Nieuwelingen helpen een aandeel te hebben aan de Koninkrijkstoename
1 In deze tijd van Koninkrijkstoename verheugen wij ons over de vele nieuwelingen die gunstig op het goede nieuws reageren. Naarmate hun kennis en waardering toenemen, gaan zij vergaderingen bezoeken en willen zij al spoedig als geregelde Koninkrijksverkondigers het geleerde met anderen delen. Voor degenen onder ons die reeds ervaring in de velddienst hebben, betekent dit een uitdaging en een extra verantwoordelijkheid. Nieuwelingen hebben aanmoediging en opleiding nodig om doeltreffende predikers te worden.
2 Tijdens het dienstjaar 1984 zijn er in Nederland 841 personen gedoopt. Ontvangen al deze nieuwelingen persoonlijke hulp om doeltreffende bedienaren te worden?
LEID HEN VOOR DE VELDDIENST OP
3 Nieuwelingen helpen doeltreffend in de bediening te worden, is een aangelegenheid die onze volledige aandacht verdient. Bouw voort op hun aanvankelijke enthousiasme en ijver en help hen doeltreffend in het veld te worden. Wij willen niet graag dat het enthousiasme en de ijver die zij in het begin aan dag leggen, verkoelt en dit zal niet gebeuren wanneer wij hun de noodzakelijke opleiding geven.
4 De opleiding voor de velddienst dient al vroeg te beginnen. Moedig je leerlingen ertoe aan hun pas verworven kennis met familieleden, buren, vrienden en kennissen te delen. Vertel hun dat waarschijnlijk slechts enkelen tot wie zij spreken gunstig op het goede nieuws zullen reageren (Matth. 7:13, 14). Help hen echter terzelfder tijd in te zien wat een vreugde het geeft, aan zowel het zichtbare als het onzichtbare deel van Gods organisatie, als er ook maar één persoon luistert. — Luk. 15:10.
JOUW PERSOONLIJKE VERANTWOORDELIJKHEID
5 Leid jij op dit ogenblik een bijbelstudie? Komt hij of zij ervoor in aanmerking met je mee te gaan in de velddienst? Als hij eenmaal een goedgekeurde verbondene is geworden, moedig hem er dan toe aan geregeld, elke week, aan de dienst deel te nemen. Besteed er, voordat je in de dienst gaat, enkele minuten aan om je samen voor te bereiden. Als je met de tijdschriften werkt, repeteer dan de aanbiedingen die jullie gaan gebruiken of help hem een zinnig aandeel te hebben aan de lopende lectuuraanbieding. In het begin zal hij misschien alleen maar een van de teksten willen voorlezen of tijdens het gesprek een korte opmerking maken. Naarmate jij hem echter aanmoedigt en opleidt, zal hij langzamerhand meer zelfvertrouwen krijgen en leren zelfstandig van huis tot huis te werken.
6 Zelfs nadat een nieuweling een geregelde verkondiger is geworden, heeft hij jouw hulp nog nodig. Blijf oprechte belangstelling aan de dag leggen voor zijn geestelijke vooruitgang. Deze vooruitgang omvat het ontwikkelen van de bekwaamheid om anderen te onderwijzen, hoewel hijzelf nog steeds onderwezen wordt. Prijs hem vaak en oprecht voor de vorderingen die hij maakt. Laat hem merken dat jij er zelf veel vreugde uit put hem te helpen geestelijke vorderingen te maken. — 1 Tim. 4:15, 16.
HELP OOK ANDEREN
7 Er zijn wellicht ook anderen die, hoewel zij al veel langer met de gemeente verbonden zijn, niet voldoende persoonlijke hulp hebben gehad om doeltreffende onderwijzers te worden. Maar er zijn ook vele anderen die klaarstaan om met de velddienst te beginnen. Wij denken aan nieuwe verkondigers en aan degenen die tot inactiviteit zijn vervallen en wellicht geholpen kunnen worden om weer met de dienst te beginnen. Ouderlingen, en alle anderen in de gemeente, zullen er ernstig over willen nadenken wat zij kunnen doen om zulke personen te helpen met de dienst te beginnen, misschien al in december, zodat december een bijzondere maand van toename zal zijn. — Jes. 60:22.