Hoe ontmoediging te overwinnen
EEN vrouw van drieënvijftig jaar in Brooklyn (New York) is al eenentwintig jaar door verlamming aan bed gekluisterd. Een andere vrouw moest lijdelijk toezien hoe haar dochtertje van vijf verzwakte en stierf aan de gevreesde ziekte leukemie. Andere ouders zijn ontmoedigd geraakt door de steeds opstandiger houding van hun kinderen. Duizenden mensen hebben door ontslag hun werk moeten verlaten.
Naarmate de druk van het leven toeneemt, lijkt het alsof ook de oorzaken van ontmoediging toenemen. Zijn we niet allemaal voor situaties komen te staan die ons hebben ontmoedigd? Wat kan er worden gedaan om ontmoediging te overwinnen?
Verder kijken dan uzelf
Hèt antwoord is te erkennen dat er een onmiddellijke bron van troost beschikbaar is buiten uzelf. Misschien hebt u nog nooit ernstig hierover nagedacht, maar het werpt werkelijk zegeningen af om aandacht te schenken aan hetgeen de bijbel daarover zegt. De bijbel spoort ons aan: „Werp uw last op Jehóvah, en hijzelf zal u schragen.” — Ps. 55:22.
Dit is werkelijk een bron van aanmoediging en kracht. God bekommert zich om ons en kan ons hulp verschaffen. We moeten ons echter zelf die hulp ten nutte maken. Laten we eens beschouwen hoe dit kan worden gedaan.
U bent misschien ontmoedigd omdat iemand u, naar het lijkt, met geringschatting heeft bejegend. U zou kunnen gaan kniezen en medelijden met uzelf kunnen krijgen. Maar wat zou het gevolg zijn? Waarschijnlijk nog meer ontmoediging. Maar wat dan te doen? Wel, u zou zich kunnen afvragen: welke handelwijze beveelt God in zo’n geval aan?
Dat antwoord zal niet als iets mysterieus komen. Integendeel, Jehovah God heeft ons duidelijk richtlijnen verschaft in zijn geschreven Woord. En dat Woord geeft de raad: „Streeft altijd na wat goed is, jegens elkaar en jegens alle anderen” (1 Thess. 5:15). Dus in plaats van een negatieve houding van zelfmedelijden te hebben, moedigt de bijbel ons aan tot een positieve handelwijze. Maar hoe?
Er is een fundamenteel beginsel in Gods Woord dat ons een aanwijzing verschaft, namelijk: „Het is gelukkiger te geven dan te ontvangen” (Hand. 20:35). Probeer dat eens. Kijk eens naar dingen die u voor anderen kunt doen, in plaats van alleen maar aan uzelf te denken. Velen die deze van God afkomstige raad hebben opgevolgd, zijn geholpen met succes ontmoediging te overwinnen. Zij hebben zelfs werkelijke vreugde in het leven gevonden ondanks ernstige problemen met hun gezondheid. Neem eens het geval van die verlamde vrouw, waarmee dit artikel begon.
Het was in het begin van de jaren ’50 dat zij door een ongelukkige operatie verlamd raakte. Ze had door deze ervaring verbitterd kunnen worden en haar belangstelling voor het leven kunnen verliezen. Maar zo was zij niet. Ze bezit een levendige belangstelling voor de dingen om haar heen. Ze is een fervent lezer en blijft goed op de hoogte van het wereldgebeuren, terwijl ze dat wat ze leest, met anderen deelt — maar niet alleen met vrienden, ze maakt ook speciale notitie van mensen die in de een of andere ongelukkige omstandigheid zijn komen te verkeren, en gaat die dan schrijven of opbellen.
Nog niet zo lang geleden belde ze de ouders op van een meisje dat vermoord was en dezen waren bijzonder dankbaar voor haar deelneming. Ook zag ze tijdens een televisieprogramma een kankerpatiënt die in het laatste stadium van zijn ziekte verkeerde. Ze hoorde in welke stad hij woonde en belde hem later op om hem te verblijden met vertroostende gedachten over de beloofde verdwijning van ziekte tijdens de rechtvaardige heerschappij van Gods Koninkrijksregering. — Matth. 6:9, 10; Openb. 21:3, 4.
Deze vrouw vertelt zelf: „Ik ben zo druk dat ik me bijna nooit ontmoedigd voel. Er zijn zoveel dingen te lezen en te bestuderen, en ik heb per dag nauwelijks tijd genoeg om dat alles te delen met die mensen met wie ik dat zou willen. Ik ben Jehovah zo dankbaar voor zijn stellige belofte van een nieuw samenstel van dingen. Meer dan iets anders maakt deze hoop het leven tot een werkelijke vreugde.” — 2 Petr. 3:13.
Als ook wij naar God opzien voor hulp en een zelfde belangstelling aan de dag leggen om anderen te helpen, misschien zelfs leden van ons eigen gezin, zullen we in ons leven niet geplaagd worden door ontmoediging. De moeder wier vijfjarige dochtertje leukemie kreeg, sprak met haar over de hoop op leven in Gods nieuwe ordening. En wat een verlichting en aanmoediging bracht dit later! De moeder schrijft:
„Zij heeft nog maar drie maanden geleefd nadat de eerste tekenen van haar ziekte zich begonnen te openbaren. Bij haar was het beenmerg-leukemie. We probeerden dit voor haar verborgen te houden, maar daarvoor was ze te pienter en te oplettend. . . . Ze zei: ’Ik weet dat het helemaal niet lang zal lijken als ik in het graf lig. Het zal net zijn alsof ik ben gaan slapen en dan zal ik wakker worden en is Jehovah’s nieuwe ordening er en dan kan ik met de dieren spelen en alle goddeloze mensen zullen verdwenen zijn.’
U kunt u niet voorstellen hoe dit geloof van haar ons heeft gesterkt. De morgen voordat ze stierf, zei ze: ’Niet huilen, mammie, ik zal naar u uitkijken in de nieuwe ordening.’ . . . Hoe kostbaar is het leven en hoe goed en wonderbaarlijk is onze Grote God om ons die wonderbare hoop op de opstanding te geven!”
Wanneer men zijn werkkring verliest
Vooral vandaag de dag is verlies van werk een toenemende bron van ontmoediging. Tal van gezinshoofden zijn bang dat zij hun gezin op een dag niet meer zullen kunnen voeden of kleden. Maar als u uw werk verliest, zal thuis zitten kniezen geen verbetering in de situatie brengen. Als arbeidsbureaus niets voor u hebben, ga dan zelf wat ondernemen. Vraag uzelf af: Zijn er andere soorten van werk waar wèl vraag naar bestaat? Zijn er misschien diensten die u voor andere mensen kunt verrichten — hetzij schoonmaken, schilderen, hovenieren, reparaties verrichten, of iets anders? Wellicht hebben vrienden goede suggesties als u met hen over dit soort van mogelijkheden praat. Misschien betaalt het minder dan wat u tot nu toe hebt gedaan, maar als u in de noodzakelijke levensbehoeften van uw gezin kunt voorzien, is dat dan niet het belangrijkste? — 1 Tim. 6:6-8.
Jezus Christus leerde zijn volgelingen bidden: „Geef ons heden ons brood voor vandaag.” En hij maande hen: „Weest . . . nooit bezorgd voor de volgende dag” (Matth. 6:11, 34). Past u die raad in uw leven toe? Mensen die hebben geleerd dankbaar te zijn dat zij voldoende hebben voor het heden, in plaats van zich zorgen over de toekomst te maken, hebben veel meer vreugde in het leven. Daarbij komt nog dat iemand die zijn geluk nooit zozeer van materiële dingen heeft laten afhangen, maar zich in zijn leven voornamelijk heeft bekommerd om een goede verhouding tot God, reden heeft voor vertrouwen; God heeft immers gezegd: „Ik zal u geenszins in de steek laten noch u ooit verlaten.” — Hebr. 13:5, 6.
Problemen met iemands kinderen
Wat kunnen ouders doen die ontmoedigd zijn geraakt door de opstandige houding van hun kinderen? Ook in die situatie zal het aanmoediging en hoop geven voor leiding naar Jehovah op te zien. Gods Woord identificeert slechte omgang als een voorname bron van kwaaddoen. Daarom krijgen ouders ook de raad slechte invloed te bestrijden, niet eenvoudig door hun kinderen ’de wet op te leggen’, maar ook door tijd met hen door te brengen, door met hen over Jehovah God en zijn rechtvaardige vereisten te spreken. Doet u dat? — 1 Kor. 15:33; Deut. 6:1, 4-9.
Dit vergt een reële krachtsinspanning. Het is niet eenvoudig een kwestie van hen bevelen geven, in de trant van: ’Doe dit!’ of: ’Laat dat!’ Het is goed om van tevoren te overdenken wat u hun gaat zeggen. De gezinscommunicatie zal bijzonder verbeteren wanneer ouders het op prijs stellen dat hun kinderen zich uiten in plaats van onmiddellijk hun zienswijze te bekritiseren. Dit zal doorgaans een veel betere sfeer in huis kweken.
Maar zelfs al blijft uw kind, ondanks al uw inspanningen, een slechte handelwijze volgen, schep dan toch moed. Denk aan het bijbelse verslag van de verloren zoon, die na een tijdelijke periode van eigenzinnigheid, berouwvol naar zijn Vader terugkeerde. En dit heeft zich al tal van malen voltrokken. — Luk. 15:11-32.
Ongeacht echter het probleem waarmee u te kampen hebt, vergeet nooit te bidden en Jehovah God om hulp en leiding te vragen. Want het is stellig waar wat staat in Psalm 55:22: „Hijzelf zal u schragen. Nooit zal hij toelaten dat de rechtvaardige wankelt.”