Blijf Gods woord met vrijmoedigheid spreken
1 „Ik ben met u alle dagen tot het besluit van het samenstel van dingen” (Matth. 28:20). Deze woorden van Jezus verschaffen Jehovah’s Getuigen een geweldige aanmoediging om ermee voort te gaan Gods woord met vrijmoedigheid te spreken.
2 In de eerste eeuw spraken Jezus’ apostelen Gods woord met vrijmoedigheid. Zij waren goed ingelicht over Gods koninkrijk en over de belangrijke plaats die Jezus in Gods voornemen inneemt. Zij wisten dat zij tegenover God de verantwoordelijkheid droegen om getuigenis te geven en zij deden dit vrijmoedig. Zij beseften dat zij vanwege de tegenstand tegen de boodschap vervolging zouden ondergaan. Jezus had hun gezegd dat zij dit dienden te verwachten. — Joh. 15:20.
3 Omdat zij beseften welk een krachtige uitwerking de boodschap op individuele personen kon hebben, riskeerden de apostelen en de discipelen uit de eerste eeuw hun leven ten einde de boodschap te prediken zodat iedereen over Jezus kon horen. Uit Handelingen hoofdstuk 4 blijkt dat de apostelen zich op buitengewoon krachtige wijze tegenover de regeerders verdedigden. In het besef van de belangrijkheid van hun boodschap baden zij Jehovah vurig om kracht opdat zij met de prediking door zouden kunnen gaan. Vers 29 zegt: „Nu dan, Jehovah, schenk aandacht aan hun bedreigingen, en geef uw slaven dat zij met alle vrijmoedigheid uw woord blijven spreken.” Wat gebeurde er vervolgens? Vers 31 zegt: „En na het opzenden van hun smekingen schudde de plaats waar zij vergaderd waren en zij werden allen zonder uitzondering met de heilige geest vervuld en spraken het woord Gods met vrijmoedigheid.” Wat een geloof!
4 Dat zij Gods woord met vrijmoedigheid spraken, wil niet zeggen dat zij te veel op zichzelf gingen vertrouwen, of aanmatigend of halsstarrig werden. In plaats daarvan werden zij door liefde bewogen. Zij hadden hun vrees overwonnen en hadden vertrouwen omdat zij wisten dat zij Gods wil deden. Diezelfde vrijmoedigheid hebben wij in deze tijd nodig en wij kunnen onszelf een zeer belangrijke vraag stellen: Bezitten ook wij deze hoedanigheid?
THANS MET VRIJMOEDIGHEID SPREKEN
5 Wat wil het zeggen Gods woord met vrijmoedigheid te spreken? Het betekent vertrouwen te bezitten, zeker te weten dat Jehovah volledig achter datgene staat wat wij doen. Aangezien dit het geval is, zijn er drie redenen waarom wij vrijmoedig behoren te zijn: (1) Wij weten dat wat wij leren in de bijbel staat en dat het de waarheid is; (2) wij weten dat wij een werk doen dat Jehovah wil laten gebeuren en wij ondervinden de steun van zijn geest daarbij; en (3) oprechte liefde beweegt ons ertoe onze toewijding jegens Jehovah te tonen en op deze wijze onze naasten te helpen.
6 Vanwege de apathische houding van de mensen in deze tijd stuiten wij bij onze prediking van huis tot huis en ook bij het geven van gelegenheidsgetuigenis maar al te vaak op onverschilligheid. Wat dienen wij daaraan te doen? Wij dienen ermee voort te gaan het goede nieuws vrijmoedig te prediken. Wij zouden ertoe verleid kunnen worden terughoudend te zijn wanneer wij op onverschilligheid stuiten, maar daarmee zouden wij niet het voorbeeld volgen van Jezus en de apostelen, die met vrijmoedigheid Gods woord spraken.
7 In Noachs dagen was men onverschillig en spotte men. Wij zijn erover ingelicht dat wij thans een soortgelijke houding moeten verwachten. Noach had de reputatie „een prediker van rechtvaardigheid” te zijn (2 Petr. 2:5). Wij dienen dat ook te zijn en Gods woord met vrijmoedigheid te spreken. Daardoor demonstreren wij onze getrouwheid jegens God en onze liefde voor onze naasten.
8 In januari bieden wij een jaarabonnement op De Wachttoren aan. Door onszelf er goed op voor te bereiden kunnen wij Gods naam en koninkrijk met vrijmoedigheid aan de mensen in ons gebied bekendmaken.
9 Hoe verder wij in de eindtijd komen, hoe vastbeslotener wij moeten zijn om ermee voort te gaan het goede nieuws bekend te maken en de goddelijke waarschuwing te laten weerklinken. Jezus begon met het werk dat Jehovah hem te doen had gegeven en bracht het ook tot voltooiing (Joh. 17:4). Mogen wij net als hij, en als de apostelen en de eerste-eeuwse christenen zijn en ’Gods woord met vrijmoedigheid blijven spreken’! — Hand. 4:29.