Hoe reëel is Gods koninkrijk voor u?
VOLGENS het blad Modern Churchman zeggen theologen dat zij opnieuw het koninkrijk Gods ontdekt hebben als het hoofdthema van het „Nieuwe Testament”. Vindt u dit nu niet direct wereldschokkend nieuws? Zo reageren waarschijnlijk velen die het koninkrijk Gods bezien als iets wat te maken heeft met naar de hemel gaan wanneer zij sterven. Voorlopig hebben zij al genoeg zorgen aan hun hoofd met de problemen van het leven hier en nu. Het koninkrijk Gods is in de hemel, zo redeneren zij. ’Later hebben we nog tijd genoeg om ons daar zorgen over te maken!’
Deze zienswijze met betrekking tot Gods koninkrijk is slechts ten dele juist. Het is waar dat Gods koninkrijk iets te maken heeft met de hemel, want dat is de plaats waar God zich bevindt. Maar het is ook van invloed op onze aarde. Ja, Gods koninkrijk is een regering die even reëel is als de regering die thans uw land bestuurt. De bijbel zegt: „Hij [Gods aangestelde Koning] zal onderdanen hebben van zee tot zee en van de Rivier tot de einden der aarde” (Ps. 72:8). Maar is dit Koninkrijk reëel?
Een reële hoop?
Jezus Christus maakte het koninkrijk van God wijd en zijd bekend. Hij ging het land Palestina door en verkondigde: „Het koninkrijk der hemelen is nabijgekomen” (Matth. 4:17). Hoe kon hij dat zeggen? Omdat hij zelf de Koning van dat Koninkrijk zou zijn. Uit zijn aanwezigheid bleek hoe nabij het was.
Door te zeggen dat hij de Koning van Gods koninkrijk zou zijn, uitte Jezus geen geringe bewering! Was deze aanspraak misplaatst? Nee, en wel om ten minste twee redenen: Ten eerste was wat Jezus onderwees, gebaseerd op de bijbel zoals die toen bestond. En ten tweede verrichtte hij wonderen die alleen door Gods kracht mogelijk waren, wat aantoont dat God zijn aanspraken ondersteunde.
Hoe kon Jezus de Koning van Gods koninkrijk zijn als de geschiedenis ons leert dat hij aan een martelpaal stierf? Zoals u wellicht zult weten, bericht de bijbel dat hij uit de doden werd opgewekt en naar de hemel opsteeg om op de oprichting van Gods koninkrijk te wachten (Hand. 2:32-35). Is dat werkelijk gebeurd?
Ja, en het vond niet in het geheim plaats. Er waren getuigen van Jezus’ opstanding. Bij één gelegenheid na zijn openbare terechtstelling zagen meer dan 500 personen hem in levenden lijve (1 Kor. 15:6). Sommigen van deze getuigen schreven boeken die nog steeds bestaan. De boeken die de apostelen Matthéüs, Johannes en Petrus schreven, maken nu deel uit van de bijbel.
Ook het gedrag van Jezus’ volgelingen laat zien dat wij hen kunnen geloven wanneer zij zeggen dat zij de opgestane Jezus hebben gezien. Direct na Jezus’ dood waren zij terneergeslagen en wilden zij terugkeren tot hun vroegere bezigheden. Maar kort daarna hadden zij hun veerkracht terug en waren zij optimistisch, bereid om het goede nieuws van het Koninkrijk in weerwil van ontberingen en vervolgingen tot alle naties uit te dragen. Waardoor zou een dergelijke verandering teweeggebracht kunnen zijn? Alleen door het feit dat zij de opgestane Jezus hadden gezien en dus wisten dat alles wat hij hun over Gods koninkrijk had verteld, waar was.
Hoe reëel is het thans?
Bij het koninkrijk Gods is echter meer betrokken dan alleen maar het feit aanvaarden dat Jezus nog leeft. In het Onze Vader wordt ons geleerd te bidden: „Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in den hemel alzoo ook op de aarde” (Matth. 6:10, Statenvertaling). Zijn de verschrikkelijke dingen die thans op aarde gebeuren, Gods wil? Het is duidelijk dat dit niet zo is. Vandaar dat Gods koninkrijk nog bepaalde stappen moet doen.
Een belangrijke stap in de richting van het laten geschieden van Gods wil op aarde was het uit de hemel werpen van Satan, wat voorafgaat aan zijn vernietiging. Het resultaat? Een korte tijd van ’weeën voor de aarde’ (Openb. 12:7-12). Deze ’weeën’ brengen hevige moeilijkheden voor de mensheid met zich mee: wereldoorlogen, hongersnoden die miljoenen treffen, niet te beheersen epidemieën, wijdverbreide angst voor de toekomst, enzovoort. Lees voor uzelf hoe Jezus dit in Matthéüs 24, Markus 13 en Lukas 21 heeft beschreven. Na deze beschrijving gegeven te hebben, zei hij: „Wanneer gij deze dingen ziet geschieden, weet dan dat het koninkrijk Gods nabij is.” — Luk. 21:31.
Waar Jezus voor waarschuwde, gebeurt nu. Dit bewijst dat Gods koninkrijk een realiteit is. Het bewijst ook dat Satan reeds uit de hemel is geworpen en dat spoedig het Koninkrijk ervoor zal zorgen dat op aarde Gods wil volledig zal geschieden.
Een koninkrijk stelt echter niet veel voor als het geen onderdanen heeft. Heeft Gods koninkrijk onderdanen? Ja. Ruim 2.000.000 christenen in meer dan 200 landen. Terwijl zij de wetten gehoorzamen van het land waarin zij wonen, bestuderen en gehoorzamen zij nauwgezet de geboden van Gods aangestelde Koning, Christus Jezus. En energiek vertellen zij hun naasten over dit Koninkrijk en nodigen zij hen uit ook onderdanen ervan te worden. Het bestaan van deze internationale groep onderdanen maakt het tot een zekerheid dat Gods koninkrijk reëel is.
Dit Koninkrijk is actief werkzaam. Het heeft zijn onderdanen geleerd een rein, moreel leven te leiden, eerlijk te zijn en goede levensgewoonten te hebben. Het heeft hen ook tot een internationale broederschap gevormd waar naastenliefde werkelijk bestaat. Maar de opzienbarendste activiteiten van het Koninkrijk liggen nog in de toekomst, wanneer het beslissend zal optreden tegen Satan en alle andere goddeloosheid op aarde.
Het eindresultaat van alle activiteit van het Koninkrijk staat beschreven in een hartverwarmende belofte: „Hij zal elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan” (Openb. 21:4). Zou u zich graag onder een regering willen scharen die zulke zegeningen zal brengen? Dat kan. God nodigt u zelfs uit om dit te doen. Waarom zou u er niet de tijd voor nemen om de bijbel te lezen ten einde erachter te komen wat u daartoe moet doen? De uitgevers van dit tijdschrift zullen u graag alle hulp geven die u nodig hebt.