-
Geld lenen en christelijke liefdeDe Wachttoren 1982 | 1 november
-
-
handelen en geen mazen in de wet zoeken om aan zijn verplichtingen te ontkomen.
Aan de andere kant moet degene die geld uitleent, realistisch zijn in zijn verwachtingen. Hij beseft dat er bij het verstrekken van leningen een zeker risico betrokken is. Hij dient daarom geen ondraaglijke druk uit te oefenen op degene die hem geld schuldig is. Het kan zijn dat het geld dat aan hem terugbetaald moet worden er gewoon niet is. Veel christenen hebben onder dergelijke omstandigheden getoond dat zij ’geen mensen zijn die geld liefhebben’, door de aflossingsperiode te verlengen of door een praktische en redelijke regeling te accepteren (1 Tim. 3:3). Sommigen hebben de schuld helemaal kwijtgescholden.
Het vermelden van de problemen die zich bij het lenen en uitlenen van geld kunnen voordoen, doet ook de vraag rijzen: „Is het werkelijk nodig?” De bijbel veroordeelt het lenen van geld niet als het nodig is. Maar vaak is het dat niet. Dikwijls is de „begeerte der ogen” sterker dan de inhoud van de portefeuille toelaat en lenen mensen geld om luxeartikelen te kopen die zij niet echt nodig hebben (1 Joh. 2:16). Uiteindelijk moet toch de rekening worden betaald. Daarom waarschuwt de bijbel onomwonden: „Wie leent, is een knecht van de man die uitleent.” — Spr. 22:7.
Moet er echter onder christenen geld geleend en uitgeleend worden, dan verschaft dit vaak een gelegenheid om christelijke eigenschappen ten toon te spreiden. Zo zullen de oprechte wens om aan verplichtingen te voldoen, een innige bezorgdheid voor het welzijn van anderen en het vermijden van de liefde voor geld, helpen garanderen dat het lenen van geld met christelijke liefde gebeurt. Op die manier wordt het bijbelse gebod opgevolgd: „Laat al uw aangelegenheden met liefde geschieden.” — 1 Kor. 16:14.
-
-
„Wondermiddel” voor de groei van baby’s: liefdeDe Wachttoren 1982 | 1 november
-
-
„Wondermiddel” voor de groei van baby’s: liefde
In het St. Christopher Kinderziekenhuis te Philadelphia (VS) worden geregeld baby’s opgenomen omdat zij „niet gedijen”. Zij zijn gewoonlijk veel kleiner en lichter dan gemiddeld het geval is en zij lijden aan ernstige diarree en uitdroging. Zij huilen voortdurend om maar op de arm genomen te worden. Een jongetje van zes maanden had bij zijn aankomst in het ziekenhuis achterop zijn hoofdje een kale plek, hetgeen erop wees dat zijn ouders hem bijna nooit oppakten.
Een tijdlang heeft men de theorie aangehangen dat zulke kleine kinderen niet goed groeien omdat hun hypofyse geen groeihormoon zou produceren. Maar artsen en verpleegsters in het St. Christopherziekenhuis geloven dat „het in de meeste gevallen ontbreekt aan stimulatie, dat er geen liefdevolle omgeving is voor de psychologische ontwikkeling van het kind”. Een arts in het kinderziekenhuis te Boston (VS) bericht: „Pas wanneer zij van verdrietige, zieke baby’s in gelukkige, op hun omgeving reagerende kinderen veranderen, beginnen zij te groeien.”
Indien ouders het standpunt zouden huldigen dat kinderen „een erfdeel van Jehovah” zijn, zoals de bijbel zegt, zou het niet aan een „liefdevolle omgeving” ontbreken (Ps. 127:3). Het is beslist waar dat de zorg voor welke erfenis maar ook tijd en inspanning kost, vooral wanneer men wil dat zulke waardevolle bezittingen groeien. Welke rol het groeihormoon bij de ontwikkeling van kleine kinderen speelt, blijft te bezien. Er is echter één „wondermiddel” dat u veilig kunt gebruiken om uw kind te helpen tot een gezond, normaal individu op te groeien, en dat is LIEFDE.
-