Het goede nieuws aanbieden — Op de eerste zondag van de maand
1 Heb je een geregeld aandeel aan de Koninkrijksprediking en het maken van discipelen? (Matth. 24:14; 28:19, 20) Velen zijn geholpen om er samen met anderen zowel op de eerste zondag van de maand als op andere tijden een aandeel aan te hebben.
2 Verslagen onthullen dat wanneer in de gemeente wordt bekendgemaakt dat „Aanstaande zondag de eerste zondag van de maand is . . .” en de velddienstregelingen bekendgemaakt worden, de reactie en ondersteuning zeer aanmoedigend zijn geweest. Velen stellen die dag een speciale krachtsinspanning in het werk om aan het van-huis-tot-huiswerk deel te nemen. Broeders hebben hun aangelegenheden vaak zo geregeld dat andere zaken er geen belemmering voor vormen om met de rest van de gemeente aan deze speciale activiteiten deel te nemen.
3 Eén ouderling zei over zichzelf en zijn vrouw: „Wij zorgen er beslist voor dat wij in elk geval die zondag mee van huis tot huis gaan en voor zover dat in ons vermogen ligt, gaan wij ook de andere weekeinden.” Veel verkondigers die niet aan het van-huis-tot-huiswerk op zondag deelnamen, doen dit nu steevast. — Hand. 20:20.
4 Het geeft ouders een mooie gelegenheid om met hun kinderen te werken. Eén vader zei: „Deze regeling helpt ons om aan een goed velddienstschema vast te houden.” Een andere vader zei: „Als wij het voor ons gezin nodig vinden een weekend de gemeente uit te gaan, proberen wij het zo te regelen dat dit niet op het eerste weekend van de maand gebeurt. Jezus zei ’Zoek eerst het koninkrijk’, en daarom proberen wij de velddienst elke maand de eerste plaats te geven.” — Matth. 6:33.
5 Een zuster met een ongelovige echtgenoot die de weekeinden nooit de velddienst in mocht, ondervond een aangename verrassing. Zij vertelde haar echtgenoot over de suggestie die het Genootschap aan Jehovah’s volk had gedaan om in elk geval de eerste zondag van de maand gezamenlijk aan het getuigeniswerk deel te nemen. Hij zei: „Prachtig. De eerste zondag van de maand ga jij je gang maar, dan slaap ik die ochtend uit.”
ANDERE ZEGENINGEN
6 Ouderlingen en andere verkondigers hebben het heerlijk gevonden de gelegenheid te hebben met enkelen samen te werken met wie dit bij andere gelegenheden niet was gelukt. Velen worden aangemoedigd doordat zij anderen bezig zien. Eén broeder zei: „Het geeft een bijzondere vreugde te weten dat er zovelen gemeenschappelijk aan het werk deelnemen.” Een zuster die normaal ’s zondags de dienst niet in ging, kwam verheugd terug omdat zij een bijbelstudie had opgericht. Dit was een verhoring van haar gebeden.
7 Heel wat gemeenten hebben geschreven over een voortreffelijke ondersteuning van de speciale velddienstregelingen voor de eerste zondag van elke maand. In enkele gemeenten is deze actie door bijna de voltallige gemeente ondersteund. Geregelde herinneringen vanaf het podium en persoonlijke uitnodigingen in de eraan voorafgaande week moedigen velen ertoe aan in deze speciale activiteit te delen. Goede ondersteuning door de ouderlingen en dienaren in de bediening is van het grootste belang.
8 Sta jij de eerste zondag van de maand samen met de groep in de dienst? Zou jij je aangelegenheden zo kunnen regelen dat dit mogelijk is? Indien je kunt, moedigen wij je hiertoe aan.