8 Al leeft een mens vele jaren, laat hij genieten van elke dag.+ Maar hij moet bedenken dat er misschien nog veel donkere dagen komen. Alles wat nog komt is zinloos.+
8 want al leeft een mens zelfs vele jaren, laat hij zich in die alle verheugen.+ En laat hij denken aan de dagen van duisternis,+ hoewel die vele zouden kunnen zijn; elke [dag] die is gekomen, is ijdelheid.+