Bedrog in de wetenschap — Een groter bedrog

Bedrog wordt gedefinieerd als „misleiding of het geven van een onjuiste voorstelling van zaken”. Het is het „opzettelijk verdraaien van de waarheid om een ander ertoe te bewegen afstand te doen van iets van waarde”. — Webster’s Ninth New Collegiate Dictionary.

„EVOLUTIE is een feit.” Dat is de standaardgeloofsbelijdenis die het wetenschappelijk bestel verzekert van uw rechtzinnigheid. En om het publiek die verklaring te laten slikken, wordt daaraan vaak de bewering toegevoegd: ’Het is zo vaak bewezen dat het niet langer nodig is het bewijs te herhalen.’ Erg praktisch, vooral omdat de evolutionist niet over een te herhalen bewijs beschikt. Toch is deze uitspraak jarenlang steeds opnieuw gedaan, als een mystieke spreuk: „Evolutie is een feit.”

In april vorig jaar schreef de bioloog Richard Dawkins in een boekbespreking in The New York Times Book Review: „Wij spreken hier over het feit van de evolutie zelf, een feit dat onomstotelijk is bewezen en boven alle redelijke twijfel verheven is.” Vervolgens zei hij dat het bespreken van schepping „in biologielessen ongeveer net zo zinnig is als het opeisen van een gelijke hoeveelheid tijd voor de theorie van de platte aarde in astronomielessen. Of je zou, zoals het ook al geïllustreerd is, evengoed bij de seksuele voorlichting op school net zo veel tijd kunnen claimen voor de theorie van de ooievaar. Het is absoluut verantwoord te zeggen dat als u iemand ontmoet die beweert niet in evolutie te geloven, die persoon onwetend, stom of gek is (of slecht, maar dat wil ik liever buiten beschouwing laten).”

Stephen Jay Gould schreef een verhandeling over evolutie in het wetenschappelijke tijdschrift Discover van januari 1987. In dit vijf bladzijden tellende artikel verkondigde hij voor alle zekerheid maar liefst twaalfmaal dat evolutie een feit is! Wij laten zinsneden uit het artikel volgen:

Darwins levenswerk was „het staven van het feit der evolutie”. „Het feit der evolutie behoort tot de deugdelijkst bewezen zaken in de wetenschap (is even zeker als de omwenteling van de aarde rond de zon).” Tegen de tijd van Darwins dood „waren bijna alle denkende mensen het feit der evolutie gaan aanvaarden”. Gould sprak van een „vaststaand feit” en „het feit der transmutatie”. „Evolutie is ook een onontkoombaar feit.” „Evolutie is even deugdelijk gestaafd als elk ander wetenschappelijk feit.” „Ons vertrouwen in het feit der evolutie berust op een overvloed van gegevens.” Hij spreekt van de eenstemmigheid van biologen „over het feit der evolutie”. „Theologen zijn niet verontrust door het feit der evolutie.” „Ik ken honderden wetenschappers die allemaal overtuigd zijn van het feit der evolutie.”

Op een bepaald moment zegt Gould in het artikel: „Ik wil niet klinken als een fel dogmaticus die ’sluit de gelederen, jongens,’ schreeuwt, maar de biologen zijn tot overeenstemming gekomen . . . over het feit der evolutie.” Klinkt dat echter juist niet alsof „een fel dogmaticus . . . ’sluit de gelederen, jongens,’ schreeuwt”?

De moleculair bioloog Michael Denton bracht dit oppervlakkige gepraat over het ’feit der evolutie’ ter sprake en wees het af met de woorden: „Nu zijn zulke beweringen natuurlijk doodgewoon nonsens.” Het is veel meer dan nonsens. Het is bedrog. Het misleidt en geeft een onjuiste voorstelling van zaken. Het verdraait de waarheid om een ander ertoe te bewegen afstand te doen van iets van waarde. Kranten, radio, tv, natuurseries, wetenschappelijke programma’s, schoolboeken vanaf de tweede klas — allemaal stampen ze deze evolutie-is-een-feit-litanie in de geest van het publiek. Onlangs berichtte The New York Times echter, dat de onderwijsinspectie van Californië richtlijnen voor leerboeken voor de natuurwetenschappen heeft uitgevaardigd waarin duidelijk wordt gekozen voor een minder sterk benadrukken van het ’feit der evolutie’. — 10 november 1989.

Men volgt dezelfde tactiek als de overpriesters en Farizeeën uit Jezus’ tijd. Toen beambten die erop uitgestuurd waren om Jezus te arresteren, zonder hem terugkwamen, vroegen de Farizeeën: „’Waarom hebt gij hem niet meegebracht?’ De beambten antwoordden: ’Nooit heeft iemand anders op deze wijze gesproken.’ Waarop de Farizeeën antwoordden: ’Zijt gij soms ook misleid? Heeft soms een van de regeerders of van de Farizeeën geloof in hem gesteld? Maar deze schare, die de Wet niet kent, vervloekt zijn zij’” (Johannes 7:45-49). De tirannie van het gezag: ’Niemand van de belangrijke mensen, niemand van de ontwikkelde mensen, aanvaardt Jezus als de Messías. Alleen de domme vervloekten.’

De evolutionisten passen thans dezelfde farizeese tactiek toe: ’Geloof zoals wij’, zeggen zij. ’Alle bekwame wetenschappers geloven in evolutie. Alle intelligente mensen geloven erin. Alleen de onontwikkelden en de onwetenden geloven er niet in.’ Zo worden massa’s mensen geïntimideerd en overdonderd het kamp van de evolutionisten in gedreven. Zij weten niets van de zwakke punten en feilen van de evolutietheorie of haar ongegronde speculaties en als hypothese aangenomen onmogelijkheden — zoals het ontstaan van het leven uit onbezielde chemicaliën.a Zij laten zich dus meeslepen door de steeds weer herhaalde mantra’s die de propagandisten van de evolutie reciteren. De theorie wordt dogma, de predikers ervan worden arrogant, en andersdenkenden worden verachtelijk beschimpt. De tactiek werkt. Ze werkte in Jezus’ tijd; ze werkt ook nu.

Dit propagandazinnetje, ’Evolutie is een feit’, is een kort zinnetje (weinig woorden), het is eenvoudig (het laat zich makkelijk zeggen) en het wordt hardnekkig herhaald (wel twaalf keer in één korte verhandeling). Daarmee voldoet het aan de eisen die aan doeltreffende, overtuigende propaganda worden gesteld en door herhaling bereikt het de status van een leuze — en leuzen die overal worden herhaald, krijgen al gauw een plaatsje in de hersenen en glijden van de tong zonder veel kritisch onderzoek of sceptische analyse. Is een theorie eenmaal als leuze ingeburgerd geraakt, dan is er geen bewijs meer nodig en wordt met iedereen die er anders over denkt de spot gedreven. Als zulke andersdenkenden logische argumenten ter weerlegging van de leuze aanvoeren, zijn zij wel bijzonder irritant en wacht hun nog maar één reactie, bespotting.

Evolutionisten die zich specialiseren in de Grote Leugen dat evolutie een feit is, treden ook in het voetspoor van Hitler, want hij zei in zijn boek over de massa’s die hij bespeelde: „Met de primitieve eenvoud van hun geest zullen zij gemakkelijker ten prooi vallen aan een grote leugen dan aan een kleine, daar zijzelf misschien soms ook in kleine dingen liegen, maar zich stellig nog te veel zouden schamen voor te grote leugens.” Een boek met populaire citaten vermeldt onder andere dit: „Als je een leugen vertelt die groot genoeg is en ze vaak genoeg vertelt, zullen velen erin geloven.” De leugen die evolutionisten vertellen is blijkbaar groot genoeg en ze wordt beslist vaak genoeg verteld, want miljoenen geloven erin.

Het is een leugen die ook bedrog is, omdat het „misleiding of het geven van een onjuiste voorstelling van zaken” is, een „opzettelijk verdraaien van de waarheid om een ander ertoe te bewegen afstand te doen van iets van waarde”. Door te leren dat de voorouders van de mens dieren zijn, te beginnen met een microbe en eindigend met een mensaap, hebben evolutionisten ’de waarheid van God verruild voor de leugen’. Met die leugen bewegen zij velen ertoe afstand te doen van iets van grote waarde — hun geloof in God als hun Schepper. — Romeinen 1:25.

Dat bedrog richt een verschrikkelijke schade aan. De slachtoffers ervan voelen zich bevrijd van de wetten van de Schepper en stellen hun eigen wetten: ’Geen goed of kwaad. Bevredig al je vleselijke begeerten. Doe wat je wilt. Geen reden tot schuldbesef.’ Geef je over aan het morele verval, onbekommerd en zonder remmingen. Los van hun Schepper en de reële waarden van de bijbel verpauperen zij geestelijk en lijken ten slotte op „redeloze dieren, die van nature geboren zijn om gevangen en vernietigd te worden”. — 2 Petrus 2:12.

[Voetnoten]

[Kader op blz. 9]

„Propaganda zal pas tot succes leiden als een basisbeginsel voortdurend scherp in acht wordt genomen: ze moet zich beperken tot weinig en dit onophoudelijk herhalen. Ook hier is, zoals bij zo veel andere dingen in deze wereld, volharding de eerste en belangrijkste voorwaarde voor succes. . . . De massa’s . . . zullen hun geheugen alleen lenen aan de duizendvoudige herhaling van de simpelste denkbeelden. Een verandering mag nooit een wijziging betekenen van de inhoud van de propaganda, maar moet op het laatst altijd hetzelfde zeggen. De leuze moet dus van verschillende kanten belicht worden, maar het einde van elke bespiegeling moet steeds weer de leuze zelf zijn.” — Mein Kampf, door Adolf Hitler.

[Kader op blz. 10]

Propaganda voor de Grote Leugen

„Wat betreft het feit der evolutie, dat wordt algemeen aanvaard.” — Limitations of Science, 1933.

„Niet later dan in de laatste decennia van de negentiende eeuw is zonder redelijke twijfel komen vast te staan dat evolutie een historisch feit is.” — The Biological Basis of Human Freedom, 1956.

„De evolutie van het leven is niet langer een theorie. Ze is een feit.” — Julian Huxley, 1959.

„Alle biologen van naam zijn het erover eens dat de evolutie van het leven op aarde een vaststaand feit is.” — Biology for You, 1963.

„Iedereen die met de bewijzen voor evolutie wordt geconfronteerd, moet erkennen dat ze een historisch feit is.” — De Times-Picayune van New Orleans, 1964.

„Tegenwoordig is de evolutietheorie een aanvaard feit voor iedereen behalve een fundamentalistische minderheid.” — James D. Watson, 1965.

„De evolutie heeft inmiddels de status van feit verworven.” — Science on Trial, 1983.

„Wat wij wel hebben, bewijst onomstotelijk het feit der evolutie.” — Ashley Montagu, 1984.