De bijbel — Een boek bedoeld om begrepen te worden
SOMMIGE mensen geloven dat de bijbel het duidelijke Woord van God is, waaraan men zich letterlijk dient te houden. Voor anderen „is de boodschap van de bijbel veel dubbelzinniger”. Aldus de twaalf leden tellende geloofs- en theologiecommissie van Canada’s grootste protestantse denominatie. Clifford Elliott, een geestelijke van de United Church, vindt dat voor sommigen „de bijbel abstract, onpersoonlijk en irrelevant wordt”.
Zulke zienswijzen roepen indringende vragen op, die antwoorden verdienen. Enkele belangrijke vragen zijn: Waarom werd de bijbel geschreven? Is hij te raadselachtig en ingewikkeld om begrepen te worden? Kunnen gewone mensen hem begrijpen? Wat voor hulp heeft iemand nodig om de betekenis van de Schrift te kunnen vatten? En waarom is nauwkeurige kennis van de bijbel in deze stormachtige tijden essentieel?
Waarom werd de bijbel geschreven?
Studie maken van Gods Woord is altijd een voorwaarde geweest om de gunst en goedkeuring van de Allerhoogste God, Jehovah, te verwerven. Koningen, priesters, ouders, mannen, vrouwen en kinderen — rijk en arm — kregen de opdracht tijd van de dagelijkse beslommeringen van het leven af te nemen om ernstig en gebedsvol aandacht te schenken aan het op schrift gestelde Woord van God. — Deuteronomium 6:6, 7; 17:18-20; 31:9-12; Nehemia 8:8; Psalm 1:1, 2; 119:7-11, 72, 98-100, 104, 142; Spreuken 3:13-18.
Jozua bijvoorbeeld kreeg het volgende bevel: „Zorg ervoor dat het boek van de Wet altijd gelezen wordt bij uw aanbidding. Bestudeer het dag en nacht, en zorg ervoor dat u alles wat erin geschreven staat, gehoorzaamt. Dan zult u voorspoedig en succesvol zijn” (Jozua 1:8, Today’s English Version). Zo’n zorgvuldige studie en toepassing van Gods Wet zou succes en geluk tot gevolg hebben. Het was Jehovah’s bedoeling dat „alle soorten van mensen” zijn Woord, de bijbel, niet alleen zouden begrijpen, maar het ook zouden gehoorzamen, met het vooruitzicht de gave van leven te ontvangen. — 1 Timotheüs 2:3, 4; Johannes 17:3.
Te ingewikkeld om begrepen te worden?
Voordat Jezus naar de hemel opsteeg, maakte hij duidelijk dat hij wilde dat er een groots bijbels onderwijzingsprogramma over de hele aarde voortgang zou vinden (Handelingen 1:8). Hij wist dat de bijbel bedoeld was om begrepen te worden. Nadat hij had uitgelegd dat Jehovah hem alle autoriteit in de hemel en op aarde had gegeven, vaardigde hij het rechtstreekse gebod uit: „Gaat daarom en maakt discipelen [of: leerlingen] van mensen uit alle natiën, hen dopende in de naam van de Vader en van de Zoon en van de heilige geest, en leert hun onderhouden alles wat ik u geboden heb.” — Mattheüs 28:19, 20.
Voordat nieuwe discipelen gedoopt werden, moesten zij onderwezen worden omtrent Jehovah, zijn Zoon en de werking van de heilige geest. Bovendien moesten zij onderricht worden in de wet van het christelijke samenstel van dingen (1 Korinthiërs 9:21; Galaten 6:2). Om dit resultaat te bereiken, moesten zij die het waard waren ten eerste geloven dat de bijbel van Jehovah afkomstig was en ten tweede dat dit boek bedoeld was om begrepen te worden. — Mattheüs 10:11-13.
Wat wordt er van uw kant vereist om de bijbel te begrijpen? De Zoon van God getroostte zich veel inspanning om de Schrift te verklaren. Hij wist dat de Heilige Geschriften waar zijn en dat ze de tot uitdrukking gebrachte wil van Jehovah bevatten (Johannes 17:17). Betreffende zijn werktoewijzing zei Jezus Christus: „Ik ben geboren en in de wereld gekomen om de waarheid bekend te maken. Iedereen die de waarheid liefheeft, luistert naar wat ik zeg” (Johannes 18:37, Het Levende Woord; Lukas 4:43). Jezus weerhield zich er niet van degenen die een ontvankelijk hart en een ontvankelijke geest hadden te onderwijzen. In Lukas 24:45 lezen wij: „Toen opende hij [Christus Jezus] hun verstand volledig zodat zij de betekenis van de Schriften begrepen.”
Jezus deed gedurende zijn bediening veelvuldig aanhalingen uit het geschreven Woord, door naar schriftplaatsen in „de wet van Mozes en in de Profeten en de Psalmen” te verwijzen en ze te verklaren (Lukas 24:27, 44). Zij die zijn schriftuurlijke uitleggingen hoorden, raakten diep onder de indruk van zowel zijn heldere begrip als zijn onderwijscapaciteiten (Mattheüs 7:28, 29; Markus 1:22; Lukas 4:32; 24:32). Voor hem was de Schrift een open boek.
De bijbel en Jezus’ volgelingen
De apostel Paulus, een navolger van Jezus Christus, besefte de noodzaak anderen te onderwijzen wat in de Schrift staat. Ook hij wist dat deze bedoeld was om begrepen te worden. Daarom onderwees hij in het openbaar en verklaarde hij ongetwijfeld de Schrift thuis bij de mensen die er begrip van wilden krijgen. Paulus maakte duidelijk hoe hij erover dacht door te zeggen: „U weet . . . dat ik niets wat nuttig kon zijn heb nagelaten u te verkondigen en te leren, in het openbaar en bij u aan huis” (Handelingen 20:20, Willibrordvertaling). Tijdens zijn gesprekken redeneerde hij aan de hand van de Schrift, waarbij hij zijn beweringen door middel van verwijzingen verklaarde en bewees (Handelingen 17:2, 3). Hij was erin geïnteresseerd anderen te helpen de betekenis van de Schrift te begrijpen.
Hebt u het verlangen de dingen die Jezus en zijn discipelen onderwezen te begrijpen? (1 Petrus 2:2) Dat was de wens van de inwoners van het oude Berea, en zij wilden graag geloven wat de apostel Paulus hun omtrent de Christus leerde. Daarom werden zij aangemoedigd dagelijks de Schrift te bestuderen en zich er aldus van te vergewissen dat het goede nieuws dat zij hoorden werkelijk de waarheid was. Omdat hun geest ontvankelijk was, ’werden velen van hen gelovigen’. — Handelingen 17:11, 12.
Om de bijbel te begrijpen, moet men de juiste hartetoestand hebben, een oprechte wens om te leren, en moet men ’zich bewust zijn van zijn geestelijke nood’ (Mattheüs 5:3). Toen Jezus gevraagd werd: „Waarom spreekt gij tot hen door middel van illustraties?”, antwoordde hij: „U is het gegeven de heilige geheimen van het koninkrijk der hemelen te begrijpen, maar hun is het niet gegeven.” Er was voorzegd dat hij ’zijn mond zou opendoen met illustraties en verborgen dingen zou verkondigen’ (Mattheüs 13:10, 11, 35). Jezus sprak dus door middel van illustraties om de oppervlakkige en nieuwsgierige toehoorder te scheiden van degene die oprecht naar inlichtingen zocht. Bij één gelegenheid, toen Jezus’ discipelen samen met hem een huis binnengingen, toonden zij hun oprechtheid door te zeggen: „Verklaar ons de illustratie van het onkruid op het veld.” — Mattheüs 13:36.
Het spreekt vanzelf dat wij hulp nodig hebben als wij de bijbel willen begrijpen. De geestelijke Hal Llewellyn, secretaris voor theologie, geloof en oecumene van de United Church, zei: „Het is heel belangrijk duidelijk te maken wat de bijbel voor ons betekent en hoe hij gelezen en geïnterpreteerd wordt.” Maar ook al wordt het niet door iedereen beseft, het is een feit dat wij op eigen gelegenheid de bijbel niet kunnen begrijpen. Wij hebben hulp nodig.
Welke hulp is er beschikbaar?
Er staan in de bijbel soms raadselachtige gezegden, onbegrijpelijke kwesties en diepe uitspraken die ontrafeld moeten worden. Ze kunnen met opzet onduidelijk zijn, doordat er gebruik is gemaakt van betekenisvolle vergelijkingen, die niet bedoeld waren om begrepen te worden ten tijde dat ze geschreven werden. Maar ze hadden wel degelijk met Jehovah’s voornemens te maken. Openbaring 13:18 zegt bijvoorbeeld dat „het getal van het wilde beest . . . zeshonderd zesenzestig” is. Hoewel het vers zegt: „Hier komt het aan op wijsheid”, wordt de betekenis van dat getal niet verklaard. Jehovah heeft echter door middel van zijn organisatie zijn loyale dienstknechten toegestaan in deze tijd de betekenis ervan te begrijpen. (Zie kader: „Kanaal tot begrip van de bijbel”.) Ook u kunt dit begrip verwerven met de hulp van degenen die er bedreven in zijn ’het woord der waarheid juist te hanteren’. — 2 Timotheüs 2:2, 15, 23-25; 4:2-5; Spreuken 2:1-5.
Soms gebruikte Jezus illustraties om aan te tonen dat sommigen gunstig op de Koninkrijksboodschap zouden reageren en anderen niet. Hij gaf te kennen dat sommigen geen vorderingen zouden maken omdat zij zich lieten ontmoedigen door tegenstand van vrienden en familie. Anderen zouden hun waardering voor de Koninkrijksboodschap door „verdrukking of vervolging” teniet laten doen. Weer anderen zouden de liefde die zij wellicht voor het goede nieuws hebben, laten verdringen door de beslommeringen van het dagelijks leven, „de zorg van dit samenstel van dingen en de bedrieglijke kracht van de rijkdom”. Anderzijds zijn er mensen die verheugd reageren en graag het kostbare woord willen horen en de betekenis ervan willen begrijpen. Zij „zuchten en kermen over al de verfoeilijkheden die in [de christenheid] gedaan worden”, zogenaamd in de naam van Jezus Christus. Zulke personen hebben het vurige verlangen om in Jehovah’s weg te worden onderwezen en dus om te begrijpen wat zij in de bijbel lezen. — Mattheüs 13:3-9, 18-23; Ezechiël 9:4; Jesaja 2:2-4.
Jehovah kan erop toezien dat degenen die op persoonlijke basis inzicht in Jehovah’s voornemens willen verwerven, de noodzakelijke hulp ontvangen. Ter illustratie: De bijbel bericht dat Jehovah’s geest de evangelieprediker Filippus uitzond om hulp te bieden aan een Ethiopische man die zich tijdens zijn reis vanuit Jeruzalem in het bijbelboek Jesaja verdiepte. Onderweg naar huis zat hij er in zijn wagen in te lezen. Gehoorzaam aan de leiding van Jehovah’s heilige geest rende Filippus naast de wagen mee en vroeg: ’Begrijpt u wat u leest?’ De man was nederig en eerlijk genoeg om toe te geven dat hij hulp nodig had. Graag onderrichtte Filippus deze geestelijk hongerige en leergierige persoon. Het onderricht hielp hem de Schrift te begrijpen. Hij leerde wat hij nu moest doen om zich in een begunstigde verhouding met Jehovah te verheugen zodat hij eeuwig leven zou kunnen verwerven. Hij werd een gelukkige, gedoopte dienstknecht van Jehovah, die een leven leidde dat God behaagde. — Handelingen 8:26-39.
Wellicht hebt u een bijbel in huis, en wellicht hebt u die al heel vaak gelezen. Zeer waarschijnlijk hebt u hetzelfde probleem ondervonden als de oprechte, nederige Ethiopiër. Hij begreep niet wat hij las. Hij had hulp nodig, en hij aarzelde niet de hulp te aanvaarden die het Jehovah God behaagde te verschaffen. Net als Filippus zullen Jehovah’s Getuigen u graag helpen de dingen te begrijpen die over God in zijn Woord, de bijbel, geschreven staan. Zij weten dat Jehovah de bijbel heeft verschaft met de bedoeling dat die begrepen zou worden. — 1 Korinthiërs 2:10; Efeziërs 3:18; 2 Petrus 3:16.
Waarom is de bijbel van essentieel belang?
Wij leven in de dringendste tijd van de menselijke geschiedenis. De bijbel duidt deze tijd aan als „het besluit van het samenstel van dingen” (Mattheüs 24:3). De vele gebeurtenissen die sedert 1914 als vervulling van bijbelse profetieën plaatsvinden, tonen aan dat Gods hemelse koninkrijk nu zeer binnenkort ’alle andere regeringen zal verbrijzelen en er een eind aan zal maken’. — Daniël 2:44.
Lees voor uzelf eens wat in de bijbel in Mattheüs hoofdstuk 24, Markus hoofdstuk 13 en Lukas hoofdstuk 21 wordt voorzegd. U zult bemerken dat de beschreven gebeurtenissen over de hele wereld plaatsvinden. Daaronder vallen wereldoorlogen — duidelijk verschillend van alle andere oorlogen. Sedert de Eerste Wereldoorlog zijn wij getuige geweest van de voorzegde voedseltekorten, aardbevingen en een tijdperk van uitzonderlijke wetteloosheid. En nu lijken de natiën op het punt te staan een bewering te doen die een onmiskenbaar teken zal verschaffen dat de vernietiging van de wereld voor de deur staat. Hierover schreef de apostel Paulus: „Jehovah’s dag [komt] precies zo . . . als een dief in de nacht. Wanneer zij zeggen: ’Vrede en zekerheid!’, dan zal een plotselinge vernietiging ogenblikkelijk over hen komen . . ., en zij zullen geenszins ontkomen” (1 Thessalonicenzen 5:2, 3). Wie zijn het die niet ontkomen? Paulus legt uit: „[Zij] die God niet kennen en . . . die het goede nieuws omtrent onze Heer Jezus niet gehoorzamen” (2 Thessalonicenzen 1:7-9). Een deel van het samengestelde teken zou worden vervuld door degenen die gehoor geven aan het in Mattheüs 24:14 gegeven gebod om het „goede nieuws van het koninkrijk . . . op de gehele bewoonde aarde” te prediken.
Miljoenen getuigen van Jehovah brengen dit gebod ten uitvoer in 231 landen en eilanden van de zee. Zij komen bij de mensen aan de deur en nodigen hen persoonlijk uit kennis te verkrijgen omtrent Jehovah’s Koninkrijksregering. Vriendelijk zetten zij uiteen welke handelwijze een ieder moet volgen om tot de overlevenden van dit samenstel van dingen te behoren en op een paradijsaarde te leven waar geen rouw, zuchten, pijn of dood zal zijn. — Openbaring 21:3, 4.
De tijd voor deze goddeloze wereld loopt snel ten einde, en het is voor allen die het einde van deze wereld willen overleven gebiedend noodzakelijk te vernemen wat erbij betrokken is ’het goede nieuws te gehoorzamen’ en aldus aan de vernietiging te ontkomen. Waarom zou u de volgende keer dat Jehovah’s Getuigen bij u aan de deur komen, niet ingaan op de uitnodiging voor een wekelijkse bijbelstudie? Beter nog, waarom vraagt u hun niet de bijbel met u te bestuderen omdat u hem wilt begrijpen?
[Kader op blz. 8]
KANAAL TOT BEGRIP VAN DE BIJBEL
JEZUS verzekerde ons dat hij na zijn dood en opstanding een „getrouwe en beleidvolle slaaf” zou verwekken, die als zijn communicatiekanaal zou dienen (Mattheüs 24:45-47). De apostel Paulus identificeerde dit kanaal voor christenen te Efeze toen hij schreef dat „door middel van de gemeente de rijkgevarieerde wijsheid van God bekendgemaakt zou worden, overeenkomstig het eeuwige voornemen dat hij heeft opgevat in verband met de Christus, Jezus onze Heer” (Efeziërs 3:10, 11). Aan de gemeente van gezalfde christenen, die met Pinksteren 33 G.T. werd geboren, werden de „geopenbaarde dingen” toevertrouwd (Deuteronomium 29:29). De gezalfde christenen als groep dienen als de getrouwe en beleidvolle slaaf (Lukas 12:42-44). Hun door God toegewezen taak is het verschaffen van geestelijk begrip van de „geopenbaarde dingen”.
Juist zoals de bijbelse profetieën vooruitwezen naar de Messias, zo wijzen ze ons ook naar het hecht verenigde lichaam van gezalfde christelijke Getuigen, dat nu als de getrouwe en beleidvolle slaaf dient.a Het helpt ons het Woord van God te begrijpen. Allen die de bijbel willen begrijpen, dienen in te zien dat de „rijkgevarieerde wijsheid van God” uitsluitend bekend kan worden via Jehovah’s communicatiekanaal, de getrouwe en beleidvolle slaaf. — Johannes 6:68.
[Voetnoten]