-
Evolutie op de terugtochtDe Wachttoren 1977 | 15 oktober
-
-
Volgens wetenschappelijke bronnen is dit echter in het licht van de nieuwste gegevens niet staande te houden. De New York Times berichtte: „De nieuwe fossielen hebben het overtuigende bewijs geleverd dat de Australopithecus — een uitgestorven soort die naar men eens dacht de overgang tussen aap en mens vormde — in plaats daarvan een tijdgenoot van de vroege mens is geweest die een evolutionaire dode tak is geworden.”
De waarheid is dat ook mensen ’naar hun soort’ werden geschapen. Dat is de reden waarom er geen „schakels” tussen mens en dier zijn gevonden, en ook waarom deze nooit gevonden zullen worden. De grote kloof tussen mens en dier zal altijd blijven bestaan en is door de Schepper ingesteld om mens en dier gescheiden te houden.
Anthony Ostric, een hoogleraar in de antropologie uit India, zei tot geleerden die op een congres bijeen waren dat de bewijzen aantonen dat de mens sinds zijn eerste verschijnen in wezen hetzelfde is gebleven. Hij verklaarde: „Het is onmogelijk te begrijpen hoe biologische, sociale of culturele krachten of processen welke soort van mensaap of ’bijna-mens’ maar ook in de homo sapiens zouden hebben kunnen veranderen.” Hij merkte op dat ’s mensen unieke biofysische en sociaal-culturele aard „een onoverbrugbare kloof [lijkt te vormen] die hem van alle andere dieren scheidt”.
De bewijzen die zich in de loop van vele tientallen jaren hebben opgehoopt, hebben evolutionisten duidelijk gedwongen zich op vele fronten terug te trekken. Als wij de feiten eerlijk onder de ogen zien, leiden ze tot slechts één slotsom, zoals de bijbel lang geleden verklaarde: „Weet dat Jehovah God is. Hij is het die ons heeft gemaakt, en niet wijzelf.” — Ps. 100:3.
-
-
Waarom Edom er niet meer isDe Wachttoren 1977 | 15 oktober
-
-
Waarom Edom er niet meer is
WAT is het leven aangenaam wanneer gezins- en familieleden veel om elkaar geven! Wanneer er een krachtige band van genegenheid bestaat, zal worden voorkomen dat jaloezie, bitterheid en haat tot ontwikkeling komen en de onderlinge vrede en eenheid verstoren. Valt de natuurlijke genegenheid echter weg, dan kunnen hier oneindig veel moeilijkheden uit voortspruiten. In één geval heeft het verdwijnen van de natuurlijke banden uiteindelijk tot de algehele uitroeiing van een geheel volk, de Edomieten, geleid.
Edom is slechts een andere naam voor Esau, de tweelingbroer van Jakob, uit wie de Israëlieten zijn voortgesproten. De Israëlieten en Edomieten waren dus zeer nauw aan elkaar verwant. Degene bij wie de gezinsregeling haar oorsprong heeft gevonden, Jehovah God, heeft de Israëlieten derhalve geboden gepaste achting te hebben voor de vleselijke verhouding waarin zij tot de Edomieten stonden. Zij ontvingen het gebod: „Gij moogt een Edomiet niet verfoeien, want hij is uw broeder.” — Deut. 23:7.
Vanaf het begin van hun contact met de Israëlieten als natie hebben de Edomieten, die zich in „het land Seïr” vestigden, deze broederlijke verwantschap echter niet in aanmerking genomen (Gen. 32:3-8). Zij bejegenden hun broedernatie ronduit vijandig. Het was een Edomitische stam — de Amalekieten — die de eerste
-