Vragen van lezers
◼ Nemen Jehovah’s Getuigen met betrekking tot hun leden een even ferm standpunt in tegen vraatzucht als tegen de schadelijke tabaksgewoonte?
Jehovah’s Getuigen nemen een op de bijbel gebaseerd standpunt in tegen het gebruik van tabak, en zij aanvaarden evenzeer de schriftuurlijke veroordeling van vraatzucht.
Zij geloven dat roken in strijd is met bijbelse beginselen. Bij roken is nicotineverslaving betrokken. Bovendien is het onnatuurlijk rook te inhaleren. Roken verontreinigt het lichaam, veroorzaakt gezondheidsproblemen en heeft levens verkort die tot lof van God gebruikt hadden moeten worden. Ook verontreinigt roken op gevaarlijke wijze lucht die anderen inademen; dat is beslist geen naastenliefde. — 2 Korinthiërs 7:1; Romeinen 12:1; Markus 12:33.
Wat valt er echter te zeggen over personen die zich gulzig overeten? De bijbel spreekt zich openlijk uit tegen vraatzucht, dat wil zeggen, overgrote gulzigheid in het nuttigen van voedsel of zich gulzig overeten. Een Israëlitische zoon die een onberouwvolle „veelvraat en . . . dronkaard” was, moest ter dood gebracht worden (Deuteronomium 21:18-21). Spreuken waarschuwt tegen „omgang . . . met veelvraten” (Spreuken 28:7; 23:20, 21). Vraatzucht is ook verkeerd aangezien ons wordt gezegd dat „hebzuchtige personen” Gods koninkrijk niet zullen beërven (1 Korinthiërs 6:9, 10; vergelijk 1 Petrus 4:3; Filippenzen 3:18, 19). Christelijke opzieners moeten blijk geven van „zelfbeheersing” en mogen geen „werkeloze veelvraten” zijn (Titus 1:8, 12). Dit is zó ernstig dat sommige opzieners uit hun ambt zijn ontheven wegens hun onbeheerste eetgewoonten.
Men moet echter beseffen dat het niet gemakkelijk is vast te stellen wanneer er sprake is van vraatzucht. Eten (in tegenstelling tot het inhaleren van tabaksrook) is natuurlijk en juist. Ook is zwaarlijvigheid niet het enige criterium van vraatzucht; een broodmager persoon kan een veelvraat zijn. De bijbel keurt niet overgewicht af, maar veeleer overmatig eten, hetgeen al dan niet tot corpulentie kan leiden.
Sommige mensen zijn zwaarlijvig wegens de een of andere klierafwijking of een ziekte, hoewel professor Judith Rodin van mening is dat slechts „5 procent van alle gevallen van corpulentie voornamelijk te wijten is aan medische problemen”. Als gevolg van overerving kan iemand gedrongen gebouwd zijn en aanleg hebben tot dik worden. Dr. William Bennett merkt hierover op: „Veel dikke mensen blijven zwaar ook al eten zij ongeveer evenveel als iemand met een normaal gewicht . . . Hun stofwisseling is anders.” Sommige geleerden zijn zelfs van mening dat als een dik persoon minder eet, de stofwisselingssnelheid van zijn lichaam afneemt, zodat hij de calorieën langzamer verbrandt. Maar zelfs als een dik persoon geen gulzige veelvraat is, kan het voor hem (of haar) nodig zijn Gods raad ernstiger toe te passen.
Christenen dienen bijvoorbeeld zelfbeheersing aan te kweken, hetgeen ook van toepassing is op het nuttigen van voedsel (Galáten 5:22, 23; 2 Petrus 1:5-8). De apostel Paulus spoorde de christen aan als een hardloper te zijn die ’in alle dingen zelfbeheersing oefent’. Paulus ’was hard voor zijn lichaam en leidde het als een slaaf, om niet afgekeurd te worden’ (1 Korinthiërs 9:24-27). Een gezet persoon zou er reden voor kunnen hebben ’hard te zijn voor zijn lichaam’ met betrekking tot hoeveel, wat, wanneer en hoe hij eet.a
Zwaarlijvigheid kan gevaarlijk zijn. Rapporten tonen aan dat corpulentie kan leiden tot verhoogde bloeddruk en een hoger cholesterolniveau, ouderdomsdiabetes, verschillende soorten van kanker, aandoeningen van hart en galblaas, artritis en ademhalingsproblemen. „Voor personen die 20 procent te zwaar wegen, ligt het sterftecijfer een derde hoger dan het gemiddelde; voor degenen die een overgewicht van 30 en 50 procent hebben, ligt het sterftecijfer respectievelijk 50 en 100 procent hoger” (The New York Times, 27 februari 1985). Soortgelijke rapporten over gezondheidsproblemen zijn afkomstig uit Engeland, Duitsland en Italië.
Een christen koestert beslist de wens ’Jehovah met geheel zijn hart, ziel [of leven], verstand en kracht lief te hebben’ (Markus 12:30). Velen die het christendom bestuderen, stoppen met roken om hun gezondheid te bewaren en in leven te blijven. Dient het christenen niet evenveel zorgen te baren dat een te hoog lichaamsgewicht wegens overmatig eten en drinken, hun gezondheid en hun aan Jehovah opgedragen leven zou kunnen ondermijnen?
Sommige mensen eten meer als zij verdrietig, gefrustreerd, eenzaam of boos zijn. Hoewel het christen-zijn zulke gevoelens niet geheel uitbant, kan een christen, in plaats van verlichting te vinden in onnodig eten, zich tot God en tot zijn broeders en zusters wenden. Lees in dit verband Filippenzen 4:6, 7, 11-13. Zelfs beoefenaars der natuurwetenschappen die van mening zijn dat iemand een natuurlijke aanleg voor een bepaald gewicht heeft, geven toe dat hier verandering in gebracht kan worden. Zij beklemtonen dat men voedsel met een hoog vetgehalte moet beperken en lichamelijk actiever moet worden. Het is interessant dat er heel wat gebieden zijn waar een christen die geregeld aan de van-deur-tot-deurbediening deelneemt, door het vele lopen en klimmen dat hij doet, een gezond leven leidt. Paulus ’arbeidde en zwoegde’ eveneens in de bediening. — 2 Korinthiërs 11:26, 27.
Jehovah’s Getuigen keuren vraatzucht dus af op grond van wat de bijbel zegt. Ongeacht hun gewicht trachten zij ’in alle dingen zelfbeheersing te oefenen’, met inbegrip van het nuttigen van voedsel. Zij doen dit niet in de eerste plaats wegens een culturele schoonheidsopvatting, maar omdat zij overeenkomstig bijbelse beginselen willen leven en actieve christenen willen zijn die Gods goedkeuring bezitten.
[Voetnoten]
a Hoeveel: consequent tijdens elke maaltijd minder eten. Wat: de consumptie van zetmeelrijke ongezonde kost en frisdranken, alsook zoetigheid en vetten, zoals boter en oliën, minderen ten gunste van een gezond en evenwichtig dieet. Wanneer: geen tussendoortjes of in het geheim genuttigde hapjes. Hoe: langzamer eten.