeden die het goud bewerkten, waren Meden en Egyptenaren. Degenen die het inlegwerk verzorgden, waren Lydiërs en Egyptenaren. Degenen die de geglazuurde baksteen (met figuren) bewerkten, waren Babyloniërs. De mannen die de muren decoreerden, waren Meden en Egyptenaren. Hier in Susa werd opdracht gegeven voor een prachtig werk, en het resultaat bleek schitterend te zijn.” — History of the Persian Empire, door A. T. Olmstead, blz. 168.

[Illustratie op blz. 1464]

Indrukwekkende ruïnes in Persepolis getuigen van de pracht van Perzische paleizen

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen