-
Aantekeningen Johannes — Hoofdstuk 5Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
de Vader is gehecht aan de Zoon: Jezus beschrijft hier de sterke band van eenheid en vriendschap die vanaf het begin van de schepping tussen hem en de Vader bestaat (Sp 8:30). Toen Johannes Jezus’ uitspraak over die band opschreef, gebruikte hij een vorm van het Griekse werkwoord fileo (genegenheid hebben voor, gehecht zijn aan). Met dat werkwoord wordt vaak een heel hechte band aangeduid, zoals de band tussen goede vrienden. Het wordt bijvoorbeeld gebruikt voor de vriendschap tussen Jezus en Lazarus (Jo 11:3, 36). Het wordt ook gebruikt voor de familieband tussen ouders en kinderen (Mt 10:37). Fileo wordt ook gebruikt voor de sterke, diepe, persoonlijke gehechtheid die Jehovah voelt voor de volgelingen van zijn Zoon en de warme gevoelens die de discipelen hadden voor Gods Zoon (Jo 16:27).
-