28 De farao zei: ‘Ik zal jullie laten gaan om in de woestijn slachtoffers te brengen aan Jehovah, jullie God. Ga alleen niet te ver weg. En bid voor mij.’+
28 Farao zei nu: „Ik — ik zal U heenzenden,+ en GIJ zult inderdaad in de wildernis slachtoffers brengen aan Jehovah, UW God.+ Gaat alleen niet al te ver weg. Zendt ten behoeve van mij smekingen op.”+