De radio — Een uitvinding die de wereld veranderde
DOOR ONTWAAKT!-CORRESPONDENT IN ITALIË
EEN geweerschot verscheurde de stilte van het Italiaanse platteland. Dat signaal gaf Guglielmo Marconi de bevestiging dat de nog primitieve apparatuur die hij gebruikte, had gewerkt. Elektromagnetische golven, voortgebracht door een zender en de ruimte in gestuurd, waren 2,5 kilometer verderop opgevangen door een ontvanger. Het was 1895. Hoewel destijds niemand nog volledig kon bevatten wat daar allemaal uit zou voortvloeien, vormde dat geweerschot het startsein voor een technologische ontwikkeling die sindsdien onze wereld radicaal heeft veranderd — radiocommunicatie.
De aard van elektromagnetische golven was al door een aantal wetenschappers bestudeerd. In 1831 demonstreerde de Engelse natuurkundige Michael Faraday dat een elektrische stroom een magnetisch veld kon produceren en een stroom kon veroorzaken in een tweede circuit dat niet in verbinding stond met het eerste maar zich in de buurt ervan bevond. In 1864 toonde de Schotse natuurkundige James Maxwell theoretisch aan dat de energie die door deze magnetische velden werd opgewekt, zich in golven kon voortplanten — als rimpels op het oppervlak van een vijver — maar met de snelheid van het licht. Later bevestigde de Duitse natuurkundige Heinrich Hertz Maxwells theorie door elektromagnetische golven op te wekken en op korte afstand hun aanwezigheid aan te tonen; hetzelfde deed Ernest Rutherford (later Lord Rutherford) in Nieuw-Zeeland. Maar door de beschikbare apparatuur aan te passen en te verbeteren en er een zelfgemaakte, primitieve antenne aan toe te voegen, slaagde Marconi erin een telegrafisch signaal over een aanzienlijke afstand te versturen. De draadloze telegrafie kwam eraan!
In 1896 verhuisde de 21-jarige Marconi van Italië naar Engeland, waar hij werd voorgesteld aan William Preece, hoofdingenieur van de General Post Office, de Britse posterijen. Preece was erin geïnteresseerd Marconi’s systeem toe te passen op maritieme communicatie tussen punten die niet per kabel met elkaar verbonden konden worden. Hij bood Marconi de hulp van technici en het gebruik van laboratoria aan voor zijn experimenten. In een paar maanden slaagde Marconi erin de signalen zo te versterken dat ze een afstand van tien kilometer konden overbruggen. In 1897 stichtte Marconi de Wireless Telegraph and Signal Company, Ltd., met het doel van draadloze telegrafie een commercieel bruikbaar systeem te maken.
In 1900 werd er een radiotelegrafische verbinding tot stand gebracht over een afstand van 300 kilometer, tussen Cornwall en het eiland Wight voor de zuidkust van Engeland, waarmee werd aangetoond wat eens als onmogelijk werd beschouwd — het volgen van de aardkromming met radiogolven. Voorheen dacht men dat signalen niet achter de horizon te ontvangen waren, aangezien elektromagnetische golven zich rechtlijnig voortbewegen.a Toen begonnen de eerste belangrijke orders voor radio’s binnen te komen. De Admiralty, het Britse Ministerie van Marine, gaf opdracht tot de installatie van radiotoestellen op 26 schepen, alsook tot het bouwen en onderhouden van zes stations op het vasteland. Het jaar daarop slaagde Marconi erin de Atlantische Oceaan te overbruggen met een zwak signaal van drie punten: de letter S in morseschrift. De toekomst van de uitvinding was verzekerd.
Technologische ontwikkeling
Aanvankelijk kon draadloze telegrafie geen woorden of muziek overbrengen, alleen morseseinen. In 1904 werd er echter een grote stap voorwaarts gedaan met de komst van de diode, de eerste elektronenbuis, die het overbrengen en ontvangen van de stem mogelijk maakte. Hierdoor veranderde draadloze telegrafie in radio zoals wij die nu kennen.
In 1906 zond Reginald Fessenden in de Verenigde Staten muziek uit die door schepen op een afstand van tachtig kilometer werd ontvangen. In 1910 organiseerde Lee De Forest voor radioamateurs in New York een live-uitzending van een concert door de beroemde Italiaanse tenor Enrico Caruso. Een jaar voordien werden vanaf de Eiffeltoren in Parijs voor het eerst signalen uitgezonden om uurwerken gelijk te zetten. Datzelfde jaar, 1909, vond de eerste redding van overlevenden met behulp van de radio plaats, namelijk van de Florida en de Republic, twee stoomschepen die op de Atlantische Oceaan met elkaar in aanvaring waren gekomen. Drie jaar later werden meer dan 700 overlevenden van de ramp met de Titanic eveneens gered dank zij een via de radio uitgezonden S.O.S.
Al in 1916 voorzag men de mogelijkheid om in elk huis een radio te hebben. Het gebruik van buizen maakte de produktie van efficiënte, goedkope ontvangers mogelijk, en dat opende de deur tot de wijdverbreide ontwikkeling van de commerciële radio. De explosieve groei begon in de Verenigde Staten, waar tegen het einde van 1921 acht radiostations waren en op 1 november 1922 564 stations een vergunning hadden! In veel huizen was de radio na de verlichting het eerste wat op de elektriciteitsvoorziening werd aangesloten.
Nog geen twee jaar nadat er een begin was gemaakt met gewone commerciële radiouitzendingen, maakten ook de Bijbelonderzoekers, zoals Jehovah’s Getuigen destijds bekendstonden, gebruik van de radio om hun boodschap uit te zenden. In 1922 hield J. F. Rutherford, de toenmalige president van het Wachttorengenootschap, zijn eerste radiotoespraak in Californië. Twee jaar later begon WBBR, een station waarvan het Wachttorengenootschap de bouwer en eigenaar was, uitzendingen te verzorgen vanaf Staten Island, New York. Uiteindelijk organiseerde het Genootschap wereldwijde netwerken van radiostations om bijbelse programma’s uit te zenden. In 1933 werd een hoogtepunt bereikt en was de boodschap van Gods koninkrijk via 408 stations te beluisteren. — Mattheüs 24:14.
In veel landen werd de radio echter een staatsmonopolie. In Italië zag Mussolini’s regering de radio als een instrument van politieke propaganda en verbood haar burgers naar buitenlandse uitzendingen te luisteren. De enorme macht van de radio werd overduidelijk gedemonstreerd in 1938. Tijdens de uitzending van een science-fictionverhaal in de Verenigde Staten zaaide Orson Welles paniek onder sommigen van de bevolking, die dachten dat er Marsbewoners in New Jersey waren geland en een angstaanjagende „hittestraal” gebruikten om iedereen die zich tegen hen verzette, te doden!
Honderd jaar radio
In 1954 was het favoriete tijdverdrijf van mensen in Italië naar de radio luisteren. Ondanks het succes van de televisie is de radio nog steeds heel populair. In de meeste Europese landen luistert 50 tot 70 procent van de bevolking voor informatie of amusement naar de radio. In de Verenigde Staten bevindt zich naar schatting een radio in 95 procent van de voertuigen, 80 procent van de slaapkamers en meer dan 50 procent van de keukens.
Een van de redenen waarom de radio zo populair is, zelfs in dit televisietijdperk, is dat hij gemakkelijk mee te nemen is. Bovendien, zo bleek uit een enquête, bezit de radio „veel meer dan televisie het vermogen om de emoties en de verbeelding aan te spreken”.
In 1995 boden vieringen in Italië van de honderdste verjaardag van Marconi’s experiment de gelegenheid om stil te staan bij de ontwikkeling die de radio heeft doorgemaakt. Talloze wetenschappers hebben ertoe bijgedragen dat de eerste primitieve apparaten zijn uitgegroeid tot de geavanceerde systemen van vandaag. Dank zij digitale geluidsoverdracht, waarbij het signaal in een reeks getalwaarden wordt omgezet, is men nu van een uitstekende geluidskwaliteit verzekerd. Maar behalve de talloze dagelijkse toepassingsmogelijkheden van de radio heeft deze uitvinding de ontwikkeling op gang gebracht van tv, radar en verscheidene andere technologieën.
Radioastronomie bijvoorbeeld is gebaseerd op het ontvangen en analyseren van radiogolven die door hemellichamen worden uitgezonden. Zonder de radio zou de ontwikkeling van de ruimtevaarttechnologie onmogelijk zijn geweest. Alle toepassingsmogelijkheden van satellieten — televisie, telefoon en het verzamelen van gegevens — zijn afhankelijk van het gebruik van radiogolven. De technologische ontwikkeling van transistors tot microchips leidde eerst tot zakcalculators en computers en vervolgens tot internationale informatienetwerken.
Mobiele telefoons waarmee men tussen elke of bijna elke twee punten op aarde contact kan leggen, zijn al werkelijkheid. Men ziet nu uit naar de komst van draadloze handformaat ontvangers — een combinatie van tv, telefoon, computer en fax. Met deze ontvangers zullen gebruikers op honderden video-, audio- en tekstkanalen kunnen afstemmen en elektronische post met anderen kunnen uitwisselen.
Men kan niet met zekerheid zeggen wat de toekomst voor dit terrein inhoudt. Maar de radiotechnologie blijft vooruitgaan, dus ligt het voor de hand dat zich nog meer opmerkelijke ontwikkelingen zullen voordoen.
[Voetnoten]
a De uitleg van dit fenomeen kwam in 1902, toen de natuurkundigen Arthur Kennelly en Oliver Heaviside het bestaan veronderstelden van een laag in de atmosfeer die elektromagnetische golven terugkaatste — de ionosfeer.
[Inzet op blz. 21]
Ondanks het succes van de televisie is de radio nog steeds heel populair
[Illustratieverantwoording op blz. 19]
Links en rechts boven, links onder: „MUSEO della RADIO e della TELEVISIONE” RAI--TORINO; rechts onder: NASA-foto