Voetnoot
a Door bijvoorbeeld te vragen waarom hij als Jood een Samaritaanse aanspreekt, brengt ze een eeuwenoud conflict tussen de twee volken ter sprake (Johannes 4:9). Ze zegt ook nadrukkelijk dat haar volk van Jakob afstamt, iets wat de Joden in die tijd heftig ontkennen (Johannes 4:12). De Joden noemen de Samaritanen Chutheeërs om te beklemtonen dat ze van vreemde volken afstammen.