die zal sterven”. — Pred. 9:5; Gen. 2:7; Ezech. 18:4, 20.

Iemand zou echter kunnen opmerken ’Goed, Adams straf was rechtvaardig. Maar is God ook niet barmhartig? Waar blijft dan de barmhartigheid?’ (Ex. 34: 6) Men bedenke dat barmhartigheid niet gelijkstaat met vergoelijking van wetteloosheid en het ongestraft laten van opzettelijke overtreders van Gods wet. Door Adam en Eva echter toe te staan een tijd lang te blijven leven en kinderen voort te brengen, handelde Jehovah God barmhartig jegens degenen die niet uit vrije keus maar door overerving van hun voorouders zondaars werden. God stond Adams nageslacht niet alleen toe zich gedurende een beperkte tijd in het leven te verheugen, doch hij trof ten slotte ook de voorziening dat allen op basis van het offer van zijn meest geliefde Zoon van zonde en dood konden worden bevrijd (Joh. 3:16; 1 Tim. 2:3-6). Als een barmhartige God, liet hij geduldig tijd voorbijgaan opdat mensen de gelegenheid zouden krijgen op de hoogte te komen van deze voorziening en zouden kunnen kiezen zijn wil te doen. „Hij . . . wenst [niet] dat er iemand vernietigd wordt maar wenst dat allen tot berouw geraken” (2 Petr. 3:9). Dat neemt niet weg dat degenen van Adams nageslacht die weigeren berouw te hebben en niet het verlangen koesteren dienstknechten van Jehovah God te worden, geen vrijstelling van straf zullen krijgen. — Vergelijk Exodus 34:6, 7.

Dit dient ons er werkelijk toe te bewegen waardering te tonen voor wat God ten behoeve van ons heeft gedaan, door hem exclusief toegewijd te zijn en onze tijd en energie te gebruiken om anderen te helpen zijn goedkeuring en leven te verkrijgen. Hiervoor is het noodzakelijk dat wij het nieuwe gebod gehoorzamen dat Jezus gaf, toen hij zei: „Ik geef u een nieuw gebod, dat gij elkaar liefhebt, net zoals ik u heb liefgehad, dat ook gij elkaar liefhebt” (Joh. 13:34). Tracht u zulk een onzelfzuchtige, zelfopofferende liefde ten toon te spreiden?

Een blik op de wereld

Katholieken in de V.S. die de mis bijwonen

◆ Het aantal katholieken in de Verenigde Staten dat de wekelijkse mis bijwoont, wordt steeds kleiner. Twee katholieke sociologen berichten dat in 1963 71 percent de mis geregeld bijwoonde. Thans kan dit van slechts 55 percent worden gezegd. Ook woonde tien jaar geleden 76 percent van de katholieken tussen de 20 en 29 jaar enkele keren per maand of vaker de mis bij. Nu is van deze leeftijdsgroep slechts 46 percent aanwezig. Wat kerkelijke leiders waarschijnlijk echter het meest verontrust is het feit dat het aantal katholieken dat de mis eens per maand of minder bijwoont, toeneemt — van 21 percent in 1963 tot 33 percent thans.

Onaangegeven verkrachtingen

◆ Een toenemend aantal politieambtenaren is van mening dat verkrachting het misdrijf is dat het meest algemeen wordt begaan. Volgens het FBI zijn 85 van elke 100.000 vrouwelijke inwoners van grote Amerikaanse steden het slachtoffer geweest van een verkrachting. Verkrachting schijnt ook het minst aangegeven misdrijf te zijn. Veel vrouwen houden er niet van hun geval met mannelijke politieagenten te bespreken of de mogelijke schande te riskeren te moeten onthullen dat zij zijn verkracht. Newsweek merkt op: „De voorzichtige schatting is dat zeker 75 percent van alle aanrandingen in het geheel niet bij de autoriteiten wordt aangegeven.”