Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w90 15/2 blz. 4-7
  • Stel u een wereld voor zonder hebzucht

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Stel u een wereld voor zonder hebzucht
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1990
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Hebzucht verwijderen door middel van onderwijs
  • Bijbelse waarheden in werking
  • Een nieuwe wereld zonder hebzucht
  • „Het tijdperk van hebzucht”
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1990
  • Raak niet in de strik van hebzucht
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1993
  • Blijf de strik van hebzucht vermijden
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1985
  • Begerigheid
    Inzicht in de Schrift, Deel 1
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1990
w90 15/2 blz. 4-7

Stel u een wereld voor zonder hebzucht

KUNT u zich een wereld indenken waar mensen samenwerken in plaats van met elkaar te wedijveren? Waar mensen anderen behandelen zoals zij zelf graag behandeld zouden willen worden? Dit zijn de kenmerken van een wereld zonder hebzucht. Wat een schitterende wereld zou dat zijn! Zou die ooit komen? Ja, zeer beslist. Maar hoe kan hebzucht — zo diepgeworteld in de mensheid — worden uitgebannen?

Voor het antwoord hierop moeten wij eerst begrijpen hoe hebzucht is ontstaan. De bijbel geeft te kennen dat hebzucht niet altijd een kenmerk van het mensdom is geweest. De profeet Mozes herinnert ons eraan dat er aanvankelijk geen tekortkoming zoals hebzucht werd aangetroffen in de eerste mens, de volmaakte schepping van een Schepper bij wie geen hebzucht is: „De Rots, volmaakt is zijn activiteit, want al zijn wegen zijn gerechtigheid.” Hoe is hebzucht dan ontstaan? Het eerste mensenpaar heeft toegelaten dat deze eigenschap in hen tot ontwikkeling kwam — Eva door hebzuchtig uit te zien naar wat zij zou ontvangen als zij van de door God verboden vrucht zou eten, Adam door hebzuchtig niet zijn mooie vrouw te willen verliezen. Mozes zei verder nog, in woorden die ook voor Adam en Eva golden: „Zij hebben van hùn zijde verderfelijk gehandeld; zij zijn zijn kinderen niet, het gebrek ligt bij henzelf.” — Deuteronomium 32:4, 5; 1 Timótheüs 2:14.

Tegen de tijd van de wereldomvattende vloed van Noachs dagen hadden hebzucht en wellust zich dermate ontwikkeld dat „de slechtheid van de mens overvloedig was op de aarde en . . . elke neiging van de gedachten van zijn hart te allen tijde alleen maar slecht was”. — Genesis 6:5.

Deze overheersende hebzuchtige houding in de mens duurt nog steeds voort en schijnt in de huidige, ondankbare en hebzuchtige samenleving werkelijk op haar toppunt te zijn.

Hebzucht verwijderen door middel van onderwijs

Zoals hebzucht onder de mensen is gegroeid, is ook het tegenovergestelde mogelijk. Hebzucht kan overwonnen worden. Hiervoor zijn echter juist onderwijs en juiste opleiding noodzakelijk, met strikte richtlijnen of gedragsregels die gevolgd moeten worden. Dit mag weliswaar plausibel klinken, maar wie kan dat soort van onderwijs verschaffen en ervoor zorgen dat het geleerde in praktijk wordt gebracht — zo nodig gedwongen?

Zulk onderwijs moet voortspruiten uit een bron die zelf vrij van hebzucht is. Er mogen geen bijbedoelingen in het spel zijn en ook mag niet de verwachting bestaan iets terug te krijgen voor het geven van zo’n opleiding. Bovendien moeten de waarde en praktische uitvoerbaarheid van onzelfzuchtigheid worden onderwezen en gedemonstreerd. De leerling moet ervan worden overtuigd dat zo’n levenswijze niet alleen mogelijk is maar dat ze verkieslijk is, met voordelen voor hemzelf en degenen in zijn omgeving.

Alleen de God des hemels kan dit soort van onderwijs geven, want welk mens of welke organisatie op aarde zou de vereiste hoedanigheden en achtergrond bezitten? Alle mensen diskwalificeren zich op grond van de volgende bijbelse waarheid: „Allen hebben gezondigd en bereiken niet de heerlijkheid Gods.” — Romeinen 3:23.

Gelukkig verschaft Jehovah, de God des hemels, zulk onderwijs in zijn geschreven leerboek of handboek, de bijbel. Zijn Zoon, Jezus Christus, gaf er tijdens zijn verblijf als mens op aarde blijk van een voorstander van dit soort van onderwijs te zijn. Halverwege Jezus’ beroemde Bergrede sprak hij over een levenswijze die de meesten van hen die luisterden, vreemd in de oren geklonken zal hebben, omdat ze zelfs onzelfzuchtigheid jegens iemands vijanden of tegenstanders omvatte. Jezus zei: „Blijft uw vijanden liefhebben en blijft bidden voor hen die u vervolgen, opdat gij er blijk van moogt geven zonen te zijn van uw Vader, die in de hemelen is, want hij laat zijn zon opgaan over goddelozen en goeden en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen. Want als gij liefhebt die u liefhebben, wat voor beloning hebt gij dan? Doen ook de belastinginners niet hetzelfde?” — Matthéüs 5:44-46.

Jezus’ zending op aarde had onder andere ten doel onzelfzuchtige onderwijzers op te leiden opdat zij op hun beurt anderen in deze niet door hebzucht gekenmerkte levenswijze zouden kunnen onderwijzen. Enige tijd na Jezus’ dood en opstanding werd de apostel Paulus een van deze onderwijzers. In verscheidene van zijn geïnspireerde brieven spoorde Paulus tot de uitbanning van hebzucht aan. Hij schreef bijvoorbeeld aan de Efeziërs: „Laat hoererij en allerlei onreinheid of hebzucht onder u zelfs niet ter sprake komen, zoals het heiligen past.” — Efeziërs 5:3.

Evenzo leren Jehovah’s Getuigen in deze tijd mannen en vrouwen hoe zij hun hebzuchtige neigingen kunnen onderdrukken. Na verloop van tijd voldoen ook dezen aan de vereisten om heen te gaan en weer anderen in zulke godvruchtige wegen te onderwijzen.

Bijbelse waarheden in werking

U zou evenwel de vraag kunnen stellen: ’Kunnen onvolmaakte mensen, door en door hebzuchtig als zij zijn, deze eigenschap werkelijk uit hun persoonlijkheid bannen?’ Ja, dat is mogelijk. Niet volmaakt natuurlijk, maar in een zeer opmerkelijke mate. Laten wij hier eens een voorbeeld van beschouwen.

In Spanje woonde een verstokte dief. Zijn huis stond vol met gestolen goederen. Toen ging hij met Jehovah’s Getuigen de bijbel bestuderen. Als gevolg hiervan begon zijn geweten te knagen, en daarom besloot hij de gestolen waar aan de eigenaars terug te geven. Hij ging naar zijn vroegere werkgever en bekende een nieuwe wasmachine van hem gestolen te hebben. De werkgever was zo onder de indruk van zijn veranderde houding dat hij besloot er geen politiezaak van te maken maar de voormalige dief eenvoudig de prijs van de wasmachine te laten betalen.

Vervolgens nam de tot inkeer gekomen dief het besluit alle anderen te bezoeken van wie hij zich herinnerde dat hij hun had bestolen en de gestolen voorwerpen terug te geven. Iedereen die door hem werd bezocht, uitte er zijn verbazing over dat zijn instelling door het toepassen van bijbelse beginselen zo sterk was veranderd.

Nu stond hij voor een echte moeilijkheid. Hij had nog steeds voorwerpen in zijn bezit waarvan hij niet wist aan wie ze toebehoorden. Na dus tot Jehovah gebeden te hebben, ging hij naar het hoofdbureau van politie en leverde zes stereoradio’s in die hij uit auto’s gestolen had. De politieautoriteiten waren verbaasd, omdat hij helemaal niet in hun gegevens voorkwam. Zij besloten dat hij alleen maar een boete moest betalen en een korte gevangenisstraf moest uitzitten.

Deze voormalige dief heeft nu een rein geweten, omdat hij zijn leven van misdaad en hebzucht vaarwel heeft gezegd en zich heeft aangesloten bij de wereldomvattende gemeente van Jehovah’s Getuigen.

Er zouden met gemak duizenden soortgelijke voorbeelden gegeven kunnen worden. Hoewel degenen die zulke veranderingen in hun leven hebben aangebracht een minderheid van de aardbewoners uitmaken, blijkt uit het feit dat velen dit hebben gedaan, hoe het kennen en toepassen van bijbelse beginselen een kracht ten goede vormt.

Met het verstrijken der jaren aanvaarden steeds meer mensen deze levenswijze. In meer dan 60.000 gemeenten van Jehovah’s Getuigen over de hele aarde wordt bijbels onderricht gegeven. De Getuigen verwachten thans niet de wereld in haar geheel te veranderen en onder de miljarden die nu leven, hebzucht uit te bannen. Toch geven de bijbelse profetieën te kennen dat nu heel binnenkort iedereen een leven zal leiden dat vrij is van hebzucht!

Een nieuwe wereld zonder hebzucht

In de komende nieuwe wereld zal er geen plaats zijn voor hebzucht en zelfzucht. De apostel Petrus geeft ons de verzekering dat rechtvaardigheid niet alleen een kenmerk van de „nieuwe hemelen” zal zijn, maar ook van de „nieuwe aarde” (2 Petrus 3:13). Hebzucht behoort dan tot „de vroegere dingen” die, te zamen met ziekte, verdriet en zelfs de dood, zijn voorbijgegaan. — Openbaring 21:4.

Vat dus moed als u door de steeds erger wordende hebzucht en de zelfzuchtige levenswijze die wij overal om ons heen zien, wordt gekweld! Begin nu te leven voor de komende nieuwe wereld, die binnenkort een realiteit zal zijn. Streef er met Gods hulp naar hebzucht uit uw eigen leven te bannen. Doe mee om anderen te helpen inzien welke voordelen men nu reeds kan genieten door een christelijk leven te leiden. Stel uw geloof en vertrouwen in de belofte van Jehovah God dat hebzucht heel binnenkort tot de talloze onaangename dingen zal behoren die ’niet in de geest zullen worden teruggeroepen, noch in het hart zullen opkomen’. — Jesaja 65:17.

[Illustratie op blz. 5]

Jezus sprak over een levenswijze die onzelfzuchtigheid, geen hebzucht, bevordert

[Illustratie op blz. 7]

Binnenkort — een wereld zonder hebzucht

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen