Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • g91 8/1 blz. 8-13
  • Jehovah’s Getuigen in Oost-Europa

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Jehovah’s Getuigen in Oost-Europa
  • Ontwaakt! 1991
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Jehovah’s Getuigen in de Sovjet-Unie
  • Vooruitgang in Polen
  • Godsdienstvrijheid in Roemenië
  • Goed nieuws uit Hongarije
  • In beweging in Tsjechoslowakije
  • De vooruitzichten voor de toekomst
  • Jehovah’s Getuigen — Jaarboekbericht 1991
    Jaarboek van Jehovah’s Getuigen 1991
  • Deel 5 — Getuigen tot de verst verwijderde streek der aarde
    Jehovah’s Getuigen — Verkondigers van Gods koninkrijk
  • Opzienbarende groei
    Ontwaakt! 1991
  • ’En de muur stortte in’
    Ontwaakt! 1991
Meer weergeven
Ontwaakt! 1991
g91 8/1 blz. 8-13

Jehovah’s Getuigen in Oost-Europa

TOEN de Berlijnse muur in november 1989 viel, berichtte Asiaweek dat „er de twee dagen nadat Oost-Berlijn de grens had geopend, zo’n twee miljoen Oostduitsers de westelijke helft van hun verdeelde land waren binnengestroomd”. Wat gingen zij er doen?

De beter gesitueerden gingen erheen om van alles te kopen. Anderen gingen voornamelijk etalages kijken en hun gloednieuwe vrijheid proeven. Velen zagen Jehovah’s Getuigen in de straten van Berlijn en andere steden en namen lectuur van hen aan. Sindsdien zijn er op het bijkantoor van het Wachttorengenootschap in Selters, bij Frankfurt am Main, opmerkelijke reacties ontvangen.

In één brief stond: „Toen ik voor het eerst van mijn leven West-Berlijn bezocht, kreeg ik een exemplaar van De Wachttoren cadeau van Jehovah’s Getuigen op straat. Sindsdien ben ik de bijbel weer in gaan kijken, en hoewel ik heel wat problemen heb, is er weer iemand die mij hoop en vreugde in het leven geeft. Ik zou heel blij zijn als ik het boek Maak je jeugd tot een succes zou kunnen lezen. Ik zou ook graag contact met Jehovah’s Getuigen hebben.”

Een andere bezoeker schreef: „Toen ik door de tunnel naar het centraalstation van Neurenberg liep, gaf een dame mij exemplaren van Ontwaakt! en De Wachttoren. Ik was ontroerd toen ik ze las. Al enkele dagen gebruik ik de bijbel weer dagelijks.”

In de zomer van 1990 werden in grote steden van Oost-Europa congressen van Jehovah’s Getuigen gehouden. In het Olympiastadion in wat toen West-Berlijn was, werd een congres gehouden dat werd bijgewoond door Getuigen uit vele landen, onder meer uit Oost-Duitsland. Naar schatting kwamen er van de 44.532 aanwezigen zo’n 30.000 uit Oost-Duitsland. In de Berliner Morgenpost stond dat er in het Olympisch zwembad 1017 nieuwe Getuigen werden gedoopt door totale onderdompeling in water, de methode waarmee „de deelnemers zich nauwgezet houden aan het patroon van de eerste christenen”.

Welke veranderingen hebben zich in Oost-Duitsland voltrokken? In maart 1990 maakten de Oostduitse kranten de legalisatie van Jehovah’s Getuigen bekend. Onder de titel „Jehovah’s Getuigen weer wettig” verklaarde de Oostduitse Mitteldeutsche Zeitung: „Op 14 maart kwam er een eind aan een verbod dat vier decennia van kracht is geweest. Op die dag konden Duitse vertegenwoordigers van Jehovah’s Getuigen het gebouw van het Staatssecretariaat voor Kerkelijke Aangelegenheden van de DDR verlaten met een officieel document op zak waarin hun geloofsgemeenschap weer de vrije beoefening van hun religie werd toegestaan op het grondgebied van de DDR.”

In een brief die dat voorjaar van een Getuige in Leipzig werd ontvangen, wordt verteld: „Eén week geleden voerden wij nog in het geheim kleine hoeveelheden geestelijk voedsel in. Nu [op 14 maart 1990] zijn wij officieel erkend! Binnenkort zullen wij een vrachtwagen met vier ton lectuur lossen!” De eerste vrachtwagen naar Oost-Duitsland was in werkelijkheid geladen met 25 ton bijbelse lectuur, en in de loop van de volgende twee maanden werd er nog eens 250 ton gestuurd. Zo groot was de geestelijke honger van de Getuigen die ruim veertig jaar de vrijheid hadden moeten ontberen!

Als wij bedenken dat zowel het nazisme (1933–1945) als het communisme geprobeerd hebben het werk van de Getuigen in Duitsland uit te roeien, vormen hun vroegere en huidige ijverige krachtsinspanningen een welsprekend bewijs van hun integriteit en van Gods zegen op hen.

Jehovah’s Getuigen in de Sovjet-Unie

In december 1989 had Michail Gorbatsjov een ontmoeting met paus Johannes Paulus II in het Vaticaan. Volgens de Russische krant Pravda had Gorbatsjov over deze dialoog gezegd: „Wij hadden een zeer ernstig en zinvol gesprek. . . . Wij spraken over religie en betekenisvolle processen die zich in Europa, de wereld en de Sovjet-Unie voltrekken.” L’Osservatore Romano, de officiële Vaticaanse krant, berichtte dat de heer Gorbatsjov in zijn gesprek met de paus had gezegd: „Er wonen in de Sovjet-Unie mensen van veel geloofsrichtingen, onder wie christenen, moslims, joden, boeddhisten en anderen. Zij hebben allemaal het recht hun geestelijke noden te bevredigen. Binnenkort zal in ons land de Wet op de Vrijheid van Geweten worden aangenomen.”

In overeenstemming met die uitspraak keurde het wetgevende lichaam van de Sovjet-Unie in september 1990 een wet goed waarbij in vrijheid van geweten werd voorzien. Artikel 3 van de wet werd als volgt opgesteld: „In harmonie met het recht op vrijheid van geweten bepaalt elke staatsburger zelf zijn standpunt ten aanzien van religie, heeft hij het recht elke godsdienst persoonlijk of samen met anderen te beoefenen of er geen te beoefenen, en overtuigingen met betrekking tot zijn standpunt tegenover religie te uiten en te verbreiden.”

Er zijn duizenden getuigen van Jehovah in de Sovjet-Unie die ernaar uitzien gebruik te maken van hun godsdienstvrijheid. (Zie blz. 22.) Ter gelegenheid van de „Zuivere taal”-congressen van 1990 woonden ruim 17.000 afgevaardigden uit de Sovjet-Unie het Russische programma in Warschau bij als vertegenwoordigers van alle Getuigen overal in de Sovjet-Unie. Zij zien uit naar de dag dat het mogelijk zal zijn congressen in de Sovjet-Unie te houden.

Vooruitgang in Polen

Jehovah’s Getuigen werden in Polen in mei 1989 wettelijk erkend. Sindsdien is er een bijkantoor opgericht en er wordt een groter kantoor gebouwd in de buurt van Warschau. Vroeger zaten er honderden jonge Getuigen in de gevangenis wegens de kwestie van christelijke neutraliteit. Nu zijn zij vrijgesteld van militaire dienst en van straf als zij de juiste schriftelijke verklaring overleggen.

De in 1989 en 1990 in Polen gehouden congressen zijn nog een grote stimulans geweest voor de Getuigen daar. Een verslag vermeldt dat het aantal actieve Getuigen in Polen het afgelopen jaar maandelijks is gestegen, met een nieuw hoogtepunt van meer dan 97.000. Ongetwijfeld zal Polen spoedig het twaalfde land zijn met meer dan 100.000 Getuigen.a Het aanwezigenaantal op de Gedachtenisviering van Christus’ dood in april bedroeg 188.861.

Godsdienstvrijheid in Roemenië

De Getuigen in Roemenië waren dolgelukkig toen zij hoorden dat hun vereniging in april 1990 wettelijk erkend was. (Zie kader op blz. 13.) Al gauw werden er in het hele land kringvergaderingen georganiseerd en op één serie waren ruim 44.000 aanwezigen, hoewel er op dat tijdstip slechts zo’n 19.000 Getuigen in het land waren. Er zijn beslist veel Roemenen die gehoor geven aan de Koninkrijksboodschap.

Districtscongressen met als thema „Zuivere taal”, dat in 1990 wereldwijd gold, werden gehouden in de steden Braşov en Cluj-Napoca. Het programma werd in het Roemeens en het Hongaars gebracht. Er waren meer dan 36.000 aanwezigen en er werden 1445 personen gedoopt.

Te beginnen met de uitgave van 1 januari 1991 wordt De Wachttoren in het Roemeens simultaan met de Engelse editie en in vierkleurendruk uitgegeven.

In het aangrenzende Bulgarije, waar de oosters-orthodoxe religie de overhand heeft, zijn de Getuigen nog niet wettelijk erkend maar huren zij kamers voor hun gemeentevergaderingen. Ruim tweehonderd Getuigen reisden naar het Griekse Thessaloniki voor het „Zuivere taal”-congres, dat in het Bulgaars en het Grieks werd gehouden.

Goed nieuws uit Hongarije

De 27ste juni 1989 was een historische dag voor de Getuigen in Hongarije. De krant Magyar Nemzet maakte bekend: „Het Ministerie van Kerkelijke Aangelegenheden heeft de religieuze vereniging van Jehovah’s Getuigen in Hongarije, in overeenstemming met de wet op de vrijheid van godsdienst, tot wettelijk erkend religieus kerkgenootschap verklaard.” Het nieuws werd via de radio en op de televisie uitgezonden. De Hongaren hoorden dat het werk van Jehova Tanúi (Jehovah’s Getuigen) eindelijk wettelijke erkenning genoot.

Om een zo groot mogelijk gebied te bestrijken, werden er „Zuivere taal”-congressen gehouden in Pécs, Miskolc, Debrecen en Boedapest. Er kwamen zo’n 2000 Hongaarssprekenden uit Tsjechoslowakije en de Sovjet-Unie. Om de internationale eenheid van Jehovah’s Getuigen te beklemtonen, was er een groep van 700 afgevaardigden aanwezig uit Finland. Het totale aanwezigenaantal in Hongarije was 21.568, onder wie minstens 2000 Roemeense afgevaardigden.

Vanaf januari 1990 hebben de Getuigen in Hongarije regelmatig hun vierkleurentijdschriften in het Hongaars ontvangen, die simultaan met het origineel in de Engelse taal verschijnen.

In beweging in Tsjechoslowakije

In dit prachtige land van woeste bergen en vruchtbare vlakten zijn Jehovah’s Getuigen er druk mee bezig hun medemensen te helpen meer over de bijbel te weten te komen. In een verslag over hun activiteit wordt gezegd: „Het werk wordt openlijk verricht en er worden grote vergaderingen gehouden.”

Na de tegen het einde van 1989 begonnen opzienbarende veranderingen in Oost-Europa reageerden de Getuigen in Tsjechoslowakije heel snel en organiseerden een serie kringvergaderingen in april, mei en juni 1990. Het resultaat was dat er voor de eerste keer positieve berichten over de Getuigen in de pers kwamen. Op het moment zijn er meer dan 21.000 Getuigen in Tsjechoslowakije, en in 1990 werd de Gedachtenisviering van Christus’ dood door 40.295 personen bijgewoond. Ruim de helft van de gemeenten beschikt al over gehuurde gelegenheden waar vergaderingen gehouden kunnen worden, en twaalf gemeenten hebben zelfs een eigen Koninkrijkszaal.

In augustus 1990 is er een congres in Praag gehouden, met een aantal aanwezigen van 23.876; er werden 1824 personen gedoopt. Om het stadion toonbaar te maken voor het congres, besteedden ruim 9500 Getuigen vrijwillig meer dan 58.000 uur aan schoonmaak- en schilderwerk. Een vertegenwoordiger van de Tsjechoslowaakse televisie merkte op: „Wij hebben al veel evenementen bezocht, maar wij bewonderen jullie organisatie hier in het stadion. Wij kunnen nauwelijks geloven dat jullie zo’n bijeenkomst voor de eerste maal organiseren.” Een bezoeker zei: „Ik bewonder de geestelijke sfeer, de hartelijke omgang en de liefde onder jullie broeders. Ik kwam als vriend; ik ga als een nog groter vriend.”

De tijdschriften De Wachttoren en Ontwaakt! worden in het Tsjechisch en het Slowaaks in vierkleurendruk uitgegeven en De Wachttoren verschijnt in beide talen simultaan met het Engels. Wanneer wij terugdenken aan de onderdrukking van net iets meer dan een jaar geleden zijn dit opmerkelijke veranderingen.

De vooruitzichten voor de toekomst

Wat zijn de vooruitzichten voor de Getuigen die in landen prediken waar de jongere generaties het atheïsme met de paplepel is ingegeven? In een verslag wordt gezegd: „Er heerst grote duisternis wat de bijbel en God betreft. De positieve kant van de zaak is echter dat de mensen niet in verwarring zijn gebracht door vals-religieuze leerstellingen die ontzenuwd moeten worden. Het lijkt erop dat de oogst groot zal zijn.”

Wat is dan de boodschap die Jehovah’s Getuigen de bevolking van Oost-Europa aan de hand van de bijbel te bieden hebben? Het antwoord wordt in het volgende artikel gegeven.

[Voetnoot]

a De andere elf zijn Brazilië, Canada, Duitsland, de Filippijnen, Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië, Japan, Mexico, Nigeria en de Verenigde Staten.

[Kader op blz. 8, 9]

Eindelijk vrijheid van godsdienst!

Hier volgen enkele commentaren van Getuigen uit het voormalige Oost-Duitsland die in juli 1990 het „Zuivere taal”-congres in Berlijn bijwoonden.

„Mijn naam is Lydia. Ik ben acht jaar en ik kom uit de DDR. Ik ben erg blij dat ik op dit districtscongres kan zijn, want een jaar geleden waren de grenzen nog niet open. Toen moesten wij het Avondmaal in het geheim vieren. Deze keer in vrijheid! Als iedereen begint te zingen, schieten de tranen me in de ogen. Ik ben zo enthousiast dat ik er op school vast over zal vertellen!”

„Wij zijn vervuld van dankbaarheid en waardering dat wij hier in Berlijn te midden van een internationale broederschap Jehovah’s gasten zijn.” — Bernd.

„Dat ook broeders uit de DDR een aandeel aan het programma hadden, wijst op een speciaal aspect: Zelfs onder verbodsbepalingen leidt Jehovah zijn volk op en maakt hij het bekwaam.” — Gottfried.

„Uit het applaus en het zingen bleek dat iedereen gelukkig was. Het was een daverend geluid dat je in vervoering bracht. Wat moet Jehovah zich verheugd hebben!” — Egon.

„Na mijn doop vroegen enkele van de broeders of het water erg koud was geweest. Ik kon alleen maar antwoorden dat ik het niet wist. De zegen van Jehovah was zo warm dat ik van de temperatuur van het water nauwelijks iets gemerkt heb.” — Heidrun.

„De sfeer in de slaapzalen was onbeschrijflijk! Uit Denemarken, Mozambique, Engeland, Californië, Zuid-Duitsland, Spanje, de DDR — wij zongen allemaal met elkaar, wij spraken allemaal de ’zuivere taal’.” — Jutta.

Wij vertelden onze kinderen altijd wat wij ons van de congressen in Berlijn van 1958 en 1960 herinnerden, de laatste die wij konden bijwonen. Maar wat wij nu hebben meegemaakt, heeft al onze herinneringen en verwachtingen overtroffen.” — Wolfgang.

„Wij waren nog het meest onder de indruk toen er duizenden opstonden om te zingen en Jehovah te loven, vooral tijdens het slotlied en -gebed. Wij konden onze tranen niet langer bedwingen.” — Monika en Reinhard.

[Kader op blz. 13]

„Een onrecht is rechtgezet”

Dat was de titel van een bericht in het Roemeense blad Tineretul liber (Vrije jeugd) van 11 augustus 1990. Er werd in gezegd: „Ja, een onrecht is rechtgezet. De veelgesmade religieuze organisatie ’Jehovah’s Getuigen’, die meer dan veertig jaar hun rechtschapenheid als volgelingen van Christus bewaard hebben, is wettelijk erkend en geregistreerd als rechtspersoon. Deze organisatie verricht haar activiteit onder toezicht en auspiciën van het Besturende Lichaam, als een wereldomvattende organisatie die actief is in 210 landen en eilandgebieden.” Het berichtje besloot met de aankondiging van de in augustus in Braşov en Cluj-Napoca te houden congressen.

[Illustraties op blz. 9]

Congresactiviteiten: (kloksgewijs vanaf links onder) nieuwe brochure beschikbaar gesteld in Warschau; het Hongaarse en het Roemeense podium, Boedapest; aantekeningen maken, Berlijn; opknapbeurt stadion voor het congres, Praag

[Illustraties op blz. 10]

Congresactiviteiten: (kloksgewijs, links beginnend) de doop, Roemenië; stadion, Praag; gezin met „De mens op zoek naar God”-boek in Berlijn; spreker in Boedapest; de bijbel wordt ingekeken in Polen

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen