Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • km 4/79 blz. 1-5
  • Waardeer jij wat Jezus Christus voor jou heeft gedaan?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Waardeer jij wat Jezus Christus voor jou heeft gedaan?
  • Onze Koninkrijksdienst 1979
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • 9 NISAN
  • 10 EN 11 NISAN
  • 12-14 NISAN
  • Jezus’ laatste dagen op aarde opnieuw beleven
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1998
  • Jezus’ laatste Pascha nadert
    Jezus: De weg, de waarheid, het leven
  • „Het uur is gekomen!”
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2000
  • De week die de wereld veranderde
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1992
Meer weergeven
Onze Koninkrijksdienst 1979
km 4/79 blz. 1-5

Waardeer jij wat Jezus Christus voor jou heeft gedaan?

1 Geen ander mens die ooit op aarde heeft geleefd, zou kunnen doen wat Jezus voor de mensheid heeft gedaan. Hij hielp ons de grootste gave te ontvangen die iemand zou kunnen verkrijgen, eeuwig leven. Toch hebben de meeste mensen maar weinig waardering voor wat hij deed. Hoe staat het met jou?

2 Gebrek aan waardering is een ernstige zaak, en vooral als het onze houding tegenover de Zoon van God betreft (Hebr. 10:28, 29). Hoe kunnen wij daarentegen tonen dat wij werkelijk waardering bezitten? In de eerste plaats zullen wij zeker aanwezig willen zijn op de Gedachtenisviering op woensdagavond 11 april. Maar er is meer bij betrokken dan alleen dat. Wij kunnen worden geholpen dit te beseffen door kort enkele van de opwindende gebeurtenissen te beschouwen tijdens Jezus’ laatste zes dagen op aarde.

9 NISAN

3 Bij zijn zegevierende intocht in Jeruzalem op zondag 9 Nisan waren de discipelen verrukt bij het zien van hem „die komt als de Koning in Jehovah’s naam”. Hun waardering voor de Messiaanse koning bewoog hen ertoe „zich te verheugen en God met een luide stem te loven om al de krachtige werken die zij hadden gezien” (Luk. 19:37, 38). Als jij die dag daar geweest was, zou jij ongetwijfeld een aandeel gehad hebben in het loven van God. Zou jij dezelfde waardering een week, maanden of zelfs jaren later nog hebben gehad?

4 Het tot uitdrukking brengen van lof was zo belangrijk dat Jezus zei: „Indien dezen [zijn discipelen] bleven zwijgen, zouden de stenen het uitroepen” (Luk. 19:40). Indien de stenen dit hadden gedaan, zou dat niet een gebrek aan waardering van de zijde van de discipelen hebben onthuld? Christus regeert nu actief als Koning met zijn Vader. Waarderen wij werkelijk wat dit betekent? Zo ja, dan zullen wij „ons verheugen en God met luide stem [in de velddienst] loven”.

10 EN 11 NISAN

5 Op maandag 10 Nisan maakten de overpriesters en de schriftgeleerden plannen om Jezus uit de weg te ruimen; „zij vreesden hem namelijk, omdat de gehele schare voortdurend versteld stond over zijn onderwijs” (Mark. 11:18). Ondanks deze religieuze tegenstand ging Jezus moedig „de tempel binnen en . . . keerde de tafels van de geldwisselaars en de banken van hen die duiven verkochten, om” (Mark. 11:15). Welk een hoge achting voor Jehovah’s aanbidding toonde hij! Het is waar dat wij geen autoriteit hebben om in letterlijk opzicht actie te ondernemen tegen degenen die verkeerde dingen beoefenen, maar wel kunnen wij én even moedig én even ijverig voor Jehovah’s aanbidding zijn als Jezus. (Vergelijk de soortgelijke actie in Joh. 2:14-17) Tonen wij persoonlijk zulke deugden voor Jehovah’s aanbidding?

6 De volgende dag, dinsdag 11 Nisan, stelde de Zoon van God onbevreesd de huichelarij van de Farizeeën aan de kaak. Midden in Jeruzalem zei hij hen: ’. . . gij sluit het koninkrijk der hemelen toe voor de mensen; want zelf gaat gij er niet binnen, en degenen die op weg zijn er binnen te gaan, staat gij dit niet toe’ (Matth. 23:13). Nog diezelfde dag gaf Jezus buiten Jeruzalem aan zijn discipelen de bijzondere profetie over het teken van zijn tegenwoordigheid en het besluit van het samenstel van dingen. Hij drong er toen bij zijn discipelen, en nu bij ons, op aan ons niet door andere aangelegenheden van het leven te laten afleiden van de belangrijkheid van deze gebeurtenissen. Nadrukkelijk zei hij: ’Schenkt aandacht aan uzelf, dat uw hart nooit bezwaard wordt met overmatig eten en overmatig drinken en zorgen des levens.’ Hoezeer waarderen wij wat hij zei? Is de boodschap die hij toen uitsprak voor ons even belangrijk als deze voor hem was?

7 Op dezelfde dag vestigde Jezus de aandacht op een vrouw die de waarde van de dingen Gods onderscheidde. Hij wees op een weduwe in de tempel die twee muntjes van zeer weinig waarde in de schatkist had geworpen. En dit was, zoals Jezus verklaarde, „alles wat zij voor haar levensonderhoud bezat” (Luk. 21:1-4). Tonen de dingen die wij doen om de belangen van de ware aanbidding te bevorderen, dat wij net zoveel waardering bezitten als zij?

12-14 NISAN

8 Woensdag 12 Nisan keerde Jezus niet naar Jeruzalem terug. Maar de bijbel vertelt ons dat hij door een vrouw, genaamd Maria, gezalfd werd met zeer kostbare geparfumeerde olie. Zoals Jezus zei, deed zij dit als voorbereiding voor zijn begrafenis (Joh. 12:7). Hij waardeerde haar vriendelijkheid zozeer dat hij zei: „Overal waar dit goede nieuws in de gehele wereld wordt gepredikt, zal tevens ter gedachtenis aan deze vrouw worden verteld wat zij heeft gedaan” (Matth. 26:13). Dit voorval liet de hebzucht bij Judas ontbranden. Hij „ging naar de overpriesters” om met hen te onderhandelen wat zij hem zouden willen geven om Jezus te verraden.

9 Donderdag 13 Nisan trof Gods Zoon voor zonsondergang regelingen voor zijn laatste pascha met de discipelen. 14 Nisan begon ongeveer 6 uur p.m. en Jezus stond voor zo’n 20 zeer moeilijke uren. Bij het paschamaal waste hij de voeten van zijn apostelen, inclusief die van Judas! Dit was een bijzondere avond voor de Zoon van God en voor zijn apostelen. Hij zei tot hen: „Ik heb vurig begeerd dit pascha met u te eten” (Luk. 22:15). Wat moet het voor Jezus moeilijk zijn geweest te weten dat Judas, die daar gewoon samen met de andere apostelen zat te eten, hem zou verraden. Nadat zij het pascha hadden gegeten, ging Judas weg en stelde Jezus met de elf getrouwe apostelen de herdenking van zijn eigen dood in. Toen de verrader de tafel verliet, wist Jezus dat zijn moeilijkste uren snel naderden. Het volbrengen van zijn Vaders Woord en de vooruitzichten op leven van de gehele mensheid hingen af van wat hij zou doen. Voor het zingen van lof aan God en het vertrek naar de tuin van Gethsémane bad hij, niet alleen voor zichzelf, maar voor personen die zelfs nog geen geloof in hem stelden (Joh. 17:20). Wat een onzelfzuchtige liefde voor mensen!

10 Buiten in Gethsémane bad hij herhaaldelijk vanuit het diepst van zijn hart tot zijn Vader. Hij zei drie van zijn discipelen: „Mijn ziel is diepbedroefd, tot de dood toe. Blijft hier en waakt met mij” (Matth. 26:38). Maar omdat zij de betekenis van wat er zou gaan gebeuren niet beseften, vielen zij in slaap. Spoedig verscheen de verrader, samen met een grote menigte die zwaarden en knuppels bij zich had. Terwijl de discipelen vluchtten, werd Jezus in hechtenis genomen.

11 Nadat hij verraden was, bracht Jezus de rest van de nacht en de volgende ochtend door voor de overpriesters, het Sanhedrin, Herodes en Pilatus. Ten slotte, terwijl hij op vrijdagmiddag 14 Nisan rond drie uur aan de martelpaal hing, riep Jezus uit: „Het is volbracht!” „Vader, aan uw handen vertrouw ik mijn geest toe” (Joh. 19:30; Luk. 23:46). Nadat hij dit had gezegd, blies hij de laatste adem uit.

12 Wat een prachtig bericht van moed en loyaliteit! Wat Jezus deed was echter niet tot glorie van zichzelf. Het was tot eer van zijn Vader. Bovendien zei de apostel Petrus: „Christus heeft voor U geleden.” Hoe zouden wij onze waardering moeten tonen voor zijn voortreffelijke en onzelfzuchtige levenswijze ten behoeve van ons? Niet louter door de Gedachtenisviering bij te wonen, maar zoals Petrus opmerkt: „Christus heeft voor u geleden, u een model nalatend opdat gij nauwkeurig in zijn voetstappen zoudt treden” (1 Petr. 2:21). Ja, laten wij in alle opzichten diepe waardering tonen voor wat Jezus heeft gedaan, door er iedere dag naar te streven dingen te doen die tot de rechtvaardiging van Jehovah’s naam zullen bijdragen.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen