Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • ad blz. 1445-1446
  • Sprinkhaan

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Sprinkhaan
  • Hulp tot begrip van de bijbel
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • „REIN” VOEDSEL
  • SPRINKHANENPLAGEN
  • FIGUURLIJK GEBRUIK
  • Sprinkhaan
    Inzicht in de Schrift, Deel 2
  • De hongerige sprinkhaan
    Ontwaakt! 1977
  • Jehovah’s dag is nabij
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1998
  • Verenigd tegen natiën in het dal der beslissing
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1962
Meer weergeven
Hulp tot begrip van de bijbel
ad blz. 1445-1446

SPRINKHAAN.

Van de verschillende Hebreeuwse woorden die met „sprinkhaan” worden weergegeven, komt ’ar·behʹ het meest voor. Men neemt aan dat hiermee gedoeld wordt op de treksprinkhaan, en wel op het insekt in zijn volgroeide, gevleugelde stadium. Van het woord cha·ghavʹ weet men niet precies op welk insekt (of welke insekten) het betrekking heeft. Men denkt dat deze Hebreeuwse term is afgeleid van een grondwoord dat „verbergen, overdekken” betekent. Derhalve kan cha·ghavʹ duiden op een verscheidenheid van vliegende sprinkhanen, die met hun enorme zwermen de zon vrijwel aan het gezicht onttrekken of verduisteren en de aardbodem bedekken. Het is echter ook mogelijk dat cha·ghavʹ betrekking heeft op een springende in plaats van een vliegende sprinkhaan, aangezien in Leviticus 11:22 ’ar·behʹ en cha·ghavʹ samen worden genoemd.

De sprinkhaan kan meer dan 5 cm lang worden. Hij is toegerust met twee paar vleugels, vier looppoten en twee veel langere springpoten met verdikte dijen. De grote, doorzichtige achtervleugels liggen in rust onder de dikke harde voorvleugels gevouwen. Met behulp van zijn springpoten kan het insekt sprongen maken die vele malen groter zijn dan zijn lichaamslengte. (Zie Job 39:20.) In de Schrift wordt de sprinkhaan soms gebruikt als symbool van ontelbaarheid. — Recht. 6:5; 7:12; Jer. 46:23; Nah. 3:15, 17.

„REIN” VOEDSEL

Volgens de Wet waren sprinkhanen reine dieren en mochten ze gegeten worden (Lev. 11:21, 22). Johannes de Doper leefde in feite van sprinkhanen en honing (Matth. 3:4). Men zegt dat de smaak van deze insekten een beetje lijkt op die van garnalen of krab, en dat ze rijk aan eiwitten zijn; volgens een in Jeruzalem verricht onderzoek bestaan woestijnsprinkhanen voor 75 procent uit eiwitten. Wanneer men ze tegenwoordig als voedsel bereidt, worden kop, poten, vleugels en achterlijf verwijderd. Het resterende deel, het borststuk, wordt gekookt of rauw gegeten.

SPRINKHANENPLAGEN

In bijbelse tijden was een sprinkhanenplaag een grote ramp en in sommige gevallen een uiting van Jehovah’s oordeel, zoals bijvoorbeeld in het oude Egypte (Ex. 10:4-6, 12-19; Deut. 28:38; 1 Kon. 8:37; 2 Kron. 6:28; 7:13; Ps. 78:46; 105:34). Door de wind meegevoerde sprinkhanen komen plotseling opdagen, maar het geluid van hun komst, in de Schrift vergeleken met het geluid van strijdwagens en een vuur dat stoppels verteert (Joël 1:4; 2:5, 25), kan naar verluidt op ongeveer 10 km afstand gehoord worden. Op hun vlucht zijn ze grotendeels afhankelijk van de wind, die, wanneer hij gunstig is, ze in staat stelt enorme afstanden af te leggen. Er zijn door mensen op zee zelfs sprinkhanenzwermen waargenomen op meer dan 1600 km uit de kust. Ongunstige winden kunnen ze niettemin in het water doen belanden, zodat ze omkomen (Ex. 10:13, 19). Een grote zwerm in de vlucht (van een zwerm in het gebied van de Rode Zee werd bericht dat die een oppervlakte van ca. 5000 km2 besloeg) is vergelijkbaar met een wolk die het zonlicht tegenhoudt. — Joël 2:10.

Een invasie van sprinkhanen kan een paradijsachtig gebied in een wildernis veranderen, want ze zijn zeer vraatzuchtig (Joël 2:3). Ze eten niet alleen plantengroei maar ook linnen, wol, zijde en leer, en sparen zelfs de lak van de meubelen niet wanneer ze de huizen binnendringen. Men schat dat de dagelijkse voedselconsumptie van een grote zwerm overeenkomt met die van anderhalf miljoen mensen.

Een zwerm sprinkhanen beweegt zich voort als een goed georganiseerd, gedisciplineerd leger, maar zonder koning of aanvoerder — een bewijs van hun instinctieve wijsheid (Spr. 30:24, 27). Zelfs als er vele omkomen, gaat de aanval door. Vuren die men heeft ontstoken om hun opmars te stuiten, worden gedoofd door de lichamen van de dode sprinkhanen. Met water gevulde greppels baten evenmin om hun voortgang te beletten, want ze worden gedempt met hun dode lichamen (Joël 2:7-9). „Er is geen natuurlijke vijand bekend die hun verwoestende trektocht in bedwang kan houden”, schreef een hoogleraar in de zoölogie („De sprinkhanenoorlog”, New York Times Magazine, 12 mei 1960). Onderzoekingen hebben aangetoond dat de levensduur van de sprinkhaan vier tot zes maanden bedraagt. Terecht wordt daarom over de symbolische sprinkhanen uit Openbaring 9:5 gezegd dat ze de mensen vijf maanden lang, of gemiddeld genomen hun gehele levensduur, pijnigen.

FIGUURLIJK GEBRUIK

De ontrouwe Israëlitische verspieders berichtten dat zij qua afmeting als sprinkhanen waren vergeleken met de bewoners van Kanaän (Num. 13:33). Vanuit het standpunt van Jehovah en met het oog op zijn grootheid zijn mensen als sprinkhanen (Jes. 40:22). Toen de bijeenbrenger de moeilijkheden van de oude dag beschreef, gebruikte hij het beeld van een zich voortslepende sprinkhaan, waarmee hij misschien een bejaarde wilde uitbeelden die gebogen en stijf is en zijn armen iets naar achteren houdt (Pred. 12:5). In Nahum 3:16 wordt gesproken over de sprinkhaan die zich de huid afstroopt. In tegenstelling tot andere insekten zoals de vlinder, verpopt de sprinkhaan zich niet, maar werpt vijfmaal de huid af alvorens de grootte van een volwassen dier te bereiken. In Nahum 3:17 worden de Assyrische wachters en werfbeambten vergeleken met sprinkhanen die zich op een koude dag in stenen kooien legeren maar wegvluchten als de zon gaat schijnen. Hier kan gezinspeeld worden op het feit dat de insekten bij koud weer verkleumen, zodat ze beschutting zoeken in muurspleten totdat ze door de zonnestralen zijn opgewarmd, waarna ze wegvliegen. Naar verluidt kunnen sprinkhanen pas vliegen wanneer hun lichaam een temperatuur van 21 °C heeft bereikt.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen