Veranderingen in het poolgebied
● In het poolgebied voltrekken zich grote veranderingen. De inheemse bevolking die vroeger zo primitief leefde, komt nu steeds meer in contact met de westerse beschaving en ondervindt daarvan de goede, maar ook de slechte invloeden.
De bevolking van de noordpool stijgt, wat gedeeltelijk kan worden toegeschreven aan de hoge geboortecijfers en de verlaagde kindersterfte, en gedeeltelijk aan de toevloed van arbeiders om de rijke natuurlijke hulpbronnen aan te boren. Meteorologische en strategische belangen doen de bevolking eveneens met grote sprongen stijgen.
Er zijn nog wel Eskimo’s die precies zo leven als in vroeger eeuwen, die ’s winters in sneeuwhutten wonen en ’s zomers in tenten van dierenhuiden. Zij houden van hun koude en eenzame wereld, wat de blanken er ook van mogen denken. Steeds minder mensen leven echter dit oude leven. In één generatie is het poolgebied overgesprongen van de hondenslee en het rendier op luchttransport, van het stenen tijdperk op dat van het atoom. De gezondheidsproblemen die zich hier voordoen, zijn die van een groot, zich ontwikkelend land dat de wereld, met behulp van de moderne techniek, krampachtig wil inhalen.
Voornamelijk onder de inheemse bevolking doen zich ziekteproblemen voor. Dit komt doordat deze mensen nu een vast adres hebben en menselijke en dierlijke afvalstoffen rondom zich verzamelen, die zij als nomaden achterlieten wanneer zij hun kamp verplaatsten. De iglo wordt zelden meer gezien en in plaats daarvan verrijzen er nu eenvoudige huizen, dikwijls zonder enige sanitaire voorzieningen. In een deel van Alaska heeft 76 percent van de Eskimo’s een radio, 6,4 percent een ijskast en slechts 4 percent leidingwater.
Op een onlangs in Genève, onder auspiciën van de Wereld-Gezondheids-Organisatie gehouden conferentie, werd de aandacht gevestigd op de belangrijkheid de gezondheidszorg in het poolgebied te bevorderen door het ontwikkelen en beschermen van waterbronnen, het vernietigen van afvalstoffen en het bestrijden van biologische besmetting. — Ontleend aan het maandblad Protestantse Gezondheidszorg, januari 1963.