Efeze — de Grote Stad van Asia
MET haar dichte bevolking van minstens een kwart miljoen mensen was de stad Efeze in vroeger tijden een van de belangrijkste steden van het Romeinse district Asia. Ze stond gelijk met Antiochië in Syrië en Alexandrië in Egypte. Handel en religie waren de voornaamste factoren die tot haar vooraanstaande positie bijdroegen.
Gezegend met een voortreffelijke haven en gelegen aan de voornaamste handelsroute van Rome naar het oosten, werd er in Efeze voortdurend een grote commerciële activiteit ontplooid. Vanuit de stad liepen twee grote wegen oostwaarts, één door Galátië naar het noordoosten en de andere door Ikónium en het Taurusgebergte, aansluitend op de wegen naar Syrisch Antiochië en de rivier de Eufraat. De stad was ook verbonden met een kustweg noordwaarts naar Smyrna en zuidwaarts naar Miléte. Via de zeehandel stond ze met Rome in het westen in contact en door de landroutes onderhield ze betrekkingen met een groot deel van het district Asia en zelfs met het verafgelegen Mesopotamië.
Ongeveer vijf kilometer van de Egeïsche Zee aan de rivier de Kaystros gelegen, maakte de voortreffelijke haven de stad eeuwenlang tot het voornaamste handelscentrum in Asia. Dit commerciële levensbloed begon echter geleidelijk langzamer te stromen toen door de rivier meegevoerd slib haar haven begon op te vullen. Reeds in de eerste eeuw werd dit een probleem. Door de eeuwen heen heeft zich dermate veel slib afgezet, dat Efeze op het ogenblik elf kilometer van de zee af ligt. Dat de stad door het verzanden van haar haven haar zeehandel verloor, droeg er mede toe bij dat Efeze een dode stad werd, een hoop ruïnen.
De dichte bevolking van Efeze en de omvangrijke stroom reizigers die de stad aandeden, maakte de stad tot een voortreffelijke plaats voor de verbreiding van de dynamische religie van het christendom. Paulus, een apostel van Jezus Christus, was zich hier goed van bewust en schonk Efeze op zijn zendingsreizen meer persoonlijke aandacht dan enige andere stad. Drie jaar lang bleef hij er de levengevende waarheden van Gods Woord prediken en onderwijzen. Hij kon hier tot mensen met allerlei culturele achtergronden prediken, want in deze stad, die voor het district Asia hetzelfde was als Rome voor het westen, woonden joden, Grieken, Romeinen en oosterlingen dooreen.
Efeze was niet alleen het belangrijkste handelscentrum in Asia, maar de stad vormde tevens een beroemd religieus centrum. Ze was zo bekend om haar magische kunsten, dat Griekse en Romeinse schrijvers magische en toverformules „Efezische geschriften” noemden. De schitterende tempel van Artemis of Diana aan de haven genoot in de gehele antieke wereld grote faam en werd door de mensen uit die tijd als een van de zeven wereldwonderen beschouwd. De stad Efeze werd als de „Bewaarster van de tempel van Artemis” betiteld, dit niet alleen vanwege deze grote tempel, maar tevens om de ijver die de Efeziërs voor de aanbidding van deze godin aan de dag legden. Deze religieuze factoren droegen bij tot de belangrijkheid van de stad en haar vermogen reizigers uit vele delen van de antieke wereld tot zich te trekken.
De tempel van Artemis was een indrukwekkend bouwwerk van cederhout, cipressehout, wit marmer en goud. Tweehonderd twintig jaar lang hebben bekwame handwerkslieden en arbeiders eraan gewerkt. Hij werd zo heilig geacht, dat er zonder vrees voor diefstal schatten in konden worden achtergelaten. De plaatselijke bevolking en de mensen elders, met inbegrip van koningen, gebruikten de tempel zo ongeveer als een bank ten einde hun kostbaarheden in veilige bewaring te hebben. Geschenken in de vorm van gouden en zilveren beeldjes van de godin deden de grote rijkdom van de tempel nog verder toenemen.
Een tijdens de opgraving van Efeze door archeologen gevonden inscriptie verhaalt hoe een man, Vibius Salutaris geheten, de godin negenentwintig zilveren en gouden beeldjes schonk. De route van de processie zoals deze in de inscriptie werd beschreven, hielp archeologen de plaats van de tempel te bepalen. Toen het altaar bij de laatste eeuwwisseling werd blootgelegd, vond men een grote collectie bronzen, gouden, zilveren en ivoren beeldjes van de godin. Nu wij van dergelijke geschenken af weten, kunnen wij begrijpen waarom de Efezische vaklieden zo in beroering raakten toen zij het christendom in Efeze zagen groeien. In Handelingen 19:24-28 (NW) worden hun gevoelens als volgt beschreven:
„Er was namelijk iemand, Demétrius genaamd, een zilversmid, die zilveren Artemistempeltjes maakte en de vaklieden daarmee geen klein gewin verschafte; en hij bracht dezen en degenen die aan zulke dingen werkten, bijeen en zei: ’Mannen, gij weet zeer goed dat wij aan dit bedrijf onze voorspoed te danken hebben. Ook ziet en hoort gij hoe deze Paulus niet alleen in Efeze maar in bijna het gehele district Asia een talrijke schare heeft overreed en hen tot een andere opvatting heeft gebracht door te zeggen dat de goden die door handen worden gemaakt, geen goden zijn. Bovendien bestaat niet alleen het gevaar dat dit beroep van ons in diskrediet zal geraken, maar ook dat de tempel van de grote godin Artemis als niets geacht zal worden, en zelfs haar luister, die door het gehele district Asia en de bewoonde aarde wordt aanbeden, staat op het punt tenietgedaan te worden.’ Toen zij dit hoorden, werden zij met toorn vervuld en riepen, zeggende: ’Groot is Artemis van de Efeziërs!’”
Een ander interessant kenmerk van de tempel van Artemis was, dat hij voor misdadigers die ernaartoe waren gevlucht, een vrijplaats vormde. Zij waren in een gebied dat zich tot op 183 meter van de tempel uitstrekte, tegen arrestatie gevrijwaard. Deze gewoonte misdadigers in een gebied rondom de tempel asiel te verschaffen, was in het geval van een aantal heidense, Griekse tempels heel gebruikelijk.
Wanneer wij de commerciële en religieuze betekenis van Efeze kennen, kunnen wij beter begrijpen waarom de apostel Paulus hier zo lang bleef. Een sterke, bloeiende christelijke gemeente kon op dit kruispunt van wegen in de antieke wereld heel doeltreffend werkzaam zijn. IJverige prediking door deze gemeente zou de voortdurende stroom van reizigers die door Efeze trok, met de christelijke waarheid in aanraking brengen en deze naar andere plaatsen verbreiden.
Thans is Efeze een hoop ruïnen, een stad die al lang dood is. Reizigers kunnen de overblijfselen van haar beroemde tempel, haar grote stadion, haar theater en haar markt aanschouwen, doch zij kunnen zich maar moeilijk voorstellen dat hetgeen zij zien eens misschien wel de grootste stad van Asia was.
[Illustratie op blz. 476]
Tempel van de Efezische Diana