Voetnoot
Of: „met pestbuilen.” Hebr.: baʽ·fo·limʹ. Daar dit Hebr. woord verband houdt met de menselijke anus, voorzagen de masoreten het van de klinkertekens voor techo·rimʹ, „gezwellen”, dat hun niet zo onfatsoenlijk voorkwam. Zij zetten dit woord ook in de marge opdat het in plaats van het andere gelezen zou worden.