27 Baë̱sa, de zoon van Ahi̱a, van het huis van I̱ssaschar, smeedde een complot tegen Na̱dab. Toen Na̱dab en heel Israël Gi̱bbethon+ belegerden, dat in handen van de Filistijnen was, doodde Baë̱sa Na̱dab.
27 Baë̱sa, de zoon van Ahi̱a, van het huis van I̱ssaschar, smeedde een complot tegen Na̱dab. Toen Na̱dab en heel Israël Gi̱bbethon+ belegerden, dat in handen van de Filistijnen was, doodde Baë̱sa Na̱dab.