De dienstopziener — Hoe hij ons kan helpen
1 Als gevolg van recente veranderingen in de ouderlingenregeling zal een dienstopziener alle velddienstactiviteiten in de gemeente coördineren. Wat leren wij hieruit? In de eerste plaats beklemtoont het de belangrijkheid van het prediken van het goede nieuws en het maken van discipelen. Bovendien zien wij de behoefte aan een verbeterde leiding in en deelname aan de velddienst.
2 Tijdens de vorige ronde van het bezoeken van de kringopziener werd er één ouderling uitgekozen om als dienstopziener te dienen. Er werd hiervoor een broeder uitgekozen die ijverig in de velddienst is, die van de prediking houdt en die de bekwaamheid bezit anderen te helpen bij het maken van discipelen. Tegen deze tijd zullen alle gemeenten een aangestelde dienstopziener hebben.
3 De dienstopziener krijgt niet veel administratie bij te houden, dus hij is vrij om de leiding in het veld te nemen. Hij heeft de medewerking nodig, en moet die ook krijgen, van alle ouderlingen en dienaren in de bediening, die mede de leiding in de velddienst zullen nemen, evenals herders vóór de kudde uit gaan.
4 Hij zal zorg dragen voor de fundamentele verantwoordelijkheden die aan de velddienstopziener zijn toegewezen, zoals wordt uiteengezet op de bladzijden 69-72 van het Organisatie-boek. (Velddienstrapporten zullen echter door de secretaris worden behandeld.) Hij zal aandacht schenken aan de velddienstregelingen die er voor de gehele week zijn getroffen, en zal bekijken welke verbeteringen aan het lichaam van ouderlingen aanbevolen kunnen worden. Indien sommige regelingen niet goed worden ondersteund, waarom is dit dan zo? Moeten er enkele veranderingen worden aangebracht? Is er in één of meer groepen behoefte aan een betere leiding? Is al het mogelijke gedaan om degenen die hulp in de dienst nodig hebben, bij te staan? Hoe wordt het gebied bewerkt? Wat kan er gedaan worden om meerderen te helpen bijbelstudies te leiden?
5 Veel van zijn werk dat bestaat uit het versterken van de velddienst, zal binnen de boekstudiegroepen plaatsvinden. Vele, zo niet alle ouderlingen, zullen boekstudieleiders zijn, en nadat zij als lichaam van ouderlingen hebben besproken en begrepen wat er nodig is, zullen zij gemakkelijker en doeltreffender met de dienstopziener kunnen samenwerken in het goed doen functioneren van de velddienstregelingen en het ondersteunen ervan.
6 De dienstopziener zal gewoonlijk een boekstudie leiden, maar eens in de maand zal hij een van de andere boekstudiegroepen bezoeken, terwijl hij er speciaal belangstelling voor heeft hoe het met de groep staat wat de prediking betreft. (In de tijd dat hij weg is, zal zijn assistent de studie leiden.) De studie zal tijdens zijn bezoek slechts 45 minuten duren, en de dienstopziener zal de laatste 15 minuten gebruiken om allen in de groep ertoe aan te moedigen waardering te hebben voor hun voorrecht het goede nieuws met anderen te delen. Behalve dat hij tijdens die week, als hij daartoe in staat is, met verkondigers van huis tot huis werkt, kan hij misschien met één of meer naar een bijbelstudie gaan.
7 De dienstopziener zal dat ambt blijven bekleden, tenzij omstandigheden het nodig maken dat er een vervanging plaatsvindt. Indien er een verandering moet worden aangebracht, zal het lichaam van ouderlingen die verantwoordelijkheid aan een andere ouderling toewijzen en de gemeente erover inlichten. De kringopziener zal bij zijn eerstvolgende bezoek op zijn verslag aan het Genootschap vermelden welke ouderling thans in die positie dient. De dienstopziener kan gewoon als presiderend opziener dienen wanneer hij in de roulering aan de beurt is.
8 Wij nodigen jullie uit jullie volle medewerking aan de dienstopziener in jullie gemeente te geven, door de velddienstregelingen in jullie boekstudiegroep goed te ondersteunen.