Districts- en internationale congressen moedigen ons aan God heerlijkheid te geven!

De „Geef God heerlijkheid”-congressen die tot nu toe zijn gehouden, hebben een geweldig getuigenis gegeven. Deze belangrijke theocratische hoogtepunten hebben Jehovah’s naam verhoogd en ons beter in staat gesteld „Jehovah de heerlijkheid toe [te schrijven] die zijn naam toekomt” (Ps. 96:8). Hij heeft er beslist recht op verheerlijkt te worden vanwege zijn prachtige scheppingswerken, die zijn schitterende eigenschappen weerspiegelen. — Job 37:14; Openb. 4:11.

Gebruik je eigen aantekeningen en de onderstaande vragen om je op het congresoverzicht in de week van 20 oktober voor te bereiden en eraan mee te doen.

1. Hoe maakt de onbezielde schepping Gods heerlijkheid bekend, en hoe verschilt dat van de manier waarop mensen hem loven? (Ps. 19:1-3; „De schepping maakt Gods heerlijkheid bekend”)

2. Wat werd door de transfiguratie afgeschaduwd, en in welk opzicht worden christenen in deze tijd erdoor aangespoord nu dat een realiteit is? (thematoespraak „Schitterende profetische visioenen sporen ons aan!”)

3. Hoe kunnen we de nederigheid ontwikkelen die de profeet Daniël toonde, en hoe zullen we daar voordeel van trekken? (Dan. 9:2, 5; 10:11, 12; „Jehovah openbaart zijn heerlijkheid aan de nederigen”)

4. (a) Welke drie dingen over Gods oordelen kunnen we van Amos’ profetie leren? (Amos 1:3, 11, 13; 9:2-4, 8, 14) (b) Welke praktische les kunnen Jehovah’s Getuigen in deze tijd leren uit het waarschuwende voorbeeld in Amos 2:12? („Wat de profetie van Amos ons in deze tijd te zeggen heeft”)

5. (a) Wat zijn de gevaren van onmatig drankgebruik, zelfs als iemand niet dronken wordt? (b) Wat kun je doen aan een probleem met matigheid? (Mark. 9:43; Ef. 5:18; „Pas op voor de valstrik van drankmisbruik”)

6. Hoe heb je de nieuwe publicatie ’Zie het goede land’ kunnen gebruiken? („Het goede land” — Een voorproefje van het Paradijs)

7. Op welke drie manieren kunnen we „de heerlijkheid van Jehovah gelijk spiegels weerkaatsen”? (2 Kor. 3:18; „De heerlijkheid van Jehovah gelijk spiegels weerkaatsen”)

8. Wat is de bron van ongegronde haat, en wat kan ons helpen rechtschapen te blijven ook al moeten we zulke haat verduren? (Ps. 109:1-3; „Zonder reden gehaat”)

9. Wat is de christelijke kijk op wat iemand groot maakt, en hoe kan iemand bepalen of hij zijn kijk hierop moet verbeteren? (Matth. 20:20-26; „Ontwikkel een christelijke kijk op wat iemand groot maakt”)

10. Wat kan ons helpen ondanks lichamelijke vermoeidheid geestelijk energiek te blijven? („Vermoeid en toch niet moe”)

11. Wat zijn enkele manieren waarop Satan onwaarheid propageert, en wat is de juiste, schriftuurlijke reactie op pogingen ons geloof te ondermijnen? (Joh. 10:5; „Pas op voor ’de stem van vreemden’”)

12. (a) Hoe kunnen ouders Jezus’ voorbeeld navolgen dat in Markus 10:14, 16 beschreven staat? (b) Wat vind je mooi aan het nieuwe boek Lessen van de Grote Onderwijzer? („Onze kinderen — Een kostbaar erfdeel”)

13. Hoe loven jongeren Jehovah? (1 Tim. 4:12; „Hoe jongeren Jehovah loven”)

14. Welke scènes zijn je bijgebleven uit het drama „Moedig getuigenis geven ondanks tegenstand”?

15. Hoe kunnen we het voorbeeld navolgen van (a) Petrus en Johannes? (Hand. 4:10) (b) Stefanus? (Hand. 7:2, 52, 53) (c) de eerste-eeuwse christelijke gemeente? (Hand. 9:31; drama en lezing „Maak het goede nieuws ’zonder ophouden’ bekend”)

16. (a) Welke manieren om God heerlijkheid te geven stonden in de resolutie die we hebben aangenomen? (b) Waarvan kunnen we zeker zijn als we toepassen wat we op het „Geef God heerlijkheid”-congres hebben geleerd? (Joh. 15:9, 10, 16; „’Blijf veel vrucht dragen’ tot heerlijkheid van Jehovah”)

Door te mediteren over het prachtige geestelijke onderwijs dat op het congres is gepresenteerd, zullen we ertoe bewogen worden de dingen die we hebben geleerd in praktijk te brengen (Fil. 4:8, 9). Daardoor zullen we nog vastbeslotener zijn „alle dingen tot Gods heerlijkheid” te doen. — 1 Kor. 10:31.