Het goede nieuws aanbieden — Door elkaar te helpen bijbelstudies op te richten
1 Allen die Jehovah liefhebben, willen produktief zijn in hun bediening. Jezus gaf ons de opdracht: „Maakt discipelen . . ., en leert hun onderhouden alles wat ik u geboden heb” (Matth. 28:19, 20). Als je de wens hebt een bijbelstudie op te richten, zoek dan Jehovah’s leiding en trek voordeel van de praktische hulp en suggesties die door middel van de gemeente worden verschaft. — Matth. 7:7, 8.
2 Je gemeenteboekstudieleider stelt speciaal belang in het bijbelstudiewerk van jullie groepje. Benader hem en uit je wens een bijbelstudie te leiden. Hij kan er misschien regelingen voor treffen dat een ervaren verkondiger een tijdje met je samenwerkt. Het doel dient te zijn (1) je in staat te stellen een bijbelstudie op te richten en deze dan progressief te leiden en (2) in de toekomst andere studies op te richten.
LEREN DOOR VOORBEELD
3 Geen bijbelstudie hebben kan in veel gevallen het gevolg zijn van het niet spoedig genoeg teruggaan naar adressen waar iets werd verspreid of waar belangstelling werd getoond. Zorg er daarom voor zo spoedig mogelijk terug te gaan. Natuurlijk zul je een goed bericht moeten bijhouden van de belangstelling. Misschien kan de verkondiger die jou helpt je tonen hoe dit wordt gedaan. Jullie beiden zullen je willen voorbereiden op het brengen van nabezoeken met het doel bijbelstudies op te richten. Oefenperiodes zullen je een beter idee geven hoe de belangstelling opnieuw kan worden aangewakkerd wanneer je teruggaat.
4 Let op wat je partner in de dienst doet wanneer hij de leiding neemt bij een nabezoek. Merk op hoe hij de huisbewoner in het gesprek betrekt. Vraag jezelf af hoe je hetzelfde zou kunnen doen. Ontlokt hij de huisbewoner antwoorden door het gebruik van stuurvragen of door om commentaar te vragen over een bepaalde schriftplaats? Neem na het bezoek nog eens door wat je hebt geleerd. Probeer vervolgens deze dingen toe te passen bij toekomstige nabezoeken.
5 Als er eenmaal een bijbelstudie is opgericht, zoek dan naar wegen om er beiden aan deel te kunnen nemen. Je zou uitgezochte sleutelteksten kunnen voorlezen en de huisbewoner kunnen helpen ze te begrijpen. Vraag, nadat jullie bij de studie zijn weggegaan, je partner om nuttige suggesties, zoals wanneer aanvullende vragen te stellen, hoe de belangstelling van de leerling voor de volgende studie op te wekken en hoe de aandacht op de organisatie te richten.
WANNEER ER GEBIEDSWIJZIGINGEN PLAATSVINDEN
6 Wanneer er nieuwe gemeenten worden gevormd of er gebiedswijzigingen zijn, kan het nodig zijn een bijbelstudie die je hebt opgericht over te dragen aan een andere verkondiger. Je kunt er regelingen voor treffen dat een bekwame verkondiger uit de andere gemeente met je meegaat naar de studie. Nadat er een paar weken zijn voorbijgegaan, kan die verkondiger de studie beginnen te leiden. Het besef dat het overdragen van een studie gewoon nog een onderdeel is van het werk dat bestaat in het maken van discipelen, zal je ertoe bewegen te doen wat het beste is voor de leerling. — Fil. 2:4.
7 Jehovah vervult inderdaad zijn belofte ’alle natiën te schudden’ en hij vervult zijn huis met de begeerlijke dingen (Hag. 2:7). Wat een wonderbaarlijk voorrecht hebben wij anderen te helpen Jehovah te leren kennen en lief te hebben! Door elkaar te helpen via de gemeenteboekstudieregeling, kan het zijn dat velen meer het genoegen zullen hebben een geregelde huisbijbelstudie te leiden.