KEWAN
(Ke̱wan) [letterlijk: Ki·joenʹ (volgens de masoretische tekst), opzettelijk gevocaliseerd naar het Hebreeuwse woord sjiq·qoetsʹ (walgelijk ding); identiek met Refan].
Waarschijnlijk een sterregod, wat blijkt uit het feit dat de naam „Kewan” op één lijn wordt gesteld met de „ster van uw god” (Amos 5:26). Blijkbaar wordt daarmee de Akkadische ster kaimanoe of kaiwanoe bedoeld, want deze aanduiding komt in Akkadische inscripties als de naam van Saturnus (een sterregod) voor. In de Septuaginta-vertaling wordt „Kewan” weergegeven met Rhaiʹfan, vermoedelijk de Egyptische aanduiding van Saturnus, en in Handelingen 7:43, waar Stefanus een aanhaling doet, gebruikt hij volgens de Griekse tekst van Westcott en Hort de aanduiding Rhomʹfa.