Lied 151
De zonen van God worden geopenbaard
Het openbaren van Gods zoons
— daarnaar verlangen wij.
Dat zij met Jezus koning zijn
en strijden aan zijn zij.
(REFREIN)
Als God zijn zoons straks heeft onthuld
begint de laatste strijd.
Zij vechten voor rechtvaardigheid
en vrede voor altijd.
Hun Koning roept, daar klinkt zijn stem
— het is een luid bevel.
En de gezalfden weten nu:
de oorlog nadert snel.
(REFREIN)
Als God zijn zoons straks heeft onthuld
begint de laatste strijd.
Zij vechten voor rechtvaardigheid
en vrede voor altijd.
(BRUG)
En ze verslaan Gods vijanden,
hun Koning voert hen aan.
Op elke plaats en voor altijd
wordt nu Gods wil gedaan.
(REFREIN)
Als God zijn zoons straks heeft onthuld
begint de laatste strijd.
Zij vechten voor rechtvaardigheid
en vrede voor altijd.
(Zie ook Dan. 2:34, 35; 1 Kor. 15:51, 52; 1 Thess. 4:15-17.)