9 Vervolgens moet je op de tiende dag van de zevende maand de hoorn luid laten schallen; op de Verzoendag+ moeten jullie in het hele land de hoorn laten klinken.
9 En in de zevende maand, op de tiende van de maand,+ moet gij de luid schallende hoorn* laten weerklinken;*+ op de verzoendag+ dient gijlieden in heel UW land de hoorn te laten weerklinken.