Een ware bron van eeuwig leven
1. Waarnaar is de mensheid voornamelijk op zoek geweest, en met hoeveel succes?
SEDERT onheuglijke tijden hebben mensen naar een bron van jeugd gezocht ten einde zich tot de volle kracht van een stralende gezondheid te vernieuwen. Men is niet alleen op zoek geweest naar zo’n letterlijke bron, doch door middel van medicijnen, spijzen, het houden van een dieet en andere manieren heeft men ook naar herstel van ziekte en opheffing van ouderdom gezocht. Deze middelen hebben een mate van succes opgeleverd, doch geen van alle hebben ’s mensen levensduur of levensvreugde beduidend kunnen verlengen. In de bijbel wordt aangetoond dat dit komt omdat de mens onvolmaaktheid heeft overgeërfd. De oorspronkelijke vader der mensheid heeft zich van de bron des levens afgekeerd en zijn volmaaktheid verloren, waardoor hij niet in staat was zijn nageslacht werkelijk volledig leven door te geven.
ER IS MEER DAN LETTERLIJK WATER NODIG
2, 3. (a) Welke noodzaak hebben enkelen ingezien, en hoe hebben velen getracht het geneesmiddel te vinden? (b) Wat is voor het verkrijgen van leven vereist?
2 Enkelen hebben de situatie begrepen en beseft en hebben ingezien dat louter eten en drinken en dergelijke het leven van de mensheid niet kunnen herstellen. Zij hebben ingezien dat hetgeen de mens nodig heeft dieper gaat dan zijn lichamelijke gesteldheid, namelijk tot zijn geestelijke natuur — dat dáár de noodzaak bestaat tot hervorming. Sommigen hebben gepoogd deze hervorming tot stand te brengen door hun eigen werken, door volgens een maatstaf of gedragslijn te leven die zijzelf of anderen hadden aangelegd. De joden trachtten leven te verkrijgen door volgens de Tien Geboden te leven. Sommige personen in de christenheid in deze tijd huldigen ook deze theorie. Er wordt echter meer vereist.
3 De mens kan geen volmaaktheid bewerken; hij heeft Gods hulp nodig, want „bij [Jehovah] is de bron des levens” (Ps. 36:10 9). Het leven was oorspronkelijk een gave van God aan onze voorvader Adam, geen betaling voor werken, en niemand kan zich door louter werken het leven waar maken. Wie het leven zoekt, moet hulp van de Gever van het leven hebben, en die hulp moet gezocht en verkregen worden op de voorwaarden van de Levengever, niet op de voorwaarden van degene die het ontvangt.
4. Welke zekerheid geeft het visioen in het boek Openbaring?
4 In het boek Openbaring heeft God ons aangetoond dat degenen die het leven werkelijk wensen en op Gods voorwaarden zoeken, dit stellig zullen verkrijgen. Dezelfde engel die Johannes een visioen van Jeruzalem, de heilige stad met haar regeringsregeling, had gegeven, ging verder met hem een schitterend beeld te schilderen van de wijze waarop de gehoorzame mensheid eeuwig leven zal worden teruggegeven. Johannes vertelt ons wat hij zag en hoorde, zeggende:
5. Beschrijf Johannes’ visioen.
5 „En hij toonde mij een rivier van water des levens, helder als kristal, die stroomde vanuit de troon van God en van het Lam over het midden van haar brede straat. En aan deze en aan gene zijde van de rivier stonden bomen des levens, die twaalf vruchtoogsten voortbrengen, elke maand hun vruchten opleverend. En de bladeren van de bomen waren tot genezing van de natiën.” — Openb. 22:1, 2.
6. (a) Welk soortgelijke visioen had de profeet Ezechiël? (b) Wat was de oorsprong van de rivier?
6 Een soortgelijk visioen werd door de profeet Ezechiël aanschouwd toen deze in 593 v.G.T. in ballingschap in het Babylon uit de oudheid vertoefde. Ezechiël werd een stroom van levengevend water getoond die uit het in een visioen geziene Huis van Jehovah, langs het offeraltaar en omlaag naar de van zout verzadigde Dode Zee stroomde (Ezech. 47:1-12). Deze stroom van water moet van Jehovah God zijn uitgegaan, die het Allerheiligste van de tempel was binnengetreden. In het visioen van Johannes is de oorsprong van het water de „troon van God en van het Lam”.
WANNEER DE RIVIER BEGINT TE STROMEN
7. Waarom kon de rivier niet vóór 1914 beginnen te stromen? Waarom niet vóór 1918?
7 Deze beschrijving van de bron helpt ons vast te stellen op welke tijd het water zou gaan stromen, want Jehovah nam pas aan het einde van de tijden der heidenen in 1914 G.T. door bemiddeling van zijn Messías de macht op om te gaan regeren (Openb. 11:15 tot 12:10). De rivier van het water des levens moet derhalve na deze tijd zijn gaan stromen. Het kon evenwel niet op die tijd zijn geweest, omdat het overblijfsel van de 144.000 geestelijke Israëlieten tussen 1914 en 1918 nog steeds aan veel vervolging onderhevig was en in Babylonische gevangenschap aan de natiën geraakte, terwijl het pas in 1919 uit Babylon de Grote werd bevrijd. Zoals wij later zullen zien, hebben de 144.000 een definitieve plaats in Johannes’ visioen in verband met het water des levens, en zij zouden zich derhalve op hun door God vastgestelde plaats moeten bevinden voordat de rivier zou kunnen gaan stromen.
8. Wanneer begint de rivier te stromen? Leg dit uit.
8 Een andere factor waardoor de tijd wordt aangegeven, is dat het water omlaag stroomt door de heilige stad, en deze heilige stad — het Nieuwe Jeruzalem, toebereid als een bruid die voor haar man versierd is — daalt pas van God uit de hemel neer als ’de vroegere hemel en de vroegere aarde zijn voorbijgegaan en de zee niet meer is’. Met andere woorden, het hier afgebeelde stromen begint pas nadat alle vijanden van God, zowel in de hemel als op aarde, door de oorlog van Armageddon en het in de afgrond sluiten van Satan zijn weggenomen en het oude samenstel van dingen dat nu de aarde beheerst, is verdwenen. Deze tijd moet aan het begin van de duizendjarige regering van Christus aanbreken. Dàn kan de rivier over het midden van de straat van de heilige stad stromen. — Openb. 21:1, 2, 9, 10, 21.
HET WATER VAN DE RIVIER MEER DAN WAARHEID
9. Wat symboliseert de rivier van het water des levens? Leg dit uit.
9 Wat wordt door de rivier van het water des levens gesymboliseerd? Waarheid? Neen. Waarheid wordt in de bijbel soms met water vergeleken, bijvoorbeeld in Efeziërs 5:26. Er is bij het water van deze rivier echter meer betrokken dan louter waarheid. Waarheid kan iemand op de weg naar het leven leiden, maar de mens heeft meer dan kennis van de waarheid nodig om het leven terug te ontvangen. God heeft de mensheid de waarheid verschaft. Hij heeft ook onvergelijkelijke liefde aan de dag gelegd door zijn Zoon Jezus Christus te geven. De symbolische rivier beeldt dus de gehele voorziening af die Jehovah voor de gehoorzame, gelovige mensheid treft om door bemiddeling van Jezus Christus, het Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt, eeuwig leven te krijgen. Dit is in overeenstemming met het feit dat de rivier uit de troon van God en van het Lam, die aan de rechterhand van God zijn Vader is gezeten, stroomt. — Joh. 1:29; Ps. 110:1; Hand. 2:32-36.
10. Wat wordt erdoor afgebeeld dat het water zo helder is als kristal, wie op aarde zullen ervan drinken en wanneer?
10 De rivier is helder als kristal, hetgeen te kennen geeft dat Gods voorzieningen zuiver zijn, vrij van alle doodaanbrengend bederf. Behalve de zuiverheid van Gods waarheid, is ook het loskoopoffer van het Lam Jezus Christus en de wijze waarop hij, als Jehovah’s Hogepriester gelijk Melchizédek, de zondige mensheid de voordelen van zijn offer schenkt, zuiver en rein en essentieel voor het verkrijgen van leven. Tijdens de gehele duizendjarige regering moeten alle mensen op aarde, met inbegrip van degenen die uit de doden worden opgewekt, van de „rivier van water des levens” drinken.
11. (a) Door middel van welke regeling zal dit water ter beschikking worden gesteld? Beschrijf dit. (b) Welke dienst zullen Christus en zijn 144.000 onderpriesters verrichten? (c) Zal de mensheid deze levengevende kracht automatisch krijgen, of hoe gebeurt dit?
11 Op welke wijze zal het water des levens de mensen ter beschikking worden gesteld en wat zullen zij, daar het symbolisch is, moeten doen om de voordelen ervan te verkrijgen? Door de loop van deze rivier aan de hand van de beschrijving in Openbaring te volgen, kunnen wij het begrijpen. De rivier blijkt in een kanaal over het midden van de brede, gouden straat van de heilige stad te lopen. De heilige stad is de tempelklasse — de „plaats waarin God door geest woont” en de Bruid van het Lam. Al deze uitdrukkingen wijzen erop dat de stad betrekking heeft op het lichaam van de 144.000 leden van de gemeente van God, de geestelijke broeders van Christus, die zich dan als medekoningen en onderpriesters van hem in zijn hemelse regering verheugen. Daar zij als groep het bemiddelende werk verrichten, zal hun de vreugde ten deel vallen de mensen de voordelen van Christus’ loskoopoffer te schenken. De heilige stad, zo vertelt Openbaring ons, zal de natiën licht geven. Deze priesters van God zullen derhalve onderwijzers van Gods voornemens, richtlijnen, wetten en instructies zijn, en als de mensen deze koninklijke priesterschap gehoorzamen, zal ze hun letterlijke, lichamelijke levenskracht schenken, evenredig aan hun geestelijke vooruitgang. Dit herstel van het leven zal voor zover het de mensen betreft niet automatisch in zijn werk gaan. Zij zullen zich moeten inspannen om hun leven in overeenstemming te brengen met Gods weg en met behulp van Gods geest hun persoonlijkheid te hervormen, en zij zullen er blijk van moeten geven dat zij vurig naar rechtvaardigheid verlangen. Jezus Christus en zijn 144.000 metgezellen zijn het Zaad van Abraham door bemiddeling van wie alle geslachten en natiën der aarde gezegend worden, doch de profetie zegt dat zij ’zich zullen zegenen’. Dit betekent dat er van de zijde van hen die gezegend worden, gehandeld moet worden (Gal. 3:8, 16, 29; Gen. 22:17, 18, NW). God verlangt dat zij de zegening ontvangen waarvoor door middel van het offer van zijn eigen Zoon regelingen zijn getroffen. Hij is niet karig met het water des levens doch zendt het door een „brede straat” van „zuiver goud, als doorzichtig glas”.
EEN ONUITPUTTELIJKE VOEDSELVOORRAAD
12. Hoe blijkt dat de voedselvoorziening ook deel uitmaakt van de voorzieningen van de hemelse stad, en bestaat er gevaar dat er te eniger tijd hongersnood komt?
12 Hoe verkwikkend is een glas koel water voor iemand die dorst heeft! Hoeveel te meer is dit het geval met dit kristalheldere water, dat daadwerkelijk leven schenkt. Er is echter ook voedsel nodig om het leven in stand te houden en God heeft dit niet over het hoofd gezien. Aan elke zijde van de rivier die over het midden van de „brede straat” stroomt, staan „bomen des levens, die twaalf vruchtoogsten voortbrengen”. In het visioen wordt niet vermeld hoeveel soorten van vruchten er aan de bomen groeiden, maar er wordt ons wel verteld dat ze nooit nalieten elke maand van het jaar een oogst voort te brengen. Over het hele jaar brachten ze in totaal twaalf oogsten voort, zodat er nooit een seizoen of tijd was waarin er enig gevaar bestond dat iemand de honger zou voelen knagen.
13. (a) Wat kan nog meer door de bomen worden afgebeeld? (b) Welke feiten met betrekking tot het gezalfde overblijfsel helpen ons meer begrip van de hemelse bomen te krijgen?
13 Deze bomen worden van water voorzien door de rivier van water des levens. Ze beelden een gedeelte af van Gods voorziening voor eeuwig leven voor de gehoorzame, gelovige mensheid. Daar de 144.000 leden van de vrouw van het Lam inwoners van de stad zijn en aangezien zij eveneens van Gods voorziening voor leven door bemiddeling van Jezus Christus drinken, kunnen zij wellicht bovendien door deze bomen worden afgebeeld (Openb. 21:6). In Jesaja 61:1-3 (NW) worden de 144.000 vergeleken met „grote bomen der rechtvaardigheid, de planting van Jehovah”. Zelfs reeds voordat de 144.000 hun hemelse opstanding ontvangen, vormen zij Gods geestelijke natie die de vruchten van het koninkrijk Gods voortbrengen en derhalve de natie aan wie het koninkrijk is gegeven (Matth. 21:43). Door het enorme bijbelse opvoedkundige werk dat zij over de gehele aarde hebben verricht, bewijzen zij dat zij deze geestelijke vruchten voortdurend en zonder onderbreking voortbrengen — figuurlijk gesproken in alle jaargetijden en maanden van het jaar — zelfs ondanks vervolging. Zij brengen de mensheid bepaalde vruchten, de vruchten van Gods koninkrijk, door over de geboorte van het Koninkrijk in de hemel te prediken en te onderwijzen. Dat velen deze vruchten eten en er geestelijk door worden gevoed, in de hoop aan het water des levens te mogen deelhebben, vormt er een bewijs voor dat deze vruchtdragers het waard zijn na hun dood en opstanding met Jezus Christus te zijn en deel te hebben aan de hemelse vervulling van de bomen.
GENEZING VAN ALLE ZIEKTEN
14. Wat geeft ons verder de verzekering dat de natiën der aarde dan volkomen, volmaakte gezondheid zullen genieten?
14 De bomen blijken niet alleen vruchten maar ook bladeren voort te brengen die een zeer heilzame uitwerking hebben doordat ze de natiën geneeskracht schenken, zoals bladeren van planten vaak zijn gebruikt als een bron van medicijnen voor gezondmaking en genezing. Dit geeft ons de verzekering dat de natiën niet alleen water en voedsel zullen ontvangen, waardoor het leven in stand wordt gehouden, doch dat zij werkelijk zullen genezen en tot volkomen gezondheid hersteld zullen worden. De natiën die deze genezing zullen ontvangen, zijn de natiën die bij het licht van de heilige stad, het Nieuwe Jeruzalem, zullen wandelen. — Openb. 21:23, 24.
15. Welke daarmee gepaard gaande letterlijke toestanden geeft dit visioen weer?
15 Het visioen brengt bovendien de verheugende gedachte aan het licht dat er ook voor de mensheid op aarde een zeer realistisch aspect aan deze bomen verbonden zal zijn, omdat de gehele aarde tot een paradijs met een overvloed van bomen en zuiver water — alles goed om te eten — zal worden gemaakt, zoals God dit in de hof van Eden had verschaft. Het water dat door de stromen en rivieren vloeit, zal niet langer verontreinigd maar zuiver zijn. Deze en alle andere dingen die noodzakelijk zijn om volmaakt gezond te blijven en van het leven te genieten, zullen aanwezig zijn. In welk een vrede, gezondheid, geluk en liefde zullen de bewoners van de aarde zich verheugen als zij in een uitstekende lichamelijke conditie verkeren en, wat nog belangrijker is, hun geest zo hebben hervormd dat zij volkomen in overeenstemming en in harmonie met God zijn!
16. (a) Waarnaar zal dan niet meer gezocht worden, en welke hulp zal er niet meer nodig zijn? (b) Hoe lang zullen de mensen leven, en waarom zal het geen saai bestaan zijn?
16 Dan zal men niet meer naar bronnen van jeugd zoeken, geen artsen en psychotherapeuten meer raadplegen om genezing van ziekten te vinden en geen dieet meer trachten te vinden waardoor de levensduur een paar jaar wordt verlengd. Zulk een tijdelijke en kortstondige hulp zal niet nodig zijn. Alle aardse overlevenden van Har–mágedon en ook alle mensen die uit de doden worden opgewekt en deze wonderbaarlijke voorzieningen gehoorzaam gebruiken, zullen leven hebben, maar voor hoe lang? Zeventig jaar? Duizend jaar? Een miljoen jaar? Neen — eeuwig leven. Bovendien zal dit geen saai bestaan zijn, want geest en lichaam zullen voortdurend bezig zijn, aangezien Jehovah God door middel van zijn geliefde stad, het Nieuwe Jeruzalem, toenemende zegeningen op zijn volk zal uitstorten.