14 Hij moet wat bloed van de stier nemen+ en dat met zijn vinger vóór het deksel spatten, aan de oostkant, en hij moet met zijn vinger zeven keer wat van het bloed vóór het deksel spatten.+
14 En hij moet wat van het bloed van de stier nemen+ en dat met zijn vinger vóór het deksel langs* spatten, aan de oostkant, en hij zal met zijn vinger wat van het bloed zevenmaal vóór het deksel+ spatten.+