’Predik het woord van God ten volle’
1 Als je echt waardering hebt voor iets goeds wat je gekregen hebt, toon je dat dan niet door je houding en daden? Natuurlijk! Kijk eens hoe de apostel Paulus reageerde op de goedheid en liefderijke goedgunstigheid die Jehovah de mensheid betoont. Hij zei met nadruk: „God zij gedankt voor zijn onbeschrijflijke vrije gave”! Wat omvat die „vrije gave”? Alle „allesovertreffende onverdiende goedheid van God” die ons is betoond, waarvan de grootste uiting de gave van zijn eigen Zoon als losprijs voor onze zonden was. — 2 Kor. 9:14, 15; Joh. 3:16.
2 Bestond Paulus’ uiting van dankbaarheid enkel uit woorden van zijn kant? Beslist niet! Hij toonde zijn diepe waardering op veel manieren. Hij was heel erg bezorgd om het geestelijke welzijn van zijn medechristenen en wilde alles doen wat hij kon om hen te helpen volledig voordeel te trekken van Gods liefderijke goedheid. Over hen zei Paulus: „Daar wij dus tedere genegenheid voor u hadden, hebben wij u gaarne niet alleen het goede nieuws van God meegedeeld, maar ook onze eigen ziel, want gij zijt ons lief geworden” (1 Thess. 2:8). Niet alleen hielp Paulus degenen die al een deel van de gemeente waren om hun redding zeker te stellen, maar hij predikte ook onvermoeibaar het goede nieuws, waarbij hij duizenden kilometers over land en zee reisde om degenen „die de juiste gezindheid voor het eeuwige leven bezaten” te vinden (Hand. 13:48). Paulus’ diepe waardering voor alles wat Jehovah voor hem had gedaan, bewoog hem ertoe „het woord van God ten volle te prediken”. — Kol. 1:25.
3 Beweegt onze waardering voor alles wat Jehovah voor ons heeft gedaan, ons er niet toe personen in onze gemeente die hulp nodig hebben, geestelijk bij te staan? (Gal. 6:10) En worden we er niet toe bewogen er een zo volledig mogelijk aandeel aan te hebben om in ons hele gebied het goede nieuws van het Koninkrijk te prediken? — Matth. 24:14.
4 Een gelegenheid om waardering te tonen: Elk jaar geeft de Gedachtenisviering van Christus’ dood ons een speciale gelegenheid om waardering te tonen voor wat Jehovah en Jezus voor ons hebben gedaan. Dit is niet gewoon nog een vergadering of enkel de herdenking van een gebeurtenis. Jezus zei: „Blijft dit tot een gedachtenis aan mij doen” (Luk. 22:19). De Gedachtenisviering van Christus’ dood is een gelegenheid om erover na te denken wat voor persoon Jezus is. Het is een tijd om te erkennen dat hij nu leeft en actief is, met de heerlijkheid en het koningschap die hem voor zijn getrouwe handelwijze en slachtoffer werden gegeven. Deze viering is ook een gelegenheid om onze onderworpenheid te tonen aan Christus’ gezag als hoofd aangezien hij de aangelegenheden en activiteiten van de christelijke gemeente leidt (Kol. 1:17-20). Al Gods dienstknechten dienen respectvol aanwezig te zijn bij de Gedachtenisviering van Christus’ dood. Dit jaar zal die gehouden worden op donderdag 28 maart, na zonsondergang.
5 Door de ijverige inspanningen die vorig jaar vóór de Gedachtenisviering zijn gedaan, hadden we een fijn hoogtepunt van 52.640 aanwezigen in ons land. Hoeveel aanwezigen zullen er dit jaar zijn? Dat zal er in grote mate van afhangen of wij ’hard werken en ons inspannen’ door zoveel mogelijk mensen te helpen aanwezig te zijn. — 1 Tim. 4:10.
6 Naast het bijwonen van het Avondmaal des Heren kunnen we misschien onze velddienstactiviteit vergroten. Er zullen ongetwijfeld enkele duizenden broeders en zusters één of meer maanden in de hulppioniersdienst gaan. We hadden de afgelopen vijf jaar elk jaar gemiddeld 1631 hulppioniers in de periode rond de Gedachtenisviering, van maart tot en met mei. Kun jij het zo regelen dat je dit jaar het voorrecht van de hulppioniersdienst kunt ervaren? Dat zou een goede manier zijn om je oprechte waardering voor Gods liefdevolle voorziening van Christus’ slachtoffer te tonen. Je kunt zeker zijn van Jehovah’s zegen, zoals uit de volgende ervaring blijkt.
7 Een zuster met fulltime werelds werk schreef hoe ze het had ervaren in maart vorig jaar in de hulppioniersdienst te staan: „Onze Koninkrijksdienst van februari 2001 moedigde iedereen wiens omstandigheden het toelieten aan in de periode rond de Gedachtenisviering in de hulppioniersdienst te gaan. Omdat maart vijf zaterdagen had, kwam dat goed uit met mijn schema. Dus besloot ik een aanvraagformulier in te leveren.” Aan het begin van de maand stelde ze zich ten doel te proberen een huisbijbelstudie op te richten. Lukte dat haar? Ja, in het 52ste uur dat ze die maand getuigenis gaf! Haar conclusie? „We krijgen schitterende zegeningen als we extra moeite doen.”
8 Wat voor voordelen heeft het voor een gezin om samen te pionieren? Een gezin van vier personen dat dit vorig jaar april deed, vond het een maand om nooit meer te vergeten. De moeder zei: „Wat een heerlijk vooruitzicht hadden we elke dag, omdat we verenigd waren in de dienst! Gesprekken over dat wat we die dag in de dienst hadden gedaan, maakten het avondeten erg plezierig.” De zoon zei: „Ik vond het heerlijk om doordeweeks, wanneer mijn vader normaal gesproken werelds werk doet, met hem in de dienst te werken.” De vader voegde eraan toe: „Als gezinshoofd gaf het me voldoening te weten dat we samenwerkten in het belangrijkste werk van onze tijd.” Kan jouw gezin samen pionieren? Waarom houd je geen gezinsbespreking en kijk je of het mogelijk is met je hele gezin tijdens deze periode rond de Gedachtenisviering in de hulppioniersdienst te staan?
9 Kunnen we van maart onze beste maand aller tijden maken? Vroeg in het jaar 2000 stelde Onze Koninkrijksdienst de vraag: „Kunnen wij van april 2000 onze beste maand aller tijden maken?” Hoe werd hierop gereageerd? Hoewel er verscheidene jaren geleden soms iets hogere cijfers te zien waren in het bericht, was het toch heel verheugend het prachtige aantal van 3604 hulppioniers te zien. In die maand werd er maar liefst ruim 490.000 uur gepredikt en werden er bijna 509.000 tijdschriften verspreid en meer dan 161.000 nabezoeken gebracht. Herinner je je de enthousiaste geest die in je gemeente ontstond door de uitbarsting van geestelijke activiteit in die speciale maand? Kunnen we dat wat toen bereikt is dit jaar evenaren of zelfs overtreffen? Met vereende krachten kan maart 2002 „onze beste maand aller tijden” worden. Waarom maart?
10 Er zijn twee redenen waarom maart een speciale maand van activiteit zou moeten zijn. Ten eerste zal de Gedachtenisviering tegen het eind van maart gehouden worden, wat ons in het begin van de maand ruimschoots voldoende gelegenheid geeft om zoveel mogelijk mensen hiervoor uit te nodigen. Ten tweede heeft maart dit jaar vijf hele weekends, waardoor het voor degenen die werelds werk hebben of op school zitten makkelijker is in de hulppioniersdienst te gaan. Waarom ga je er nu niet voor zitten om een haalbaar schema uit te werken, waarbij je de kalender in dit inlegvel gebruikt? De hulppioniersdienst is misschien makkelijker dan je denkt. Door bijvoorbeeld in elk van de vijf weekends 8 uur velddienst te plannen, hoef je nog maar 10 uur in de rest van de maand te plannen om aan de vereiste 50 uur te komen.
11 Wat kunnen de ouderlingen doen om iedereen in de gemeente te helpen „het woord van God ten volle te prediken”? Bouw tijdens vergaderingsonderdelen en persoonlijke gesprekken enthousiasme op. Gemeenteboekstudieopzieners en hun assistenten kunnen het initiatief nemen om met iedereen die aan hun groep is toegewezen te praten en hun persoonlijk hulp aan te bieden. Een paar vriendelijke woorden ter aanmoediging of enkele praktische suggesties zijn misschien net dat wat iemand nodig heeft (Spr. 25:11). Velen zullen merken dat ze met enkele kleine aanpassingen in hun schema het voorrecht kunnen hebben als hulppionier te dienen. In een aantal gemeenten geven de meeste, zo niet alle ouderlingen en dienaren in de bediening en hun vrouwen een goed voorbeeld door tijdens de periode rond de Gedachtenisviering samen in de hulppioniersdienst te gaan. Dit heeft talloze verkondigers aangemoedigd zich bij hen aan te sluiten. Vanwege lichamelijke beperkingen of andere omstandigheden zijn sommige verkondigers misschien niet in de gelegenheid te pionieren, maar ze kunnen aangemoedigd worden hun waardering te tonen door samen met de rest van de gemeente zoveel mogelijk in de dienst te doen.
12 Succes hangt af van zorgvuldige planning door de ouderlingen. Er dienen in de hele week op geschikte tijden velddienstbijeenkomsten te worden gepland. Zo mogelijk zal de dienstopziener van tevoren bekwame broeders de toewijzing geven deze velddienstbijeenkomsten te leiden. Een goede voorbereiding is vereist zodat deze bijeenkomsten niet langer duren dan 10 tot 15 minuten, inclusief het indelen van de groepjes, het toewijzen van het gebied en het uitspreken van een gebed. (Zie de Vragenbus in Onze Koninkrijksdienst van september 2001.) Het schema van activiteiten voor die maand dient duidelijk aan de gemeente uiteengezet te worden en op het mededelingenbord te worden bevestigd.
13 Er dient voldoende gebied beschikbaar te zijn. De dienstopziener dient er met de broeder die voor het gebied zorgt regelingen voor te treffen dat er in de gebieden wordt gewerkt die niet vaak worden bewerkt. Er dient nadruk gelegd te worden op het bezoeken van afwezigen, getuigenis geven op straat en van winkel tot winkel, en het geven van avondgetuigenis. Waar dat van toepassing is kunnen sommige verkondigers geholpen worden telefoongetuigenis te geven.
14 Help hen weer dienst te verrichten: Zijn sommigen in het gebied van jullie gemeente niet langer actief in de prediking van het goede nieuws? Zulke personen zijn nog steeds een deel van de gemeente en hebben hulp nodig (Ps. 119:176). Aangezien het einde van deze oude wereld zo dichtbij is en de nieuwe wereld vlak voor ons ligt, hebben we goede redenen om alle mogelijke moeite te doen om degenen te helpen die inactief zijn geworden (Rom. 13:11, 12). In de afgelopen vijf jaar hebben elk jaar meer dan 3100 personen gunstig op hulp gereageerd en zijn weer actief geworden. Wat kunnen we doen om nog velen meer te helpen de liefde en het vertrouwen die ze in het begin hadden, opnieuw aan te wakkeren? — Hebr. 3:12-14.
15 Het lichaam van ouderlingen zal willen bespreken hoe ze degenen kunnen helpen die in de afgelopen paar jaar inactief zijn geworden (Matth. 18:12-14). De secretaris dient de verkondigersberichtkaarten van de gemeente na te kijken en een aantekening te maken van iedereen die inactief is geworden. Er dient via de regeling voor herderlijk werk speciaal moeite gedaan te worden om hulp te bieden. Het kan zijn dat een ouderling een bepaalde verkondiger wil opzoeken omdat hij de betreffende persoon destijds goed kende en met hem omging, of er kan aan andere verkondigers gevraagd worden te helpen. Misschien hebben ze met degene die nu inactief is gestudeerd en zouden ze graag van de gelegenheid gebruik maken om speciale hulp te bieden nu daar behoefte aan is. Hopelijk zullen velen van degenen die inactief zijn geworden, ertoe bewogen worden het woord van God weer te gaan prediken. Als ze aan de vereisten voldoen, is er voor hen geen betere tijd om te beginnen dan de tijd rond de Gedachtenisviering! — Zie de Vragenbus in Onze Koninkrijksdienst van november 2000 voor verdere bijzonderheden.
16 Voldoen anderen aan de vereisten om te prediken? Jehovah blijft zijn volk zegenen door „de begeerlijke dingen van alle natiën” binnen te brengen (Hag. 2:7). Elk jaar komen in ons land verscheidene honderden ervoor in aanmerking niet-gedoopte verkondiger te worden. Wie zijn dat? Kinderen van Getuigen van Jehovah alsook gevorderde bijbelstudenten. Hoe weten we of ze aan de vereisten voldoen om verkondigers van het goede nieuws te worden?
17 Kinderen van Getuigen van Jehovah: Veel kinderen gaan al jaren met hun ouders mee van huis tot huis, hoewel ze nog niet als niet-gedoopte verkondiger dienen. Maart zou voor hen een goede tijd kunnen zijn om te beginnen. Hoe weet je of je kind aan de vereisten voldoet? Op blz. 102 van het Bediening-boek staat dat dit zo is „wanneer een kind een voorbeeldig gedrag aan de dag legt en in staat is zijn geloof persoonlijk tot uitdrukking te brengen door tot anderen over het goede nieuws te spreken en hiertoe vanuit het hart bewogen wordt”. Als je denkt dat je kind aan de vereisten voldoet, praat dan met een van de ouderlingen van het dienstcomité van de gemeente.
18 Bijbelstudenten die aan de vereisten voldoen: Als een bijbelstudent al enige tijd kennis in zich opneemt en vergaderingen bezoekt, wil hij misschien een Koninkrijksverkondiger worden. Als jij met zo iemand studeert, denk dan over de volgende vragen na: Maakt hij vorderingen overeenkomstig zijn leeftijd en vermogen? Is hij ermee begonnen zijn geloof informeel met anderen te delen? Doet hij „de nieuwe persoonlijkheid” aan? (Kol. 3:10) Voldoet hij aan de vereisten voor niet-gedoopte verkondigers, die op blz. 100 tot en met 102 van het Bediening-boek staan vermeld? Als dat zo is, dien je contact op te nemen met het dienstcomité van de gemeente zodat twee ouderlingen een gesprek met jou en de student kunnen hebben. Als hij aan de vereisten voldoet, zullen de twee ouderlingen hem vertellen dat hij een aandeel aan de openbare bediening kan gaan hebben.
19 Hoe staat het met april en mei? Dat zullen ook speciale maanden zijn voor verhoogde activiteit in de velddienst. Velen die in maart in de hulppioniersdienst staan, kunnen dat misschien ook in april en/of mei doen. Gedurende april en mei zullen we de nadruk leggen op het aanbieden van De Wachttoren en Ontwaakt! in de dienst. Wat hebben die tijdschriften een goede uitwerking gehad op het leven van degenen die ze lezen! Ze hebben een grote rol gespeeld in het bereiken van de prachtige toename die wereldwijd wordt ervaren. Er zal in april en mei speciale moeite worden gedaan om de tijdschriften aan zoveel mogelijk mensen aan te bieden. Neem je nu voor daar een volledig aandeel aan te hebben.
20 Moet je, gezien de verhoogde predikingsactiviteit die gepland is, het aantal tijdschriften verhogen dat je via de gemeente krijgt? In het hele dienstjaar bieden we De Wachttoren en Ontwaakt! elke zaterdag, onze zogenoemde tijdschriftendag, aan. Maar aangezien velen in de hulppioniersdienst zullen gaan en we allemaal de tijdschriften twee maanden lang zullen aanbieden, is het misschien nodig je tijdschriftenaanvraag bij de gemeente te vergroten. Als dat zo is, laat dat dan meteen aan de tijdschriftendienaar in je gemeente weten. Tevens dient de lectuurdienaar ervoor te zorgen dat er van het traktaat Zou u meer willen weten over de bijbel? een flinke voorraad is voor algemeen gebruik.
21 Velen hebben waardering geuit voor de rubriek in Onze Koninkrijksdienst getiteld „Wat je kunt zeggen over de tijdschriften”. Heb je je voordeel gedaan met deze voorziening door je de voorbeeldaanbiedingen eigen te maken? Waarom zou je niet elke week een deel van je gezinsbijbelstudie gebruiken om deze aanbiedingen te oefenen?
22 Haal zoveel mogelijk uit deze periode rond de Gedachtenisviering: Laten we net als de apostel Paulus Jehovah tonen hoe we „zijn onbeschrijflijke vrije gave” waarderen door ons volledige aandeel aan de geestelijke activiteiten die voor deze periode rond de Gedachtenisviering zijn gepland. Dat omvat (1) de belangrijkste gebeurtenis van het jaar, de viering van het Avondmaal des Heren op donderdag 28 maart, bijwonen; (2) degenen die inactief zijn geworden helpen ’de liefde die ze eerst hadden’ opnieuw aan te wakkeren (Openb. 2:4; Rom. 12:11); (3) onze kinderen en eventuele bijbelstudenten helpen om, als ze ervoor in aanmerking komen, niet-gedoopte verkondiger te worden; en (4) zoveel mogelijk betrokken zijn bij het evangelisatiewerk, misschien zelfs in maart en de maanden daarna in de hulppioniersdienst staan. — 2 Tim. 4:5.
23 Wij bidden oprecht dat wij allemaal in deze periode rond de Gedachtenisviering een volledig aandeel zullen hebben aan het prediken van het goede nieuws van het Koninkrijk en zo de diepte tonen van onze waardering voor alles wat Jehovah voor ons heeft gedaan.
[Kader op blz. 6]
Persoonlijk velddienstschema voor maart 2002
Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Zondag
1 2 3
Tijdschriftendag
4 5 6 7 8 9 10
Tijdschriftendag
11 12 13 14 15 16 17
Tijdschriftendag
18 19 20 21 22 23 24
Tijdschriftendag
25 26 27 28 29 30 31
AVONDMAAL Tijdschriftendag
NA
ZONSONDERGANG
Kun je in totaal 50 uur inplannen om in maart in de hulppioniersdienst te staan?