Voordelen die voortspruiten uit het vrezen van de ware God
„Ik, Jehovah, ben uw God, die u leert uzelf baat te verschaffen, die u doet treden op de weg die gij dient te bewandelen.” — JESAJA 48:17.
1. Welke rampspoeden hadden door godvruchtige vrees afgewend kunnen worden?
ALS Adam godvruchtige vrees had aangekweekt, had ze hem kunnen weerhouden van de zonde die tot zijn eigen eeuwige dood leidde en duizenden jaren van leed over zijn nakomelingen heeft gebracht. Als de natie Israël uit de oudheid acht had geslagen op Jehovah’s raad om hem te vrezen en hem lief te hebben, zou die natie niet gevankelijk naar Babylon zijn gevoerd; ook zouden zij Gods Zoon niet hebben verworpen en zich niet schuldig hebben gemaakt aan het vergieten van zijn bloed. Als de wereld in deze tijd God zou vrezen, zou er geen corruptie op regeringsniveau of in het zakenleven en ook geen misdaad en oorlog zijn. — Spreuken 3:7.
2. Waarom dienen wij, ondanks de toestanden in de wereld om ons heen, vrees voor Jehovah aan te kweken?
2 Maar ongeacht wat de wereld om ons heen doet, wij als afzonderlijke personen, als gezinnen en als gemeenten van Jehovah’s dienstknechten kunnen er ons voordeel mee doen vrees voor de ware God aan te kweken. Dit is in overeenstemming met de vermaning die Mozes aan de natie Israël gaf: „Wat vraagt Jehovah, uw God, anders van u dan Jehovah, uw God, te vrezen, door al zijn wegen te bewandelen en hem lief te hebben en Jehovah, uw God, met geheel uw hart en geheel uw ziel te dienen, de geboden van Jehovah . . . te onderhouden, tot uw welzijn?” (Deuteronomium 10:12, 13) Wat zijn enkele van de voordelen die ons te beurt vallen wanneer wij Jehovah, de ware God, vrezen?
Wijsheid — Kostbaarder dan goud
3. (a) Wat is het belangrijkste voordeel dat wij kunnen ontvangen? (b) Wat is de betekenis van Psalm 111:10?
3 Het belangrijkste voordeel is ware wijsheid. Psalm 111:10 verklaart: „De vrees voor Jehovah is het begin van wijsheid.” Wat betekent dat? Wijsheid is het vermogen om kennis succesvol te gebruiken teneinde problemen op te lossen, gevaar af te wenden en bepaalde doeleinden te bereiken. Er is gezond oordeel bij betrokken. Het begin, het eerste deel, de grondslag van een dergelijke wijsheid is de vrees voor Jehovah. Waarom? Omdat de gehele schepping het werk van zijn handen is. De schepping is van hem afhankelijk. Hij begiftigde de mensheid met een vrije wil maar niet met het vermogen om los van zijn leiding succesvol hun eigen schreden te richten (Jozua 24:15; Jeremia 10:23). Alleen wanneer wij deze fundamentele feiten omtrent het leven erkennen en in overeenstemming daarmee leven, kunnen wij blijvend succes hebben. Indien onze kennis van Jehovah ons de onwankelbare overtuiging geeft dat Gods wil beslist tot stand wordt gebracht en dat zijn belofte en zijn vermogen om getrouwheid te belonen zeker zijn, zal godvruchtige vrees ons ertoe brengen verstandig te handelen. — Spreuken 3:21-26; Hebreeën 11:6.
4, 5. (a) Waarom verschafte het onderwijs aan een universiteit een jonge man geen ware wijsheid? (b) Hoe verwierven deze man en zijn vrouw later ware wijsheid, en in welk opzicht veranderde dit hun leven?
4 Beschouw eens een voorbeeld. Enkele tientallen jaren geleden studeerde een jonge man aan de University of Saskatchewan (Canada). Het leerplan omvatte ook biologie, en hem werd evolutie onderwezen. Na zijn graduatie specialiseerde hij zich in atoomfysica, en hij kreeg een beurs om zijn studie voort te zetten aan de University of Toronto. Zijn studie confronteerde hem met schitterende bewijzen van orde en ontwerp in atoomstructuren. Maar er werden geen antwoorden gegeven op vragen als: Wie heeft dit alles ontworpen? Wanneer? En waarom? Kon hij zonder die antwoorden een wijs gebruik van zijn kennis maken in een wereld die destijds in oorlog verwikkeld was? Waardoor zou hij zich laten leiden? Door nationalisme? Door een verlangen naar materialistische voordelen? Had hij echt ware wijsheid verworven?
5 Niet lang na zijn graduatie begonnen die jonge man en zijn vrouw met Jehovah’s Getuigen de bijbel te bestuderen. Uit Gods eigen Woord begonnen zij de antwoorden te krijgen die zij voordien niet hadden gevonden. Zij leerden de Schepper, Jehovah God, kennen. Toen zij studeerden over Mozes bij de Rode Zee, alsook over Daniël en zijn metgezellen in Babylon, leerden zij hoe belangrijk het is God te vrezen, niet mensen (Exodus 14:10-31; Daniël 3:8-30). Zo’n godvruchtige vrees, gepaard aan ware liefde voor Jehovah, begon hen te motiveren. Weldra veranderde hun hele levenswijze. Eindelijk leerde de jonge man Degene kennen wiens werken hij in de biologie had bestudeerd. Hij begon het voornemen te begrijpen van Degene wiens wijsheid hij in zijn studie van de fysica weerspiegeld had gezien. In plaats van zijn kennis te gebruiken om werktuigen te vervaardigen waarmee zijn naasten vernietigd zouden kunnen worden, wilden zowel hij als zijn vrouw anderen helpen God lief te hebben en hun naasten lief te hebben. Zij gingen in de volle-tijddienst als verkondigers van Gods koninkrijk. Later bezochten zij de Wachttoren-Bijbelschool Gilead en werden als zendelingen uitgezonden.
6. Als wij de wijsheid bezitten die geworteld is in de vrees voor Jehovah, welke kortzichtige aspiraties zullen wij dan vermijden, en wat zullen wij in plaats daarvan doen?
6 Natuurlijk kan niet iedereen zendeling zijn. Maar wel kunnen wij ons allen verheugen in de wijsheid die geworteld is in de vrees voor Jehovah. Als wij die wijsheid aankweken, zullen wij niet gretig de filosofieën in ons opnemen van mensen die in werkelijkheid alleen maar gissen naar de zin van het leven. Wij zullen ons toeleggen op de studie van de bijbel, die geïnspireerd is door de Bron van het leven, Jehovah God, degene die ons eeuwig leven kan geven (Psalm 36:9; Kolossenzen 2:8). In plaats van slaven te worden van een commercieel stelsel dat zelf op de rand van de ondergang staat, zullen wij acht slaan op Jehovah’s raad om tevreden te zijn met voedsel, kleding en onderdak, terwijl wij onze verhouding met God tot het belangrijkste in het leven maken (1 Timotheüs 6:8-12). In plaats van te handelen alsof onze toekomst afhangt van goed gesitueerd te zijn in deze wereld, zullen wij Jehovah’s Woord geloven, waarin ons wordt gezegd dat de wereld voorbijgaat en ook haar begeerte, maar dat wie de wil van God doet, in eeuwigheid blijft. — 1 Johannes 2:17.
7. (a) Hoe helpt Spreuken 16:16 ons aan een evenwichtige waardebepaling? (b) Welke voordelen werpt het af wanneer wij Gods wil centraal stellen in ons leven?
7 Spreuken 16:16 moedigt ons aan door naar waarheid te zeggen: „Het verkrijgen van wijsheid [de wijsheid die begint met vrees voor Jehovah] — o hoeveel beter is het dan goud! En het verkrijgen van verstand is verkieslijker dan zilver.” Zulk een wijsheid en verstand zullen ons ertoe bewegen het doen van Gods wil centraal te stellen in ons leven. En wat is het werk dat God voor deze periode in de menselijke geschiedenis aan zijn Getuigen heeft toevertrouwd? Het prediken van zijn koninkrijk en het helpen van oprechte mensen om ware discipelen van Jezus Christus te worden (Mattheüs 24:14; 28:19, 20). Dit is het werk dat voordelen afwerpt in de vorm van werkelijke bevrediging en veel geluk. Met goede reden zegt de bijbel derhalve: „Gelukkig is de mens die wijsheid heeft gevonden.” — Spreuken 3:13.
Bescherming tegen kwaaddoen
8. (a) Noem een tweede voordeel dat voortspruit uit het vrezen van God. (b) Wat is het slechte waarvoor wij worden behoed? (c) Hoe wordt godvruchtige vrees een sterke aandrijvende kracht?
8 Een tweede voordeel dat voortspruit uit het vrezen van God, is dat wij er aldus voor worden behoed te doen wat slecht is. Degenen die diep respect voor God hebben, beslissen niet zelf wat goed en wat slecht is. Zij bezien datgene wat volgens God goed is niet als slecht, noch beschouwen zij de dingen die volgens God slecht zijn als goed (Psalm 37:1, 27; Jesaja 5:20, 21). Bovendien laat iemand die door godvruchtige vrees wordt gemotiveerd, het niet eenvoudig bij weten wat volgens Jehovah goed is en wat naar zijn zeggen slecht is. Zo iemand heeft lief wat Jehovah liefheeft en haat wat Jehovah haat. Dientengevolge handelt hij overeenkomstig Gods maatstaven. Het is dan ook zoals Spreuken 16:6 zegt: „In de vrees voor Jehovah keert men zich af van het kwaad.” Zo’n godvruchtige vrees wordt een sterke aandrijvende kracht om te bereiken wat iemand op eigen kracht misschien niet tot stand zou kunnen brengen.
9. Hoe was een sterk verlangen om God niet te mishagen van invloed op het besluit dat een vrouw in Mexico nam, en met welk resultaat?
9 Ook als iemand er nog maar net mee begonnen is godvruchtige vrees aan te kweken, kan ze hem de kracht geven om te vermijden iets te doen waarvan hij de rest van zijn leven spijt zou kunnen hebben. Een zwangere vrouw in Mexico bijvoorbeeld stelde een van Jehovah’s Getuigen een vraag over abortus. De Getuige las de vrouw verscheidene schriftplaatsen voor en redeneerde vervolgens: „Het leven is in de ogen van de Schepper erg belangrijk, zelfs het leven van ongeborenen” (Exodus 21:22, 23; Psalm 139:13-16). Klinische onderzoeken deden vermoeden dat haar baby een afwijking zou kunnen hebben. Maar nu besloot de vrouw, op grond van wat zij in Gods Woord had gelezen, haar baby geboren te laten worden. Haar arts wilde haar niet meer behandelen en haar man dreigde bij haar weg te gaan, maar zij hield voet bij stuk. Uiteindelijk bracht zij een meisje ter wereld — een normale, gezonde en schattige baby. Door dankbaarheid bewogen ging zij op zoek naar de Getuigen, en zij begonnen Gods Woord met haar te bestuderen. Binnen een jaar werden zij en haar man gedoopt. Enkele jaren later ontmoetten zij tot hun grote vreugde op een districtscongres de eerste Getuige weer en lieten haar kennis maken met hun schattige vierjarige dochtertje. Gepast respect voor God en een sterk verlangen om hem niet te mishagen, vormen beslist een krachtige invloed in iemands leven.
10. Tot het breken met welke vormen van kwaaddoen kan godvruchtige vrees mensen de kracht geven?
10 Godvruchtige vrees wapent ons tegen allerlei vormen van kwaaddoen (2 Korinthiërs 7:1). Wanneer deze vrees op juiste wijze wordt aangekweekt, kan iemand erdoor geholpen worden te breken met heimelijke zonden, waarvan alleen hijzelf en Jehovah op de hoogte zijn. Hij kan erdoor geholpen worden zich los te rukken uit slavernij aan alcohol- of drugsmisbruik. Een voormalige drugsverslaafde in Zuid-Afrika legde uit: „Naarmate ik kennis van God in mij opnam, ontwikkelde ik tevens de vrees hem te grieven of te mishagen. Ik wist dat hij toekeek, en ik verlangde ernaar door hem goedgekeurd te worden. Het bewoog mij ertoe de drugs die ik in mijn bezit had te vernietigen door ze weg te spoelen in het toilet.” Godvruchtige vrees heeft nog duizenden anderen op soortgelijke manieren geholpen. — Spreuken 5:21; 15:3.
Bescherming tegen het beven voor mensen
11. Voor welke algemene strik kan gezonde vrees voor Jehovah ons behoeden?
11 Gezonde vrees voor God behoedt ons ook voor mensenvrees. De meeste mensen zijn in meerdere of mindere mate met mensenvrees behept. Zelfs de apostelen van Jezus Christus lieten hem in de steek en vluchtten toen hij in de hof van Gethsemane door soldaten gevangengenomen werd. Later, op de binnenplaats van de hogepriester, loochende Petrus, uit zijn evenwicht geraakt en door vrees bevangen, dat hij een van Jezus’ discipelen was of hem zelfs maar kende (Markus 14:48-50, 66-72; Johannes 18:15-27). De apostelen werden echter geholpen hun geestelijke evenwicht te herwinnen. In de dagen van koning Jojakim werd Uria, de zoon van Semaja, daarentegen zo door vrees aangegrepen dat hij zijn dienst als profeet van Jehovah vaarwelzegde en het land uit vluchtte, slechts om gegrepen en toch gedood te worden. — Jeremia 26:20-23.
12. (a) Op welke bescherming tegen mensenvrees vestigt Spreuken 29:25 de aandacht? (b) Hoe wordt vertrouwen in God aangekweekt?
12 Wat kan iemand helpen mensenvrees te overwinnen? Nadat in Spreuken 29:25 de waarschuwing is gegeven dat ’het beven voor mensen een strik spant’, wordt daar vervolgens gezegd: „Hij die op Jehovah vertrouwt, zal beschermd worden.” Vertrouwen in Jehovah is de sleutel. Zo’n vertrouwen is op kennis en ervaring gebaseerd. Door zijn Woord te bestuderen zien wij bewijzen voor de juistheid van Jehovah’s wegen. Wij raken op de hoogte met gebeurtenissen die een demonstratie vormen van zijn betrouwbaarheid, de zekerheid van zijn beloften (met inbegrip van de opstandingsbelofte), zijn liefde en almacht. Wanneer wij vervolgens overeenkomstig die kennis handelen, doen wat Jehovah voorschrijft en datgene waarvoor hij waarschuwt vastberaden afwijzen, beginnen wij uit de eerste hand zijn liefdevolle zorg en zijn betrouwbaarheid te ervaren. Met eigen ogen zien wij de bewijzen dat hij zijn kracht aanwendt om zijn wil tot stand te brengen. Ons vertrouwen in hem groeit, en daarmee ook onze liefde voor hem en ons oprechte verlangen hem niet te willen mishagen. Zo’n vertrouwen stoelt op een solide basis. Ze dient als een bolwerk tegen mensenvrees.
13. Hoe kan godvruchtige vrees ons op ons werelds werk, thuis en op school helpen?
13 Ons vertrouwen in Jehovah, gepaard aan godvruchtige vrees, zal ons pal doen staan voor wat juist is wanneer een werkgever ons dreigt met het verlies van onze baan omdat wij weigeren met oneerlijke zakenpraktijken mee te doen. (Vergelijk Micha 6:11, 12.) Een dergelijke godvruchtige vrees stelt vele duizenden christenen in staat aan de ware aanbidding vast te houden in weerwil van tegenstand van ongelovige gezins- of familieleden. Deze vrees geeft schoolgaande jongeren ook de moed zich als Jehovah’s Getuigen te identificeren, en ze sterkt hen om het hoofd te bieden aan bespotting van de zijde van klasgenoten die het niet zo nauw nemen met bijbelse maatstaven. In dit verband zei een tiener-Getuige: „Wat zij denken, is feitelijk niet belangrijk. Wat Jehovah denkt, dat telt.”
14. Hoe zijn Jehovah’s dienstknechten in staat zelfs als hun leven bedreigd wordt, zich onoverwinnelijk te betonen?
14 Diezelfde overtuiging geeft ware christenen de kracht om zelfs wanneer hun leven bedreigd wordt, stevig vast te houden aan Jehovah’s wegen. Zij weten dat zij moeten verwachten door de wereld vervolgd te worden. Zij beseffen dat de apostelen gegeseld werden en dat Jezus Christus zelf door goddeloze mensen geslagen en gedood werd (Markus 14:65; 15:15-39; Handelingen 5:40; vergelijk Daniël 3:16-18). Maar Jehovah’s dienstknechten hebben het volle vertrouwen dat hij hun de kracht kan geven om te volharden; dat zij met Gods hulp als overwinnaars te voorschijn kunnen komen; dat Jehovah degenen die getrouw zijn, zonder mankeren zal belonen — zo nodig zelfs door hen tot leven in zijn nieuwe wereld op te wekken. Hun liefde voor God, gepaard aan godvruchtige vrees, vormt een krachtige stimulans voor hen om alles te vermijden wat hem zou mishagen.
15. Waardoor konden Jehovah’s Getuigen in de nazi-concentratiekampen aan hun rechtschapenheid vasthouden?
15 Met deze motivatie konden Jehovah’s Getuigen in de jaren dertig en veertig standhouden onder de verschrikkingen van de nazi-concentratiekampen. Zij sloegen acht op Jezus’ raad in Lukas 12:4, 5: „Ik [zeg] u, mijn vrienden: Vreest niet hen die het lichaam doden en daarna niets meer kunnen doen. Ik zal u echter te kennen geven wie gij moet vrezen: Vreest hem die, nadat hij heeft gedood, autoriteit heeft om in Gehenna te werpen. Ja, ik zeg u, vreest Hem.” Zo schreef Gustav Auschner, een Getuige die in het concentratiekamp Sachsenhausen was, later: ’De SS schoot August Dickmann dood en dreigde de overigen van ons dood te zullen schieten als wij de verklaring niet tekenden waarin wij ons geloof verloochenden. Niemand van ons tekende. Onze vrees Jehovah te mishagen was groter dan onze vrees voor hun kogels.’ Mensenvrees leidt tot schipperen, maar vrees voor God doet iemand pal staan voor wat juist is.
Gespaard worden
16. Waardoor kon Noach de tientallen jaren tot aan de Vloed een juiste handelwijze volgen, en waartoe leidde dit voor hem en zijn gezin?
16 Noach leefde gedurende de laatste dagen van de wereld voor de Vloed. Jehovah had besloten de goddeloze wereld van die tijd te vernietigen wegens de slechtheid van de mens. Maar ondertussen bevond Noach zich in die wereld die vervuld was van gewelddaad, grove immoraliteit en onverschilligheid ten aanzien van de goddelijke wil. Ondanks Noachs prediking van rechtvaardigheid „sloegen [zij] er geen acht op totdat de vloed kwam en hen allen wegvaagde” (Mattheüs 24:39). Toch liet Noach zich niet afbrengen van het werk dat God hem had opgedragen. Hij deed „naar alles wat God hem geboden had. Juist zo deed hij” (Genesis 6:22). Waardoor kon Noach jaar in jaar uit tot aan de Vloed een juiste handelwijze volgen? In Hebreeën 11:7 staat het antwoord: „Door geloof heeft Noach, nadat hem een goddelijke waarschuwing was gegeven aangaande dingen die nog niet werden gezien, godvruchtige vrees aan de dag gelegd.” Bijgevolg werden hij en zijn vrouw en zijn zonen en hun vrouwen door de Vloed heen gespaard.
17. (a) Wat dienen wij te doen, ongeacht wat andere mensen doen? (b) Waarom zijn degenen die Jehovah vrezen, de werkelijk gelukkige mensen?
17 Wij leven in een tijd die in veel opzichten overeenkomt met Noachs tijd (Lukas 17:26, 27). Wederom wordt er een waarschuwing gegeven. In Openbaring 14:6, 7 wordt verteld over een engel die in het midden van de hemel vliegt en die er bij mensen uit elke natie en stam en taal op aandringt ’God te vrezen en hem heerlijkheid te geven’. Sla ongeacht wat de wereld om u heen doet, acht op die woorden en richt de uitnodiging vervolgens tot anderen. Handel net als Noach in geloof en geef blijk van godvruchtige vrees. Indien u dat doet, kan het ertoe leiden dat uw leven en het leven van vele anderen wordt gespaard. Wanneer wij nadenken over de voordelen waarin degenen zich verheugen die de ware God vrezen, kunnen wij alleen maar instemmen met de geïnspireerde psalmist die zong: „Gelukkig is de man die Jehovah vreest, in wiens geboden hij zeer veel behagen heeft gevonden.” — Psalm 112:1.
Wat zou u antwoorden?
◻ Wat zijn enkele in het oog springende voordelen die uit het vrezen van de ware God voortspruiten?
◻ Hoe kan wijsheid die in godvruchtige vrees geworteld is ons beschermen?
◻ Waarom weerhoudt godvruchtige vrees ons ervan te doen wat slecht is?
◻ Hoe beschermt godvruchtige vrees ons tegen mensenvrees?
◻ Hoe houdt godvruchtige vrees verband met onze levensvooruitzichten?
[Illustraties op blz. 16, 17]
„Gelukkig is de man die Jehovah vreest, in wiens geboden hij zeer veel behagen heeft gevonden.” — Psalm 112:1