10 ‘Zeg tegen de Israëlieten: “Wanneer jullie uiteindelijk in het land komen dat ik jullie geef en jullie de oogst hebben binnengehaald, moeten jullie een schoof van de eerste opbrengst+ naar de priester brengen.+
10 „Spreek tot de zonen van I̱sraël, en gij moet tot hen zeggen: ’Wanneer GIJ ten slotte in het land komt dat ik U geef, en GIJ de oogst ervan hebt binnengehaald, dan moet GIJ een schoof* van de eerstelingen+ van UW oogst naar de priester brengen.